Nieuw bouwplannen
Een aanvraag voor een 7- klassige school wordt ingediend. Het is
25 augustus 1958 als het verzoek door de 'Vereniging tot Stich
ting en Instandhouding van Scholen met den Bijbel, Castricum'
wordt ingediend. De vereiste door de ouders ondertekende lijst
bevat 75 namen van leerlingen. De gemeentesecretaris geeft een
advies tot afkeuring. Het Rijksschooltoezicht geeft op lójanuari
1959 een rapport af. De bouwkundige staat van het ruim een hal
ve eeuw oude gebouw is naar haar mening nog redelijk. Volgens
het rapport zijn er 5 lokalen, waarvan 3 als les- en 1 als gymlokaal
in gebruik. Het Rijksschooltoezicht wil vooralsnog geen urgen
tieverklaring afgeven. Volgens een rapport van het gemeentese
cretarie zijn er 58 kinderen op de bestaande school. De gemeente
raad heeft al eerder een bestaand schoolgebouw ter beschikking
gesteld. De raad verleent in haar vergadering van 2 februari 1959
toch haar medewerking, maar er mag voorlopig geen sprake zijn
van nieuwbouw.
Op 2 november 1960 wordt een nieuwe aanvraag voor nieuw
bouw ingediend. Het leerlingenaanbod zal van 65 naar 100 stij
gen, zo is de prognose. Voorlopig wil de raad echter van geen wij
ken weten, tot op 4 j uni 1963 bericht komt, dat Castricum in mei
het predicaat 'urgent' is toegekend voor de bouw van een vier-
klassige Christelijke lagere school.
Een lange weg
Op 11 juli 1964 wordt een verzoek voor een zes- klassige school
ingediend. Op 8 september gaat de raad overstag voor een bedrag
van/363.000,= en mag de nieuwe school gebouwd worden. Ken
nelijk is de school nog niet groot genoeg, want op 1 december van
het volgende jaar wordt een nieuwe aanvraag ingediend, nu
wordt een 7- klassige school gevraagd. Op 1 september staan dan
ook al 205 leerlingen ingeschreven. Op 4 maart 1966 komt de
nieuwe toezegging, dit gebouw moet 430.000,= kosten. Aan ar
chitect D.J. Waagmeester uit Zaandam is gevraagd om een ont
werp te maken. Als lokatie voor de nieuw te bouwen Christelijke
lagere school is een terrein gelegen op de hoek van de Groenelaan
en het Kleibroek uitgezocht.
Als noodvoorziening heeft de school ondertussen onderdak ge
kregen in de Juliana van Stolbergschool. De in de Maranatha-
kerk ondergebrachte Christelijke kleuterschool verhuist in janu
ari 1965 naar een noodgebouw aan de Groenelaan. Als de goed
keuring voor de nieuwbouw is afgekomen, kunnen de kleuters
dagelijks de werkzaamheden van hun toekomstige school vol
gen, die door aannemer C. de Nijs wordt neergezet. De ontwik
kelingen volgen elkaar nu snel op, want bij de opening van de
nieuwe school op 4 november 1966 is 'De Kandelaar' al bijna
weer te klein. De 'School met den Bijbel' wordt met enige wee
moed verlaten, maar als naam zal het nog lange tijd voortbestaan
en verbonden blijven aan het oude karakteristieke gebouw dat
momenteel in gebruik is als atelier bij een aantal kunstenaars en
de schildersclub 'Perspectief De oorspronkelijk voor het open
bare lager onderwijs gestichte school heeft een bewogen geschie
denis gekend. In de oude school ligt het prille begin van het
Christelijke lager onderwijs in Castricum.
Met de opening van 'DeKandelaar'heeft het aanvankelijk niet le
vensvatbaar geachte Protestants- Christelijke onderwijs door
grote persoonlijke inzet van betrokkenen haar definitieve erken
ning gekregen.
Nieuwe uitbreidingen
In het uitbreidingsplan Molendijk- Zuid wordt ondertussen al
weer gewerkt aan de tweede Christelijke school. In augustus 1968
opent 'De Hoeksteen' aan het Strengh haar deuren en start met
drie lokalen. De groei van de Castricumse bevolking en daardoor
het leerlingenaanbod is explosief. Ook een derde Christelijke la
gere school is nodig en naast 'De Kandelaar' verrijst een houten
school, die onder de naam 'Kandelaar II' op 1 februari 1971
wordt geopend. De derde Christelijke lagere school heeft zich
eerst nog enige maanden moeten behelpen met inderhaast inge
richte lokalen in de aula en de personeelskamer van 'De Kande
laar I'Het hoofd van deze nieuwe school wordt meester H.J.
Meijer. De prognose is, dat na verloop van zo'n tien jaar de aan
vankelijke leerlingengroei stil komt te liggen en dat vervolgens
van een terugloop sprake zal zijn. Daarom is gekozen voor een
samenwerkingsverband tussen de beide 'Kandelaren'Aan de
Rooseveltlaan verrijst ondertussen weer een nieuwe school, die in
oktober 1970 wordt geopend.
'Het Rinkelven' is zes- klassig en staat onder leiding van meester
Hovinga. Aan deze school is ook een twee- klassige kleuterschool
'De Blokkendoos' verbonden. Door de opening van deze scholen
kan 'De Hoeksteen' weer afgestoten worden. Deze houten school
aan het Strengh zal overgedragen worden aan de Stichting Katho
liek Onderwijs. 'De Blokkendoos' is opgezet als een samenwer
kingsverband op oecumenische basis tussen het Christelijk en
RK onderwijs. Het samenwerkingsverband wordt na enige tijd
opgeheven en de school krijgt weer een Christelijk etiket opge
plakt. In 1972 staan op de drie scholen 475 leerlingen ingeschre
ven. 'De Kandelaar I en II' hebben er 312 en 'Het Rinkelven' 163.
Zoals jaren daarvoor reeds is voorzien, neemt het leerlingental
geleidelijk weer af. De voorziene afbouw van 'De Kandelaar II'
vindt in de jaren 1976/77 geruisloos plaats.
Schoolradio
Na de tweede Wereldoorlog dienen zich nieuwe ontwikkelingen
aan voor het onderwijs. Zo doet de schoolradio haar intrede.
Het is de PTT die via de 'draadomroep' de scholen van een aan
sluiting kan voorzien. De PTT wil in 1952 in de Cuneraschool
versterkers plaatsen voor de scheiding van de draadomroepnet-
ten van Castricum en Bakkum. Als tegenprestatie zal de school
een gratis aansluiting voor de schoolradio kunnen krijgen. De
gemeente Castricum informeert bij de PTT naar de kosten van
aansluiting voor de gezamenlijke scholen.
Voor de 5 scholen zijn de jaarlijkse kosten 199,20 antwoordt de
PTT. Aan de hoofden der scholen wordt om hun mening ge
vraagd. Op 4 mei 1953 schrijft het hoofd van de Centrale Open
bare Lagere school W.C. Janssen: 'Hoewel dit hulpmiddel bij het
onderwijs pedagogisch zowel als didactisch nog in het begin van
zijn ontwikkeling staat, lijkt het mij interessant voor onze
schoolbevolking deze ontwikkelingsgang mede te maken'In
specteur G. Vernooy vindt de 'geregeld terugkerende kosten' te
zwaar voor de gemeentekas. De gemeente bericht daarna op 1 ju
ni dat zij uitsluitend de aansluitkosten zal betalen. De School met
den Bijbel antwoordt, dat zij wil afzien van een dergelijke afslui
ting en vraagt om een bijdrage voor een tweedehands radio
toestel. De gemeentesecretaris vraagt zich enige maanden later
af, of - mede in verband met een artikel in de 'Vacature' van april-
ernstig moet worden overwogen of het wel de tijd is om het
schoolradio- onderwijs op alle scholen in te voeren. 'De gratis
aansluiting op de Cuneraschool kan wel als proefkonijn funge
ren' zo meent hij.
Deze mening wordt eind september 1953 aan de schoolbesturen
doorgegeven. In oktober vraagt de oudercommissie van de open
bare lagere school alsnog om toestemming tot invoering van de
schoolradio. Het schoolhoofd stelt een radio ter beschikking en
de ouders betalen de bijkomende kosten.
Katholieke bezorgdheid
In juli 1955 stuurt het RK Centraal Bureau voor Onderwijs en
Opvoeding een circulaire naar de besturen van de RK scholen.
'Het komt herhaaldelijk voor, dat op katholieke scholen school
radio uitzendingen worden beluisterd, welke worden verzorgd
door de 'Nederlandsche Schoolradio' (AVRO, VARA en VPRO),
of door de NCRV. Het behoeft, naar de mening van deSchool-