wijs, de meisjes daarentegen moeten het met de helft doen.
De scholen zullen voortaan als School I (Castricum) en School II
(Bakkum) hun eigen weg gaan.
Op 15 januari 1908 worden op school II (Bakkum) 71 jongens en
50 meisjes geteld. Tien kinderen zijn jonger dan 6 jaar.
Op school I is het Meester Bussen, die de scepter zwaait, bij
gestaan door de heren Van de Ven en D. Dekker en de dames
Leistikow, Ahlers en Sluisken.
Een bewaar- en naaischool
In 1909 komt er duidelijkheid in de plannen voor het bijzonder
RK lager onderwijs. Pastoor Engering onderhandelt met de Con
gregatie van de Zusters van het Arme Kind Jezus te Simpelveld
over de oprichting van een bewaar- en naaischool. Nog tijdens
de bouw van de nieuwe Katholieke Pancratiuskerk, die in 1910
bijna gereed is, wordt met de bouw van die school begonnen.
Ook hier is het Gerrit Kabel, die de bouw gegund is. Eind okto
ber van hetzelfde jaar betrekken 120 kinderen de bewaarschool
en 40 de naaischool. De school is gebouwd achter het zusterhuis
naast de pastorie. De zusters verzorgen de lessen, het kerk
bestuur is de werkgever.
Afbeelding 7
'De laatste hooivracht', een van de bekende schoolplaten van
Scheepstra en Walstra.
Onderwijzerswoning
Hoofdonderwijzer Bussen wendt zich ondertussen tot de ge
meente om zijn woning te verbeteren, dat deed hij al eerder. De
aanleiding nu is het overlijden van zijn vrouw. Hij verzoekt om
de aanbouw van een extra kamer voor zijn huishoudster.
Hij krijgt steun van de Commissaris der Koningin, die tijdens
zijn bezoek aan de gemeente Castricum heeft geconstateerd dat
de onderwijzerswoning niet meer aan de eisen des tijds beant
woordt. De woning is in slechte staat en veel te klein. Hij snijdt
ook de toestand van het raadhuis aan.
Nieuwbouw daarvan wordt ook overwogen. In het nieuwe ge
bouw is ook plaats gedacht voor een nieuwe onderwijzerswo
ning. Het gebouw komt in 1911 gereed, waarin voor de onder
wijzer een aantal woonvertrekken zijn gereserveerd.
Links van de ingang bevinden zich de woonkamers en daarach
ter de keuken op de begane grond. Op de le etage zijn de 3
slaapvertrekken ondergebracht.
Meester Bussen kwakkelt met zijn gezondheid, zo blijkt uit een
aantekening van 25 augustus 1911, als hij in het Herstellingsoord
voor Nederlandsche Onderwijzers te Lunteren vertoeft. Op 8
april heeft hij nog een verzoek gedaan om wat veranderingen in
zijn nieuwe woning aan te brengen.
De openbare school
Er doen zich problemen voor m.b.t. de aanvangstijd van de
openbare lagere school. Door 61 RK vaders wordt een verzoek
aan de gemeenteraad gericht om de aanvangstijd van de school
op 9 uur te stellen, opdat de kinderen voor het begin van de
school eerst de kerk kunnen bezoeken.
Het schrijnend tekort aan gekwalificeerd personeel doet zich
ook in 1912 nog voor. Voor de vertrokken Juffrouw Smit dienen
zich geen nieuwe kandidaten met hoofdacte aan.
In Bakkum doet zich tien jaar na de opening van de school al
weer een gebrek aan ruimte voor.
Om de kinderen voor het nieuwe seizoen te kunnen huisvesten
wordt een lokaal van de zusterschool gehuurd. Voor uitbreiding
van de school komt geen subsidie los.
Een grens, die destijds was getrokken om te bepalen welke kin
deren tot welke school behoorden, wordt vervallen verklaard.
Eerste wereldoorlog
We schrijven intussen 1914, de eerste wereldoorlog is uitgebro
ken. Nederland blijft door zijn neutrale houding gevrijwaard van
oorlogshandelingen. Ingeklemd tussen de oorlogvoerende lan
den kan het land zich niet aan de gevolgen ervan onttrekken. Er
doen zich problemen voor met de import van goederen, zoals
brandstoffen, waarvan uiteraard ook in Castricum de gevolgen
merkbaar zijn. M.b.t. het onderwijs is dat een van de weinig
zichtbare dingen, er zijn niet voldoende kolen en turf om de ka
chels te stoken. Kennelijk zijn hier ook vluchtelingen, in ieder
geval wordt op 2 juni 1915 een verzoek ingediend om een Belgi
sche vluchteling van schoolgeld vrij te stellen. Daarnaast zijn
het de onderwijzers, die opgeroepen worden voor de
'landstormplicht'.
De Bond van Nederlandse Onderwijzers vindt, dat Castricum
een salarisregeling moet treffen voor de onder dienst geroepen
meester W.A. Wijk. De raad willigt het verzoek in. Op zijn sala
ris worden op verzoek van burgemeester Mooy en leden van de
gemeenteraad enige kortingen toegepast. Het is zijn kostgeld
van 30,- per maand en kledinggeld van f 100,- "waarvoor hij in
militaire dienst toch niets hoeft uit te geven".
Zijn jaarwedde - tijdens militaire dienst - wordt uiteindelijk op
f 175,- vastgesteld. De pensioenpremie zal de gemeente ook
voor zijn rekening nemen.
Noodvoorzieningen
Tijdens de raadsvergadering op 26 februari 1914 merkt Louter
op, dat de Eerwaarde Moeder van de Zusterschool hem monde
ling mededeling heeft gedaan, dat het gehuurde lokaal bij haar
school niet meer voor het openbare onderwijs beschikbaar zal
zijn. Burgemeester Mooy is door die mededeling uitermate ver
rast, hem heeft daarvan geen schrijven bereikt.
Het RK kerkbestuur stuurt daarop prompt een brief met het ver
zoek om het lokaal met ingang van het nieuwe schooljaar op 1
april te ontruimen. De raad zit met de handen in het haar. Er
worden verschillende oplossingen aan de hand gedaan in een
levendige vergadering. De voorzitter wil de zesdejaars leerlin
gen dan maar naar Bakkum sturen, maar daar is het al zo vol.
Wethouder Louter wil de kinderen van de 3e en 4e klas 'vanaf
Bertus Stuifbergen' (hoek Mient/Ruiterweg) op de Bakkumse
school kwijt. De Heer Goes stelt voor om een lokaal bij café van
Benthem te huren om het teveel aan leerlingen onder te bren
gen. Kort daarna dient het RK kerkbestuur op 25 maart een
subsidie-verzoek voor de bewaarschool van f 300,- in. Als dat
verzoek op 20 mei wordt gehonoreerd, is het probleem van de
schoolruimte opgelost.
Kennelijk geïnspireerd door de subsidie blijkt plotseling, dat het
lokaal in de bewaarschool weer voor de openbare school be
schikbaar gesteld kan worden door het kerkbestuur. Louter
22