Castricum Honderd jaar geleden
Het jaar 1885 kent geen bijzondere hoogtepunten. De financiële
toestand van de gemeente is slecht; naar aanleiding hiervan
wordt een voorstel om de salarissen van de onderwijzers aan
zienlijk te verlagen door de gemeenteraad aangenomen. Ook
probeert de raad de kosten van de armenzorg te beperken. Een
nieuwe verordening op het brandwezen is in voorbereiding
(hierover in een volgend jaarboekje meer).
De aanleg van een stoomtramlijn van Castricum naar de Eg-
monden heeft nog geen aanvang genomen. Het gemeente
bestuur staat nog steeds onder voorzitterschap van burge
meester jonkheer Boreel van Hogelanden; verder zijn er de wet
houders A. van der Park en Jacob Kuijs en de raadsleden Willem
Melker, Jan Adam van Soll, Frans Glorie, Simon Louter en is er
door het overlijden van Jan Pz. Kuijs in 1884 nog een open
plaats in de raad.
Op 1 jan. 1885 telt Castricum 1714 inwoners; op 31 dec. 1885 is
dit aantal afgenomen tot 1680. In dit jaar worden in Castricum
67 kinderen geboren, worden 6 huwelijken gesloten en overlij
den 40 personen. Doordat er veel meer personen zich elders
vestigen (129) dan er in Castricum komen wonen (64), neemt het
inwonertal af. Het aantal kiesgerechtigden bedraagt 95.
4 februari 1885
Jan Schuit wordt tot nieuw raadslid gekozen; hij neemt even
eens de open plaats in in het Algemeen Armbestuur, die is ont
staan door het overlijden van raadslid Jan Pz. Kuijs. In leven
woonde Jan Kuijs in de Kerkbuurt, was bloemkweker, tevens di-
rekteur van het R.K. zangkoor.
25 maart 1885
Mej. G.J. Kouffeld uit Oosterbeek is benoemd als onderwijzeres-
se op een jaarwedde van 600 gulden.
Jan Holland heeft een verzoek gericht aan de gemeenteraad om
de concessie voor de exploitatie van een stoomtramlijn van
Castricum naar Egmond te verlengen. De gemeenteraad geeft
opnieuw een uitstel van 6 maanden met de voorwaarde dat de
werkzaamheden vóór of op 1 okt. 1885 vallen. Het lukt de heer
Holland niet om alle vergunningen en goedkeuringen voor de
aanleg te krijgen. In september vraagt hij opnieuw verlenging,
die hem door de gemeenteraad wordt verleend tot 30 juni 1886.
Op 21 nov. 1885 vraagt Jan Holland enige wijzigingen (versoe
peling) van de voorwaarden der concessie; dit verzoek wordt
echter niet ingewilligd.
16 juli 1885
De heer J.F. van Amersfoort uit Castricum is aangesteld tot on
bezoldigd rijksveldwachter.
Gedurende de zomermaanden heerst er een ernstige cholera
epidemie in het Middellandse Zee-gebied; alle havens rond de
Middellandse Zee worden besmet verklaard.
In het huis van K. Beusman heeft zich een geval van tyfus voor
gedaan met dodelijke afloop.
Diverse processen verbaal zijn opgemaakt in verband met het
delven van konijnen en het rijden met honden.
De kermisdagen in Castricum zijn op 6, 7 en 8 september.
16 september 1885
A. van der Park en F. Glorie zijn herkozen resp. als wethouder
en als raadslid; P. Kuijs wordt benoemd tot hooisteker.
De jacht op de gemeentewegen wordt voor 30 gulden per jaar
voor de tijd van 3 jaar verpacht aan Johannes Leembruggen uit
Amsterdam.
Het Algemeen Armbestuur heeft een schrijven gericht aan het
gemeentebestuur; hierin wijst zij erop hoe hoog de kosten der
aan de Algemene Armen verleende geneeskundige hulp is op
gelopen en geeft de raad in overweging om met de arts P. Stolk
Jr een schikking te treffen, waarbij genoemde heer tegen een
vast salaris de verpleging der armen op zich wil nemen, zoals
diens voorganger de heer A. Reijnders deed. Mocht de heer
Stolk hiertegen bezwaren hebben, dan is een dusdanige schik
king te treffen met de arts Seignette uit Heemskerk of met een
der doktoren te Uitgeest.
14 oktober 1885
De verpleging van krankzinnigen wordt niet meer door het Al
gemeen Armbestuur betaald, maar door de gemeente. Op de
gemeentebegroting wordt een post van 900 gulden vastgesteld
voor de verpleging van 5 krankzinnigen in het gesticht Meeren-
berg te Bloemendaal. Op voorstel van het dagelijks bestuur
wordt vanwege dit aanzienlijke bedrag besloten geen subsidie
aan het Algemeen Armbestuur te geven.
De heer Jacob Kuijs Pzn. stelt voor om vanwege de slechte fi
nanciële toestand van de gemeente de jaarwedden van de on
derwijzers en het hoofd der school met 100 gulden te verminde
ren met uitzondering van de heer Dekker, wiens salaris met 50
gulden verminderd zou moeten worden.
De voorzitter acht dit niet wenselijk en betwijfelt ten sterkste of
G.S. dit besluit zullen goedkeuren; ook acht hij dit niet wenselijk
aangezien de onderwijzers nu eenmaal op dit traktement zijn
aangenomen en het niet aangaat om de jaarwedden te vermin
deren, als er geen geldige redenen zijn. De heer Schuit voert
hiertegen aan dat alle werklieden minder geld verdienen, waar
om dan ook niet de onderwijzers. De overige raadsleden betui
gen hunne instemming met het voorstel van de heer Kuijs.
De jaarwedden zullen worden:
het hoofd der school 800,-
P.C. Hille 600,-
D. Dekker 600,-
mej. M.A.J. Sluijsken 500,-
mej. G.J. Kouffeld 500,-
Wijziging in de verordening tot regeling van de kleinhandel in
sterke drank en tot beteugeling van openbare dronkenschap.
51