Voor de boerderij in brand gaat, spelen de Duitsers eerst op de
piano
Vreselijke gebeurtenissen spelen zich af op 7 januari en op 6
april 1945.
Bij de Provinciale Weg Limmen-Uitgeest zijn toen, uit wraak
voor aanslagen op een Duitse soldaat en op een Landwacht,
twee maal tien mannen gefusilleerd.
Een 18-jarig meisje uit Castricum wordt gedwongen de fusillade
van 6 april aan te zien.
Het monument voor de gevallenen is niet ver van de plaats van
de fusillades opgericht.
Distributie
Met de instelling van distributiediensten was al voor de oorlog
een begin gemaakt. Het land was in ruim 500 distributiekringen
ingedeeld.
Castricum vormde een kring met Limmen en Uitgeest.
Iedere inwoner had een zgn. distributiestamkaart ontvangen op
grond waarvan men periodiek bonkaarten voor levensmidde
len kreeg; met die bonnen van de bonkaart kon men, uiteraard
tegen normale betaling in de winkels levensmiddelen kopen
voorzover ze gerantsoeneerd waren.
Centrale keuken
In 1941 wordt al een poging gedaan om te komen tot de oprich
ting van een gemeentelijke centrale keuken.
De belangstelling daarvoor is dan nog zo gering dat de burge
meester van dat voornemen afziet.
Op 13 november 1944 komt de centrale keuken wel in bedrijf,
ook al omdat de gasvoorziening is stopgezet.
De keuken is gevestigd in de garage van het tegenwoordige
taxibedrijf aan de Stationsweg. Vervolgens begint de strijd om
aan voldoende aardappelen, groenten enz. te komen.
Het aantal klanten van de keuken loopt op van 500 tot 2.000
deelnemers in mei 1945.
Iedere dag, zondag inbegrepen, worden maaltijden verstrekt.
Het eten wordt thuis bezorgd. Zo'n 8 of 9 mannen met diverse
handkarren trekken eerst het dorp in om de lege pannen bij
hun klanten op te halen. Ook passanten uit de steden, die op
weg zijn om eten te halen voor hun hongerende familieleden,
maken gebruik van de centrale keuken. Over de kwaliteit van
het eten, hoofdzakelijk verschillende soorten stamppot is men
tevreden. De "capucijnersstamp" is één van de meest geliefde
en voedzame maaltijden.
Tot juli 1945 blijft de keuken funktioneren. Daarna werkt deze
uitsluitend nog voor de distriktsgevangenis, die in het zieken
huis Duinenbosch wordt gevestigd.
Be kanntm achting Bekendmaking
Verzet
Der Höhere ff - und
Poiizeiführe'r I^ord-
vvest gibt bekannt:
Am 6- Januar 1945 wurde bei Lim
men etn Angehönger der Deutschen
Besetzungsmacht durch Terroristen
hinterhaftig erschossert.
Als Vergeltungsmassnahme wurde
für diese feige Mordtai e ne Anzahl
Terroristen und Saboteure n der
Nahe der Tatort öffentitch stand
rechtiich erschossen.
Do I töhcrc und
Polizeiführer Nord-
west maakt bekend
Op 6 Januari 1945 werd bij Lim
men een lid van de Duitsche bezet
tingsmacht door terroristen lafhartig
doodgeschoten
Als vergeldingsmaatregel voor de
zen laffen moordaanslag werd een
aantal terroristen en saboteurs in
de nabijheid van de plaats van den
aanslag in het openbaar standrech
telijk doodgeschoten.
Afbeelding 4
Bekendmaking van de fusillade op 6 april 1945 bij de provincia
le weg.
De winkelier plakte de ontvangen bonnen op vellen, leverde
die vellen bij de distributiedienst in en kreeg dan van die dienst
weer toewijzingsbonnen, waarna hij weer via de groothandel
herbevoorraad kon worden.
De distributie greep vanaf het begin van de bezetting steeds
verder om zich heen.
Steeds meer zaken komen op de bon zoals brood, aardappelen,
melk, bloem, boter, vet en vlees, maar ook voor fietsbanden,
klompen, steenkolen of tabaksartikelen zijn bonnen nodig. De
rantsoenen worden echter steeds kleiner. Het rantsoen per
week voor 2 personen bedraagt in juli 1944 o.a. 1 pond suiker,
175 gram vlees, 1% liter tapte melk, 1 ons kaas en 1 a l'/2 kg
aardappelen.
De heer H. Nielen wordt als ambtenaar bij de afdeling sociale
zaken gedetacheerd als leider bij de distributiedienst. In 1942
wordt de dienst naast de bioscoop tegenover het gemeentehuis
gevestigd.
Op 28 maart 1944 's nachts om 1.00 uur breekt in het kantoor
een felle brand uit, die nagenoeg het gehele gebouw met in
houd in de as legt.
Er zijn duidelijke aanwijzingen gevonden dat van brandstich
ting sprake is. Tot represaillemaatregelen van de Duitsers heeft
deze brand wonderlijk genoeg niet geleid.
Bruut optreden van Duits militair geweld, alsmede het steeds
verder gebukt gaan onder telkens weer nieuwe Duitse bekend
makingen en angst voor de met de Duitsers sympathiserende
personen, huiszoekingen, vordering van radio's en fietsen,
kerkklokken en koperwaren, beperking van artikelen op distri
butiebonnen, waren even zovele oorzaken dat de Duitse bezet
tende macht de haat opwekte van de bevolking.
"Het was geen wonder dat daardoor 't verzet tegen de Duitse
bezetting ook in Castricum al vrij vroeg georganiseerde vorm
kreeg", aldus de heer G. van Weel in een artikel "Castricum
rond de bevrijding" dat in 1970 in een speciale uitgave
verscheen.
Het verzet kon in een aantal groepen worden onderscheiden.
De O.D.-M.I.D. (Orde-Dienst-Militaire Inlichtingendienst) was
een organisatie, waarin oud-militaire kaderleden, deelnamen.
Dan was er de L.O.-L.K.P. (Landelijke Organisatie voor hulp aan
onderduikers en de Landelijke Knokploeg).
Deze groepen waren mede belast met de illegale voedselvoor
ziening, c.q. verstrekking van stam- en distributiekaarten.
Dan was er de C.l.D. (Centrale Inlichtingen Dienst), die o.a. de
uitgifte van het plaatselijke illegale blad "Strijd" verzorgde.
Stencil- en typemachine werden in de oorlogsjaren in Castri
cum, vijf keer naar een ander onderduikadres verplaatst.
Eén van die adressen was het huisje van mevr. Veldt, beter be
kend als tante Sientje aan de Kooiweg. Over haar verscheen
een artikel in het 3e jaarboekje van de Werkgroep Oud-
Castricum.
Ook was een verspreidgroep van illegale bladen als "Vrij Neder
land" en "Trouw" aktief.
Tenslotte waren er dan nog de individuele verzetsstrijders, die
werkzaam waren in buitengemeentelijke verzetsorganisaties
zoals de Raad van Verzet (R.V.V.) en de Geuzengroep, het Art-
senverzet en het Studentenverzet.
Zeker zijn hier ook toe te rekenen de onderduikgezinnen, de
voedselhulpverleners, vervoerders van illegale wapens en di
verse goederen.
Op 5 september 1944 is zowel landelijk als plaatselijk het ver
zet, ingevolge het zgn. "Deltaplan" samengebundeld in een mi
litaire organisatie onder de naam "Nederlandse Binnenlandse
Strijdkrachten" (B.S.) met o.a. de afdelingen S.G. (Strijdend Ge
deelte), B.t. (Bewakingstroepen) en I.D. (Inlichtingendienst).