In de periode van 1830 tot 1890 hebben er geen ingrijpende ver
anderingen plaats gevonden aan de herberg en de doorrijstal.
Doordat eerst vanaf 1830 het kadaster alle veranderingen aan
perceelindeling en bebouwd oppervlak registreert, hebben we
van voor 1830 geen informatie. In 1892 wordt de doorrijstal aan
de kant van de Torenstraat iets uitgebouwd, waardoor er een
stukje van de weg bij wordt getrokken en het gehele perceel op
een grootte komt van 16,30 are (wordt perceelnr 1716).
In 1899 overlijdt Jan Koopman; zijn vrouw Helena Mak zet het
bedrijf voort. We komen haar tegen als pension-, koffiehuis-, ca
fé en hotel-, en biljarthoudster en herbergierster. Op 10 april
1900 krijgt zij vergunning tot verkoop van sterke drank in het
klein.
Afbeelding 5
Het jaar 1906. Het logement is inmiddels bondshotel, café,
restaurant gaan heten. Op de gevel is de tekst station stoomtram
verschenen.
Dit terwijl voordien in een reeks van tientallen jaren er nauwe
lijks van veranderingen sprake was. Wat of wie de oorzaak c.q.
inspirator was van deze vernieuwingsgolf, is mij niet bekend. In
deze periode komen ook andere initiatieven van de grond. Sa
men met pastoor Engeringh, Piet Kuijs en H. Hemmer richt Jan
Koopman in 1914 de muziekvereniging „Eendracht maakt
Macht" op. De vereniging speelt vaak in de muziektent, die is
geplaatst achter de Rustende Jager.
In 1920 gaat het café en hotel in andere handen over. Op 14
april van dat jaar verkoopt Jan Koopman de Rustende Jager met
de doorrijstal, schuur en tuin (perceelnr 1716) voor 37.000 gul
den aan Frederik Jacobus Kluft,1" een hotelhouder uit Bergen,
die het perceel voor hetzelfde bedrag en op 15 juli van datzelfde
jaar verkoopt aan de gebroeders Hendrikus en Wilhelmus Bi-
schot,12' resp. caféhouder te Castricum en kleermaker te
Amsterdam. Ook zij zijn niet lang eigenaar. Ruim 8 maanden la
ter op 31 maart 1921 verkopen zij het geheel eveneens voor
37.000 gulden aan Jan Blauw >3) eerder hotelhouder te
Amsterdam.
Castricum Surpsslraat
Afbeelding 6
Het hotel, café, restaurant en bondshotel zeer kort na de
nieuwbouw.
Jan Blauw gaat failliet. Het terrein van de Rustende Jager wordt
opgesplitst in een aantal kleinere percelen:
- nr3175 het hotel en de doorrijstal groot 9,55 are
- nr 3176 het erf groot 4,80 are
- nr 3177 de stal en het erf groot 1,95 are
Afbeelding 3
'De Rus' een paar jaar later, de versiering aan de luifel is inmid
dels veranderd, rechts een kijkje in de doorrijstal. Het plaatje
geeft een goede indruk van het straatbeeld in die tijd.
Een nieuwe Rustende Jager
Op 30 juli 1901 wordt de Rustende Jager voor 10.000 gulden ge
kocht door haar zoon Johannes Bartholomeus Koopman.10' De
ze in het dagelijks spraakgebruik ook genoemde Jan Koopman
heeft grootse plannen. In de periode 1910 - 1911 wordt De
Rustende Jager volledig nieuw gebouwd en krijgt het de ons
nog zo bekende trapgevel. Aan het complex wordt een toneel
zaal toegevoegd, waardoor het bebouwde grondoppervlak van
het terrein komt van 2,34 are op 4,84 are.
Deze periode is overigens voor Castricum van veel betekenis ge
weest. Er wordt een nieuw raadhuis in 1911 gebouwd (de huidi
ge muziekschool) en in ditzelfde jaar ook de R.K. Pancratiuskerk
met pastorie en zusterhuis. Het centrum van Castricum kreeg in
een zeer kort tijdsbestek een volledig nieuw aanzien.
Afbeelding 4
De „oude" Rustende Jager in dezelfde periode van zeer dichtbij.
Voor het pand de koets met de familie Rommel.
6
In een openbare verkoping op 15 december 1925 worden de
drie percelen gekocht door achtereenvolgens Willem Borst, ca
féhouder, Bernardus Anthonius Res, gemeenteontvanger en Ja
cobus de Nijs, metselaar, allen wonende te Castricum.
Dorpstraat.
Castricum.