In november van hetzelfde jaar begint Groenendaal met de sloop van de toren. Op 17 februari van het volgend jaar wordt de plaats, waar het altaar moet komen, gewijd, waarna de eerste steen wordt gelegd. Dankzij een zachte winter vordert de bouw voorspoedig. Ondertussen worden door de ondernemende pastoor al plannen gesmeed voor de oprichting van een bewaar- en naaischool. Onderhandelingen worden gestart met de congregatie van de Zusters van het Arme Kind Jezus te Simpelveld. Reeds op 2 april 1910 vindt de aanbesteding plaats voor het eveneens door J. Stuyt ontworpen gebouwencomplex van zusterhuis met school. Opnieuw is G. Kabel de laagste inschrijver, die voor 22.200,- de bouw wordt gegund. Een boerderij naast de kerk wordt tot kosterswoning aangewezen. Al op 28 oktober van dit jaar betrekt Engering zijn nieuwe pastorie, gevolgd door de zusters, die kort daarna het zusterhuis betrekken en begint de bewaarschool met 120- en de naaischool met 40 kinderen. Op 18 november vindt de inwijding plaats van de beide scholen en de kapel van het zusterhuis (afb. 10). Op 24 november wordt de nieuwe kerk voorlopig ingewijd, waarna de sloop van de oude pastorie en kerk begint. 8 Juni 1911 is een grote dag voor de parochie, als met de parochianen en een groot gezelschap van kerkelijke leiders uit de wijde omtrek de kerk pontificaal wordt ingewijd. afb. 9 Bouwheer Engering en bouwmeester Stuyt poseren na afloop van de plechtige kerkwijding voor de kerk. (collectie: Ton de Groot) Activiteiten buiten de zielzorg Maatschappelijke veranderingen gaan aan de aandacht van de kerk niet voorbij. Aan het begin van de 20-ste eeuw richt de aandacht van de kerk zich meer en meer op het terrein van het onderwijs. De strijd om de gelijkschakeling van openbaar en bijzonder onderwijs eindigt met de grondwetsherziening in 1920, waarbij o.a. ook de financiële gelijkschakeling wordt vastgelegd. In 1912 wordt voor het eerst serieus over de bouw van een katholieke school gesproken, terwijl in 1913 de wijkverpleging ter sprake komt. Het zal nog enige jaren duren, voordat in 1919 het definitieve besluit valt om tot de stichting van een bijzondere school over afb. II Pastoor Engering poserend voor de ,,Lourdes-grot" in de tuin van de pastorie ca. 1920. (collectie Ton de Groot) afb. 10 Foto uit 1918 van het zojuist in gebruik genomen complex van kerk, pastorie en zusterhuis. Links op de foto staat nog de boer derij, welke kort hierna gesloopt zou worden t.b.v. de bouw van de A ugustinusschool. (collectie: Werkgroep Oud Castricum) te gaan. Deze zal aan de noordzijde van de kerk gebouwd moeten worden. Een school voor jongens en meisjes -de Augustinusschool- is dan een feit. Maar de bemoeienissen van de kerk gaan verder. Zo wordt in 1921 aan leden van het patronaat een stuk kerkeland voor een voetbalveld afstaan. De voetbalclub Vitesse is hiermee geboren. Vele verenigingen op cultureel en recreatief gebied komen op initiatief van de kerk van de grond. Als in 1923 de kermisexploitant Koek verzoekt om tijdens de kermis met een zweefmolen op het pastoorsland te mogen staan, wordt de toestemming verleend, maar onder de voorwaarde, dat een gedeelte van de opbrengst aan de kerk vervalt. Koek heeft zich kennelijk niet aan de afspraak gehouden, want als in 1927 de gemeente de kerk toestemming vraagt om het sportterrein als kermisterrein te gebruiken, worden de wat merkwaardige klinkende voorwaarden gesteld: „Koek niet, en geen dansgelegenheid". Een der laatste bemoeienissen van Engering is een onderhoud in het gemeentehuis te Limmen over de verkoop van landerijen voor de aanleg van de provinciale weg van Limmen naar Uitgeest.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 1983 | | pagina 9