stoomtramlijn verbonden zijn. Na discussie wordt besloten de
voorzitter uit te nodigen de Heer Holland aan te schrijven de
31e mei a.s. met de le trein uit Amsterdam naar Castricum te
komen om dan met de raadsleden de weg op te wandelen, een
onderzoek ter plaatse te houden en daarna een vergadering
te beleggen.
31 mei 1882
Dokter Stolp verzoekt aan de gemeenteraad om de aanstelling
van een vroedvrouw, omdat hij „uit hoofde de groote
uitgestrektheid der gemeente moeilijk in staat is om zowel de
genees- als de verloskundige praktijk beiden goed te beharti
gen". De Raad neemt met 4 stemmen vóór en 3 tegen het
voorstel aan tot het aanstellen van een vroedvrouw, onder de
voorwaarde dat gezien de kosten voor de gemeenschap een
regeling getroffen kan worden met de gemeente Limmen, dat
de vroedvrouw ook Limmen tot haar werkterrein heeft en dat
de kosten samen worden gedeeld. Limmen zal hiermee akkoord
gaan, mits de vroedvrouw aldaar woonachtig zal zijn. Dit
wordt door de Raad als billijk ervaren, omdat er in Limmen in
tegenstelling tot Castricum geen arts woont.
29 juni 1882
De Raad heeft afwijzend beschikt over het opnieuw verlenen
van een concessie voor het exploiteren van een stoomtramlijn,
vanwege het schrikken der paarden door de stoomlocomotief
en de eventueel daaruit voortvloeiende ongelukken. J. Holland
vraagt nu een concessie voor het exploiteren van een
paardetramlijn, hoewel dit eigenlijk in strijd is met zijn pricipe
en hij een paardentramlijn uit de tijd vindt. Deze concessie
wordt hem door de Raad verleent op voorwaarde dat hij: de
gehele straatweg binnen de gemeente, nu nog op een breedte
van 2.50 meter, tot 4 meter verbreedt en het gehele onderhoud
van de straatweg bekostigd, zolang hij de tramlijn exploiteert.
30 augustus 1882
De brandraad van de gemeente vraagt ter goedkeuring aan B en
W dat:
de linnen slangen van de bruine en de witte spuit mogen
worden getaand; enkele kleine lekkages maakt het tanen
van de slangen noodzakelijk - de kosten zullen 12,—
bedragen.
de verordening op het brandwezen, waarin het bezit van de
2e spuit tot uitdrukking komt.
de ouderdom van de brandweerlieden wordt bepaald van 18
tot 50 jaar.
Brandweermeester is Jan Pzn. Kuijs.
13 september 1882
Mejuffrouw Elisabeth Slot uit Hoorn wordt aangesteld als
vroedvrouw voor Castricum en Limmen voor een jaarwedde
van 300 gulden en recht op vrije inwoning (te Limmen).
Jan Holland had in een eerder schrijven te kennen gegeven dat
hij ging samenwerken met de Kennemerlandsche Tramway
Compagnie (K.T.C.); deze vennootschap werd gevormd door
de heer C. de Groot uit Egmond aan Zee met 3 plaatsgenoten.
In verband hiermee had hij de concessie voor de aanleg van een
paardentramlijn overgedragen aan de K.T.C.; deze vond echter
de voorwaarden te bezwarend, vooral het gehele onderhoud
van de Bakkummerstraatweg. De Raad besluit tot aanpassing
van de concessie, zodat alleen het gedeelte van de straatweg,
waarover de tramweg zal lopen, moet worden onderhouden.
4 oktober 1882
De hulponderwijzer E. Berendsen verzoekt per 10 nov. 1882
eervol ontslag, hetgeen hem wordt verleend.
18 oktober 1882
Jan Holland bericht dat hij met enkele ingenieurs, een
oud-zeeofficier en een werktuigbouwkundige een contract heeft
afgesloten tot het oprichten van een N.V. genaamd „Stoom
tram Holland" die zich voorneemt:
1 het aanleggen en exploiteren van een stoomtramweg vanaf
Bergen naar Alkmaar, Heiloo, Limmen, Castricum, zijtak
vandaar naar de Egmonden en mogelijk verder Heemskerk,
Beverwijk, Velsen, Santpoort, Haarlem, aldaar aan te
sluiten op het station.
2 met de exploitatie van een gedeelte der lijn in begin 1883 een
aanvang te nemen.
De samenwerking met de K.T.C. in welke compagnie hij zich
21 juli deed opnemen, vervalt „daar men zo later gebleken is,
dat op die datum die vennootschap niet bestond en zelfs nu nog
niet bestaat. Die overeenkomst is dus van nul en generlei
waarde. U Edelachtbare gelieve hiervan nota te nemen, de
onderhandelingen met de K.T.C. kunnen dus als geëindigd
beschouwd worden".
De Raad besluit zijn verzoek af te wijzen, omdat de concessie
voor de paardentramlijn, die is verleend aan de K.T.C. nog van
kracht is tot 1 jan. 1883 en er geen termen aanwezig zijn om de
concessie in te trekken.
25 oktober 1882
Jacob Brakenhoff neemt ontslag als wethouder en lid van de
gemeenteraad in verband met zijn vertrek naar een andere
gemeente (Nijmegen).
22 november 1882
Voor de begroting van 1883 zijn er geen uitgaven voor de
schoolmeubelen uitgetrokken, omdat er in 1883 een nieuwe
school gebouwd moet worden en bij gevolg enige nieuwe
schoolmeubelen worden aangekocht, welke kosten op een
suppletoire begroting gebracht worden.
Jan van Hes uit Franeker wordt benoemd tot hulponderwijzer;
hij zal de post per 1 februari 1883 aanvaarden. Tussentijds
worden 2 kwekelingen vanaf 1 november 1882 tegen een
geringe vergoeding aangesteld.
20 december 1882
S. Louter wordt gekozen tot nieuw raadslid en in deze
raadsvergadering wordt Jacob Kuijs tot wethouder gekozen;
beide in de vacature ontstaan door het vertrek van Jacob
Brakenhoff.
31 december 1882
De gemeenterekening over het jaar 1882 bedraagt aan
inkomsten 15222,- en aan uitgaven 12478,-. Het batig saldo
bedraagt derhalve 2744,-.
S.P.A. Zuurbier
42