Castricum - honderd jaar geleden
In het jaar 1882 heeft de gemeenteraad zich nogal eens
beziggehouden met verzoeken voor de aanleg van een tramlijn
naar de Egmonden en naar Velsen, met de aanstelling van een
vroedvrouw en een onderwijzer. Het gemeentebestuur onder
voorzitterschap van burgemeester jonkheer Boreel van Hoge-
landen bestond uit wethouders A. van der Park en Jacob
Brakenhoff en de raadsleden Jan Pzn. Kuijs, Jacob Kuijs, W.
Melker, J.A. van Soll en Frans Glorie.
Op 1 januari 1882 telt Castricum 1633 inwoners; op 31
december 1882 is dit aantal toegenomen tot 1702. In 1882
worden 70 kinderen geboren, overlijden er 27 personen en
worden 11 huwelijken gesloten.
31 januari 1882
Jan Beusman is benoemd tot gemeenteveldwachter. Aan de
Commissaris van de Koning wordt een verzoek gericht om hem
ook te benoemen tot onbezoldigd rijksveldwachter, opdat hij
in voorkomende gevallen ook buiten de gemeentegrenzen als
politiebeamte kan optreden. Op 27 februari wordt hij als
zodanig aangesteld.
De schoolvakanties waren honderd jaar geleden slechts van
korte duur. Voor het jaar 1882 worden in totaal 4 vakanties
afgesproken:
de week vanaf palmzondag tot dinsdag na Pasen.
de le maandag tot de 3e maandag in juli.
de kermisdagen t.w. de le maandag en dinsdag in september.
van 24 december tot 3 januari.
1 maart 1882
In een brief van B en W aan Dirk Schotvanger als armvoogd,
klaagt het college over het feit dat de bewoners van het
armenhuis een ruim gebruik maken van de herbergen en
kroegen. Zij wijst op het laakbare van deze handelswijze te
meer daar de financiële toestand van de Algemene Armen
allesbehalve gunstig is.
1 april 1882
De sociëteit „Ons genoegen" is opgericht. De sociëteit wordt
elke dinsdagavond gehouden in het lokaal van J. Koning Kars
de Rustende Jager). Negen notabelen allen van de Neder-
landsch Hervormde godsdienst vormen de sociëteit; hieronder
waren: Willem J. Ruwers 33 jaar, stationschef als voorzitter en
verder de leden Jacobus J. Rommel 28 jaar, bloemkweker,
Nicolaas P. J. Rommel 35 jaar., Pieter Stolp 27 jaar, arts,
Hessel IJskes 29 jaar, onderbaas bij de zanderij, Jan A. van
Soll 69 jaar, raadslid en brievengaarder, Roelof H. Pen 32 jaar,
broodbakker en winkelier, zijn schoonvaderJohannes Koop-
stra73 jaar en de logementhouder Jan Koning Kars 46 jaar.
17 april 1882
Aan B en W wordt door het dagelijks bestuur van de
Castricummer polder het verzoek gericht om na 1 mei 1882 in
de vergaderzaal van het gemeentehuis te mogen vergaderen. Dit
omdat na deze datum het vergaderen in een herberg in strijd
met de wet is. Het polderbestuur vergadert jaarlijks 10 tot 12
keer en is bereid na elke vergadering de raadszaal te doen
opknappen, terijwl ook door het bestuur de benodigde
brandstoffen zullen worden aangeschaft. Binnen de gemeente
kan het bestuur bovendien geen geschiktere gelegenheid
vinden.
De huurwaarde van de lokaliteiten waar sterke drank mag
worden verkocht is voor de kasteleins als volgt vastgesteld:
L. A. van Benthem (café de Vriendschap) huurwaarde 80,-
Jan Duijn (Kerkbuurt) huurwaarde 125,-
de wed. Her. Zonneveld (Schulpstet) huurwaarde 30,-
C. Roskam (Kerkbuurt) huurwaarde 150,-
de wed. C. Zonneveld - Boon (Bakkum) huurwaarde 40,-
D. de Winter (Kerkbuurt) huurwaarde 30,-
J. Koning Kars (de Rustende Jager) huurwaarde ƒ110,-
W. Res (Mient) huurwaarde 30,-
18 april 1882
In de gemeenteraad is het verzoek van J. Holland wonende te
Amsterdam en oprichter van de Kennemerlandse Stoomtram
maatschappij aan de orde tot het aanleggen en exploiteren van
een stoomtramlij n van Castricum naar Velsen vanaf het station
tot aan de brug bij het Noordzeekanaal. De raad besluit aan dit
verzoek niet te voldoen, totdat J. Holland begonnen is aan
de lijn Castricum naar Egmond (zie ook deze rubriek in het
vorige jaarboekje).
17 mei 1882
Op de eerste dag van deze maand is de verleende concessie voor
het aanleggen van de stoomtramlij n Castricum - Egmond
verlopen, omdat nog geen aanvang is gemaakt met de aanleg
van deze lijn. Jan Holland vraagt in zijn brief van 22 april om
opnieuw de concessie te verkrijgen.
Het dagelijks bestuur van de gemeente adviseert de raad
opnieuw tot 1 nov. 1882 de concessie te geven. Jan Kuijs is
tegen het verlenen der concessie met het oog op de belemmering
der passage en het bederven van de Bakkummerstraatweg. De
voorzitter en de Heer van Soll achten het bezwaarlijk om nu
nadat eenmaal de concessie is verleend en de Heer Holland met
tal van moeilijkheden heeft te kampen gehad, die hij volgens
zijn schrijven grotendeels overwonnen heeft, hem nu de
concessie te weigeren. De heer Kuijs merkt op dat toen de zaak
de vorige maal in de Raad behandeld werd, hij niet
vertegenwoordigd was en dat volgens zijn oordeel de Heer
Holland de lijn naast de weg moet leggen. De voorzitter merkt
op dat deze. voorwaarde gelijk staat met een weigering der
concessie, omdat aan een wet tot onteigening ten algemene
nutte veel te veel kosten voor de exploitatie van de
41