Nog in datzelfde jaar maakte hij een reis door Noord Holland.
In een memorie van hem schrijft hij hierover o.a.:
"Die vaert tot Backum gestopt, dient datelijck geopent, als
jegens het octroy ende recht gestopt; zij moghen de zijl op haer
vaert leggen. Off men mitten heere van Marquette nyet zoude
kunnen handelen bij offstandt van een partye jurisdictie van
Backum jegens een party duynen".
Na zijn dood in mei 1619 was de rentmeester op 19 juni 1619 in
Bakkum gekomen en heeft in aanwezigheid van de baljuw,
schout, schepen en oud-schepen van Bakkum instructies
gegeven, hun beloften gevraagd en salaris uitbetaald.
Johan had bij Maria van Uytrecht 5 kinderen:
Jan overleden op 7-jarige leeftijd in 1584.
Geertruyd overleden in 1601, gehuwd met Reinout van
Brederode.
Maria gehuwd met Mr. Cornelis van der Mijle.
Reinier onthoofd op 29 maart 1623 voor een mislukte aanslag
op prins Maurits.
Willem vluchtte naar Brussel na deze aanslag.
MARIA VAN UYTRECHT
ambachtsvrouwe 1619-1625
Na het overlijden van Johan van Oldenbarnevelt werd zijn
echtgenote Maria van Uytrecht in 1619 ambachtsvrouwe van
Bakkum.
Op 18 juli 1623 verkoopt zij aan en ten behoeve van haar
dochter Maria van Oldenbarnevelt o.a. de heerlijkheid
Bakkum.
Twee jaar later op 20 juni 1625 wordt de heer Cornelis van der
Mijle, ridder, heer van der Mijle, Dubbeldam etc. als man en
voogd van vrouwe Maria van Oldenbarnevelt, zijn erven en
nakomelingen beleend met de heerlijkheid Bakkum.
Afb. 9 Maria van Uytercht - ambachtsvrouwe.
Afb. 10 Cornelis van der Mijle
I le ambachtsheer van Bakkum.
CORNELIS VAN DER MIJLE
11e ambachtsheer van Bakkum 1625-1642
Cornelis van der Mijle was geboren in 1578 te 's Gravenhage en
zoon van Mr. Adriaan van der Mijle, heer van Bleskensgraaf en
Dubbeldam, en Magdalena van Egmond van de Nijenburg.
Cornelis ging in 1591 letteren studeren in Leiden. Hij bezocht
na zijn studie verschillende buitenlandse universiteiten, stu
deerde o.a. in Geneve. In 1603 kwam hij terug van een reis door
Frankrijk, Italië en Duitsland. Direkt na zijn terugkeer trad hij
op 4 febr. 1603 te 's Gravenhage in het huwelijk met Maria
Johanna van Oldenbarnevelt. Op deze bruiloft waren de
aanzienlijksten uit het land aanwezig: Louis de Coligny, prins
Maurits en prins Frederik Hendrik.
Verwant met de invloedrijkste geslachten, bevriend met de
prinselijke familie en met geleerden van Europese naam, stond
hem een schitterende toekomst te wachten. Onder leiding van
Oldenbarnevelt, die zijn schoonzoon zeer op prijs stelde, werd
hij ingewijd in de geheimen der diplomatie.
Eind 1603 werd hij benoemd in de raad van prins Maurits en
curator van de Leidse Universiteit. Hij leidde diverse diploma
tieke missies naar buitenlandse vorsten, was ambassadeur te
Parijs en Venetië. Hij werd in 1609 door de koning van
Frankrijk verheven tot ridder.
Cornelis van der Mijle volgde zijn vader op als heer van
Bleskensgraaf en Dubbeldam en volgde zijn neef op als heer
van de Mijle en St. Anthonispolder. Hij werd in 1613 lid van de
Ridderschap van Holland en West-Friesland, in 1614 lid van de
Raad van State.
9
lat