Castricum - honderd jaar geleden
Werden de belangrijkste gebeurtenissen in 1877, zoals opgete
kend in het le jaarboekje, gekenmerkt door allerlei gebeurte
nissen, besluiten en conflicten betreffende het onderwijs in
Castricum, zo kan het jaar 1878 het jaar van de brandweer
genoemd worden. Zo komt na enig geharrewar een verordening
op de brandweer tot stand, waarbij het merendeel der
Castricumse inwoners een taak krijgt toebedeeld. Bovendien
wordt in dit jaar aan de Kramersweg (nu Burg. Mooijstraat) het
brandspuithuisje gebouwd.
Aan de hand van raadsnotulen, ingekomen brieven e.d.,
aanwezig op het regionaal archief in Alkmaar, kunnen we de
verschillende gebeurtenissen op een rijtje zetten.
Op 1 jan. 1878 telt Castricum 1566 inwoners. In 1878 worden
72 kinderen geboren, -'orden 13 huwelijken gesloten en
overlijden 32 personen.
Het gemeentebestuur bestaat uit de pas benoemde burgemees
ter de jonkheer Mr. Jacob Willem Gustaaf Boreel van
Hogelanden, de wethouders C. Mooij en J. Schotvanger en de
leden J. Apeldoorn, A. van der Park, F. Glorie, Jan - en Jacob
Kuijs. De burgemeester tevens secretaris genoot een jaarsalaris
van 450,— en de wethouders een jaarsalaris van 15,—.
15 febr. 1878
De gemeenteveldwachter heeft een proces-verbaal opgemaakt
wegens overtreding van de politieverordening, welke voor
schrijft, dat de kroegen om 10 uur gesloten moeten zijn.
22 febr. 1878
De minister van Binnenlandse zaken geeft toestemming aan de
nieuwe burgemeester om zich vanaf 15 maart gedurende twee
en een halve maand buiten zijn woonplaats op te houden. Deze
toestemming komt op een door de burgemeester gericht
verzoek om bij gelegenheid van zijn huwelijk een buitenlandse
reis te maken.
In het Nederlandse Adelboek kunnen we lezen, dat Jonkheer
Jacob Willem Gustaaf Boreel van Hogelanden op 14 maart
1878 te 's Gravenhage trouwt met barones Maria Cornelia
Schimmelpenninck van der Oye. Hij is dan 25 jaar oud en
woont op het landgoed Meervliet te Velsen (na zijn Castricumse
periode is hij o.a. burgemeester van Haarlem, lid van
Provinciale - en Gedeputeerde Staten, lid van de Tweede Kamer
en kamerheer).
8 maart 1878
In Castricum spoelt veel hout aan van het onder Egmond aan
Zee gestrande en verbrijzelde Duitse barkschip "Amalie". Op
8 mei daaraanvolgend worden de gestrande goederen publieke
lijk verkocht.
13 maart 1878
Door de direktie van de Amsterdamse Duinwatermaatschappij
is concessie aangevraagd voor het maken van een waterleiding
van Castricum langs de Zaanstreek tot aan Amsterdam. In het
antwoord van de burgemeester "betreffende den aanleg eener
duinwaterleiding door de duingronden bekend onder den naam
van Brabantsche Landbouw en toebehoorende aan de doua-
nière van wijlen Jonkheer Mr. D. Gevers van Endegeest,
geboren Deutz van Assendelft", bericht hij, dat de gemeente
door de aanleg der werken, zowel wat aanbesteding van het
werk betreft als door vertering der werklieden een tijdelijk
voordeel zal genieten; dat bedoeld werk aan de polder der
gemeente Castricum ook voordeel zal opleveren, omdat de
polder voortaan van wateroverlast bevrijd zal zijn, maar dat
daarentegen de landbouw een aanzienlijk nadeel zal onder
gaan. De voormelde duingronden lopen namelijk gevaar, zoals
o.a. ook in het naastgelegen duin - toebehorende aan Z.K.H.
Prins Frederik der Nederlanden - gebleken is, door het graven
van kanalen te veel uit te drogen en aangezien vele ingezetenen
der gemeente een middel van bestaan vinden in de aardappel
teelt in de duingronden, zal voormeld werk wat dit punt betreft
een wezenlijk nadeel voor de gemeente zijn.
Tevens zal de houtteelt in de bedoelde duinen, welke de laatste
jaren aanmerkelijk is toegenomen, door het tot stand komen
der waterleiding schade lijden.
Uit opgaven van het gemeentebestuur in dit jaar aan het
provinciaal bestuur worden als hoofdprodukten voor de
gemeente Castricum genoemd: aardappelen, bonen, bloembol
len, gras - en hooiteelt, haver, rogge en veldslazaad, waarbij
aardappelen en veldslazaad hoofdzaak zijn. Verder wordt
gemeld dat over 1877 200 m3 schelpen verzameld zijn.
22 mei 1878
Tot heemraden van de St. Aagtendijk voor onze gemeente in de
vacatures ontstaan door het overlijden van de heren C.
Schermer en J.F. Rommel zijn benoemd:
Burgemeester J.W.G. Boreel, 25 jaar, geboren te Velsen,
Ned. Hervormd en wethouder C. Mooij Jz. 56 jaar, geboren
te Bergen, R.K.
27 mei 1878
Bij het gemeentebestuur is het verzoek binnengekomen van C.
Roskam, biljart - en kolfbaanhouder te Castricum, om een
boom op de Rijksweg te mogen rooien en een gedeelte van de
bermsloot te mogen dempen, teneinde een doorrijstal te
kunnen bouwen (bij het huidige bondshotel Lefering).
11 juni 1878
In Castricum is er groot feest bij de ontvangst van de
burgemeester na diens buitenlandse huwelijksreis. Een maand
daaraan voorafgaande had de wethouder C. Mooij Jz. een
verzoek gericht aan de commissaris des Konings tot het
plaatsen voor deze gelegenheid van erepoorten en guirlandes op
de Rijksstraatweg.
22