0N1NKR1JK DER NEDERLANI
f gfe
36391
ks 14941
KON
14941/7047
Toen er werd gebeld, morste de pastoor wat koffie op
zijn toog. Hij veegde dat met zijn hand af en ging naar
de deur. Daar stond Aabeco Piet die zeer verheugd
was, omdat dochter Lies was geboren. Dat was in
1936. Hij vroeg aan de pastoor of die zijn dochter van
daag nog wilde dopen. De pastoor vond het deze dag
niet nodig en zei: „Kom volgende week maar terug”.
Dat zinde Piet niet en deelde de pastoor mee dat hij
daarom vandaag naar Nieuwe Niedorp zou gaan. Toen
had de pastoor opeens wel tijd. „Kom dan vanmiddag
maar om twee uur.” Toen hij de deur dicht wilde doen,
zag hij een jong stelletje op de fiets aankomen. Tegen
de pastoorsmeid zei hij: „Zeg maar tegen dat jonge
stelletje dat straks aanbelt, dat ik er niet ben”. Deze
jonge trouwlustigen vonden het wel vreemd dat de
Ford van de pastoor gewoon bij de kerkenstal stond.
Vanaf 1929 tot 1945 zijn er geen officiële papieren
bewaard gebleven. De pastoor had blijkbaar geen
last van de economische crisis van de dertiger jaren.
Tijdens de oorlogsjaren roofden de Duitse bezetters
zelfs de kerkklokken uit de torens, maar pastoor Van
der Burg mocht zijn Ford houden. Werden de katho
lieke priesters in die oorlogsjaren soms ontzien?
Met Sint-Maarten reed hij naar het eind van Zijdewind
om de misdienaars maar ook andere kinderen op te
DER NEDERLANDEN
ratie-bewijs
halen en later weer thuis te brengen. Toch vond hij dat
hij iets meer moest doen. Hij moest op korte termijn
voor die lieve kinderen toch maar een reisje naar de
speeltuin in Halfweg regelen.
De meeste kinderen waren lief, maar hij dacht aan
die middag waarbij veel kinderen tijdens de aubade
stonden te zwaaien met vlaggetjes. Hij had toen
gezien dat er een aantal stiekem naar de tuin was
gegaan om er appels te pikken. Na afloop van de
aubade snelde hij door de pastorie naar achteren en
wist een paar diefjes te pakken. Wat zullen die oren
zeer hebben gedaan.
Kinderen tot 13 jaar gingen op zondag naar de kerk
om te luisteren naar verhalen van de pastoor. Men
noemde dat de Edelwacht. Voor de oudere meisjes
was er vaak daarna een Maria-congregatie. Omdat de
pastoor op een namiddag nog enkele priesterstuden
ten naar Hoorn wilde brengen, liep hij na de Edelwacht
naar de kerkenstal. Zij auto was nooit op slot, dat
hoefde in die tijd nog niet. Toen hij al vrij dicht bij zijn
XYrguxx’ING
RIJKSVERKEERSINSPECTIE IN HET DISTRICT NOORD-HOLLA
IE OPGENOMEN.
Deo.1945 0-14941
vervoer
nummer
19
VER
IR.
'S-G RAVEN,
Bijna een half jaar na de bevrijding kreeg de pastoor in oktober
1945 een registratiebewijs betreffende zijn Ford model coach
die hij in 1929 bij Peereboom had gekocht. Het chassisnummer
A400090 en het persoonlijke kenteken G-45883 klopte, zodat
zeker is dat hij nog steeds de A-Ford van 1929 bezat.
De Rijksinspectie van het Verkeer in het district Noord-Holland
stuurde op 20 december 1945 een tijdelijke vergunning tot het
gebruik van zijn Ford. In dit officiële document werd de auto een
sedan genoemd, terwijl in eerdere papieren het ging om een
sedan.
MOTORRIJTUIG:
Merk
Motornummer
Chassisnummer
Brandstof
Vo-ö
kon
vos
wUiiedorp
«wil nninen- dtn Gemachti,
vflFürn Chef van den Staf i
voor hel
Ford
a 400090
idem
benzine
den \ergunninghouder is
FABRIEKSTYPE:
MOTORNUMMER
PROVINCIALE KENTEEKEN:
SOORT BOVENBOUW: -
IS IN DE REGISTRATIE VAN HET MINISTERIE VAN VEI
Jaar van fabricage
Provinciaal krnirekrn G—
Typese
Standplaats* Nw
Fastoor
Het beroep van
K I2JI
onder letter
F_
iet gebruik van het hierna ontschreven motorrijtuig ingericht
br» dan met autobussen of in overheidsdienst!.
4$
Rijkrinspectéur van het Verkeer te AMSTERDAM verlet
igverkeer op grond van de erordeuing Rijvergunningen v3
n 14 Februari 1945 No. 70 aan'
BOUWJAAR: -
IMMER: —A -
Wilt
r son
IBER 1945.
A R. D M.
Z-Oi
No. V