Omschrijving:
aanhangwagen(s).
Zijn auto, een echte T-Ford, was alles voor hem.
Hij was daarom de parochianen zeer dankbaar, omdat
zij voor dit moderne vervoermiddel hadden gezorgd.
Het Christoffelbeeld op de top van de radiator had
hij zelf aangeschaft en daar was hij trots op. Het
maakte de auto af. Dat hadden ze ook bij Peereboom
in Nieuwe Niedorp gezegd. Deze garage had de auto
immers geleverd. Sommige parochianen vonden het
vreemd dat de pastoor de auto bij een protestantse
garage had gekocht.
Toen de pastoor de auto uit de kerkenstal reed, liepen
er een paar jongens naar hem toe. Hij vroeg of zij
zin hadden in een ritje. Dat wilden ze natuurlijk wel.
De pastoor reed dan vaak via de Westerweg naar
de Kampen, want dat was vanaf de Kolonie lekker
kronkelig. Hij maakt het rondje niet te lang, want
hij wist dat het buurjongetje al klaar stond met een
emmer water en een spons. Zijn auto zou na een paar
uur weer glimmen. Hij schrok wakker van het geluid
van de claxon. De auto glom. Toen de pastoor naar de
auto liep, zag hij dat Jantje glimlachend naast de auto
stond en wachtte op zijn beloning. De pastoor nam
hem mee naar het klooster in Nieuwe Niedorp om daar
de biecht af te nemen. Jan wachtte in de auto tot de
pastoor klaar was.
Na het eten had de pastoor nog een receptie in Zijde
wind, in het café van Blankendaal. Hij parkeerde zijn
auto, zoals hij altijd deed, op het pad van Dirk van der
Fluit en liep de zaal in. Hij feliciteerde het bruidspaar
en dronk een paar glazen. Na afloop zei hij tegen een
paar jongens dat hij de sleutel van zijn auto kwijt was.
Daarom vroeg hij aan ze of ze zo vriendelijk wilden zijn
om zijn auto naar de kerkenstal in ’t Veld te duwen.
Dat konden ze de pastoor toch niet weigeren. Zelf ging
hij achter het stuur zitten en zes jongens duwden de
auto naar de kerkenstal. Daar aangekomen bedankte
hij de jongens voor de zware klus. Daarna haalde hij
demonstratief de autosleutel uit zijn zak en liet dat
triomfantelijk aan de jongelui zien. Grinnikend liep hij
naar de pastorie, zakte na deze zware dag in zijn stoel
in een diepe slaap.
De pastoor liep naar de kerkenstal en deed de auto-
deur open. Wat zag hij daar liggen? Snel raapte hij het
op. Het bleek een condoom te zijn. Had die dekselse
Jan uit Zijdewind hem in verlegenheid willen brengen?
De pastoor stopte dat ding gauw in zijn zak om het
thuis weg te gooien. Hij heeft er nooit een woord over
gezegd, maar die Jan uit Zijdewind ook niet, want dan
zou hij verraden dat hij het gedaan had.
In 1932 richtte hij de meisjesschool op en haalde met
zijn T-Ford vijf zusters uit Bergen op om op de nieuwe
school te gaan lesgeven.
ALKMAAR 1« afd.
tgen ALKMAAR
van het motorrijtuig en
T# ALKMAAR
lastgeving.
nummerbewijs
1928 model A Ford.
te
breedte
breedte
Op 10 september 1929 ontving de pastoor
bericht dat zijn Ford Tudor Sedan 1109 kg woog.
In de weging waren begrepen de navolgende
losse voorwerpen: een reservewiel, een pomp,
zes stuks gereedschap en 20 liter benzine
het door
bantïenlengte
verdere kenmerken
Door re halen indien
■belasting n°. 22
1929
176
aantal vaato
kleur c r u
van fabricage
aantal ey-
Inspecteur
st aan voor het toezicht by de
z? t-
schreven motorrijtuig ‘Y-v'T"
len, uüuj ingericht voor personen verve
igwagenw op de w<
Aanhangwagen N». t, voorrien von
ll00Jrte verdere kenmerken;
en voor zoover niet van toepassing.
I. Kenmerken volgens het nmnmerbewtys: Utter
II. Venlere kenmerken: Fabrieksmerk
e motornummer <zi/,
hnders V
(fabrikant
carw’ I model
serie ?n klapzktplaatson met inbegrip van die van den bestuurder
f hoofdbekleeding ƒ,7*//
Voorzien van banden.
Andere kenteekenen tot vaststelling van de Identiteit:
'-y Nummer 3
jaar
f -a ---y.. 7». u-
hoogte van den grond tot het hoogste punt Z JU)
,tter Nummer ,rS'<PÓ'\
Aanhangwagen N^^éórz.en van
...•HMgre
der direcle belastingen
invoerrechten
Mt de on /o t Jh t
ur^en-lcbten weging van h^oor
gt’houden. hieronder
m°r meer dan twee
snij (niet) meer dan 7 personen, rnct
teeginrichting van
kommiezen
den X
- inspecteur
Outwmprr