rekening
gTrage peereboom
De Ford model T van pastoor M. van der Burg
De T-Ford was een van de eerste auto’s die in mas
saproductie werd genomen. Elke werknemer ver
richtte slechts één handeling, waardoor deze auto de
goedkoopste op de markt was. In 1924 had je al zo’n
auto voor 290. Dit model T werd geproduceerd vanaf
1908 tot 1927. In totaal zijn er meer dan 15 miljoen
gebouwd. De motor was een viercilinder met een
inhoud van 2,9 liter en leverde 20 pk. De topsnelheid
lag in de buurt van 70 km per uur.
Deze auto had drie pedalen, maar die zijn niet te
vergelijken met de pedalen in een moderne auto.
Het linkerpedaal was de versnelling. In de middelste
stand stond de versnellingsbak in zijn vrij. Drukte men
het pedaal helemaal in, schoot de bak in de eerste
versnelling. Liet men het pedaal helemaal opkomen,
dan hielp de bak zichzelf in de tweede, de laatste
versnelling.
Het middelste pedaal gebruikte men als men achteruit
wilde rijden en het rechterpedaal was de rem op de
transmissie. Links naast de bestuurder bevond zich
een grote hendel die niet alleen de parkeerrem was,
maar er ook voor zorgde dat het schakelpedaal in de
middelste stand, de neutraal, kwam. Rechts naast het
stuur bevond zich een hendeltje om gas te geven en
die bleef staan, waarop je het zette.
Wanneer en bij wie de pastoor zijn eerste auto kocht,
weten we niet. Wel is bekend dat het geen nieuwe
auto was, want toen hij zijn T-Ford bij Peereboom
inruilde voor een nieuwer model, stond er op de
rekening dat de T-Ford van 1925 was. De pastoor had
in dat jaar nog geen rijbewijs.
De Ford model A van pastoor M. van der Burg
De opvolger van de T-Ford was de Ford model A, die
geproduceerd werd in de jaren 1927 tot 1931. In die
jaren werden er bijna 5 miljoen gebouwd. Dit model
had ook een 2,9 liter motor, leverde 40 pk en had drie
versnellingen. De topsnelheid was ongeveer 105 km
per uur. Het was opmerkelijk dat dit model de huidige
bedieningspedalen had: links de koppeling, in het
midden de rem en rechts het gaspedaal. Bovendien
had de A-Ford een versnellingspook. Heel modern
dus. Een achteruitkijkspiegel was optioneel en de
brandstoftank bevond zich in de motorkap vlak bij het
dashboard. Het had een visuele brandstofmeter. In
koelere klimaten konden de eigenaren een unit kopen
om deze over het uitlaatspruitstuk te plaatsen om de
cabine van warmte te voorzien. Een kleine deur zorgde
voor aanpassing van de hoeveelheid warmte die de
cabine binnenkwam.
0
Ford model T.
Op 20 augustus 1929 ruilde de pastoor zijn Ford model T in en
kocht voor f1.250.- een Ford model A. Iedereen in ’t Veld en
omstreken noemde deze nieuwe auto nog vele jaren een
T-Ford, maar dat bleek niet te kloppen. Ook de bekende
ex-garagehouder Wout Slijkerman weet het zeker. Er heeft
jarenlang een Ford model A in zijn garage gestaan. In de volgende
anekdotes staat steeds vermeld dat de pastoor een T-Ford had.
Dat moet dus eigenlijk zijn een A-Ford. We laten het maar staan.
De heer Peereboom wist ook niet precies hoe je een katholieke
pastoor dient aan te spreken. Hij schreef een rekening
voor „den heer Eerw. Heer Pastoor”.
U16FOON 224
POSTREK 20*191
automobielen
motorrijwielen
rijwielen
1/ y
Urf)
VOOR
N. NIEDORP
tea
te
om
wie
gek