haar zus uiteindelijk kunnen bepalen dat de hofstede
een klooster werd. In de verklaring van 1668 staat ook
te lezen dat een tante van beide zusters, Griet Pieters,
voor haar overlijden een klopje was. Dit zal tevens
bepalend zijn geweest voor de verandering van de
hofstede tot klooster.
Het samenkomen, wonen en leven van de roomsge-
zinden in de Campen ('t Veld-Oost) was vanaf 1639
al bekend. Het bestuur van Alkmaar beschreef in dat
jaar „de paepse stoutigheden". De naam klooster
werd pas veel later vermeld. Op een kaart van 1654
stond voor het eerst de naam Clooster. Vanaf 1659
kun je deze naam ook tegenkomen in de aktes. Door
het toenemend aantal geestelijken Is In de loop van
de genoemde jaren de naam klooster ontstaan. Dit
klooster was niet een groot gebouw met ommuring.
Als basis diende de oude hofstede en het preekhuis.
Daarnaast kwamen enkele huisjes en dat breidde zich
in de latere jaren uit tot het uiteindelijke dorp 't Veld.
De naam 't Veld werd In die tijd nog niet gebruikt, maar
wel de Campen. Aan de rand van de Kostverlorenpol-
der ten oosten van het huidige dorp lag land met de
naam 't Veld. Door de groei van de gemeenschap en
woningen richting het oosten ging men rond 1700 over
tot de naam 't Veld voor de gehele buurtschap.
Dankzij bovenstaande tekst is nu duidelijk op welke
wijze in 't Veld een rooms-katholieke gemeenschap en
een preekhuis is ontstaan. Omdat er bij het klooster in
't Veld geen breed water voor de vlasbewerking voor
handen was, bouwden de begijnen een „heeckelhuijs"
aan de Nieuwe Sloot, ten oosten van het klooster. Met
het ontstaan van het nieuwe klooster werd het clooster
aan de Zijdewind het „oude clooster" genoemd. Oud
had in dit geval geen betrekking op de ouderdom,
maar enkel op het uit functie raken van de huisjes aan
de Tjaddinxrijd.
Waar lag dit klooster?
Dankzij een aantal aktes en een land legger van
omstreeks 1685 heeft men kunnen achterhalen waar
dit nieuwe klooster heeft gestaan. Een landlegger is
een soort register, een overzicht van de landerijen in
Op de vergrote kaart uit 1654 is duidelijk het eiland
en het hekelhuis te zien.
Op deze luchtfoto is de Martinuskerk slecht te zien, maar wel de parkeerplaats van de firma Leegwater, daaronder de parkeerplaats van
De Kogge met de parkeervakken en daar weer onder de handbalvelden. Ten noorden van de Rijderssloot stonden in de 17e eeuw vijf
kloosterhuisjes en aan de andere kant van de sloot de hofstede en ook nog een paar kloosterhuisjes.