6
De pony moest verkocht worden en is meegenomen
door veehandelaar Cees Slijkerman. Later is vernomen
dat de pony in Amsterdam beland is bij de C.P. N.
Daar heeft hij dienst gedaan om met borden aan zijn
zij, reclame te maken voor deze communistische partij.
En dat midden in de 'koude oorlog'. Hiervoor in de
plaats kwam een nieuwe VW bestelbus met de motor
nog achterin geplaatst.
Die ijsjes kocht ik in de bakkers- en snoepwinkel
van Laan. Dit waren heerlijke in zilverpapier verpakte
Friesevlag ijsjes met frambozen smaak. Als je aan
deze rode waterijsjes zoog verdween de kleur.
De knecht naast de kar is Piet Idema en op de bok zit
Peter Hoebe, mijn oudste broer.
Op de achtergrond is nog de kinderdraaimolen te
zien die elk jaar tijdens de kermis op ons 'bleekveldje'
stond.
Mijn vader had een zeer beperkt assortiment van
bloempap, gortepap, karnemelk, havermoutpap,
roomboter, vet, kaas en gesteriliseerde melk. En
natuurlijk 'volle' melk in bussen van 40 liter. Deze goot
hij over in een emmer van 15 liter en hiermee ging hij
langs de deur. Hier zat een maatbeker in van 1 liter. De
melk ging dan meteen in een pan. De overige produc
ten zaten allemaal nog in flessen afgesloten met een
kapje van 'zilverpapier'.
Achter de melkkar zijn de kratten met lege flessen nog
zichtbaar. Later kregen we er nog een luxe product bij.
Gele vla, wat door sommige klanten 'zondagse vla'
genoemd werd.
Dit eenvoudige huisje had nog geen riolering. Achter
het huis was een steeg waar een houten huisje stond
waar je je behoefte kon doen. Eens per jaar moest
de tank geleegd worden. Dit werd dan verspreid
over de moestuin, leder jaar hadden we dan ook een
prima oogst met mooie grote bloemkolen en heerlijke
meiraapjes. Als mijn vader die langs de weg zette, dan
was dat een traktatie voor de jeugd in Zijdewind.
De melkkar van Cor Hoebe.