hoor." „Mevrouw, dit plantje viel mij op, omdat ik dit bloempje en deze kleuren om deze tijd van het jaar nog nooit gezien heb. Maar ik ga nu thuis uitzoeken hoe hij heet en waar hij vandaan komt, want dit is ook een hobby van mij, begrijpt u." „Kom maar mee dan kunt u achter het huis zien hoeveel er wel staan." Nu, er stonden er wel honderden, dus was ik stom verwonderd. „Maar," vertelde die mevrouw, „waar wij zo verwonderd over zijn en waar u misschien een antwoord op weet is dat als we hier aan het tuinen zijn, we tientallen botjes vinden van dieren en ook schedels van vogels en andere beesten." Dat was voor mij een simpele vraag en de oplossing is dat een van de vorige eigenaars die hier heeft gewoond een „kippenskos" was, dus een handelaar in pluimvee. Deze familie heb ik zelf ook gekend en het is wel zeker dat zij veel kippen, konijnen en ook wel geiten hebben verorberd in de loop der jaren. De naam was Jan Kok Toen we zo terugliepen, zag ik ook een behoorlijke hoop stenen liggen: geen metsel- of straatstenen, maar allerhande modellen keien soms ook hele oude. „Ja, dat is mijn man zijn hobby om bijzondere stenen te verzamelen die hij heeft gevonden op het eiland Wieringen vooral op Oosterland." Een paar stappen verder loop ik over een grafsteen en dat was nog wel een steen van een priestergraf met het gehele op schrift. „Dit komt nog van een ruiming van een kerkhof en moest vernietigd worden, maar dat vond mijn man zonde. Dus ligt het nu hier." Inmiddels was haar man ook gekomen. Breed lachend zei hij: „Die mooie stenen waar je op loopt, liggen andersom want dat zijn ook grafstenen. Het waren heel aardige mensen en ze vroegen ook nog om de uitslag van het onderzoek van het plantje, want daar waren ze nu ook naar benieuwd. Enkele dagen later ben ik daar weer naar toegegaan. Toen had zij voor ons een grote verrassing. Ten eerste kon zij vertellen dat er vroeger in dat kleine huisje ook nog een paar koeien op stal hebben gestaan. Deze inlichting hadden ze gekregen van de familie Vlaming. Dit was nog waar ook, want ik heb dat ook van de dochter Riet Kok gehoord. Zij had in haar slaapkamer tje stenen gezien, die aan de rand van de mestgroep waren gebruikt. Ook had ze voor mij een hele lijst met de namen van alle vorige bewoners. Zo vind je dan een stukje historie op je fietstocht. Ook ontdekte ik wat nog wel meer oud-Zijdewinders weten dat aan het einde van het dorp nog een woonwagenkamp is geweest. Dit kamp is opgeheven tijdens de aanleg van de Provincialeweg in 1934 en verplaatst naar de Tolkerdijk in de gemeente Schagen. De naam van het plantje was VALKRUID. Alle gegevens kunt u vinden op internet. t °P h6t BX Kerkhof te ber/lZiedZ J V00r onze dler" 1. P. v.d. Fluit, 2. Piet Kok, 3. Piet Glas later J. Ligthart, 4. W. Bierman, 5. C. Siijkerman nu v.d. Stoop en Kruijer. Ter gedachtenis aan JOHANNES KOK echtgenoot van Antonia Bleaker Pft6il0re" te Oude Nledorp 15 april 1904. Overleden 2 juli 1957 Zijn lichaam legden wij ter ruete in af wachting van de Opstanding de 5e Ji!sf?n 'SQsn mofgen Is hl! ver- H(J was een bekende figuur In onze on Mnachouwen van het ongeechsoen licht, waar Be0n «renen en geen droefheid Pjftewe vrouw en kinderen, bluft rnet el Ml/n Jezus, bermhartigheid. Onze Vader Wees gegroet.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2016 | | pagina 18