.Ent*
Zo kocht hij voor een prikkie een luxe auto en zette
die onder de kap waar hooi moest worden gestald.
Al gauw was de auto niet meer te zien, helemaal
verstopt onder hooi. Wachten op een koper, had Jan
bedacht. Trien, de echtgenote van Nico, waar Jan bij
onderdook, vond het veel te gevaarlijk en mopperde
uitspraken als „Kerel in de mast!" en „Gort in de
bonen!", maar de auto bleef. Opeens was de oorlog
voorbij en Jan verkocht 'm om te kunnen trouwen en
huisraad aan te schaffen.
Dat er nog een keer op hem geschoten is, de kogels
links en rechts langs hem floten, maar dat hij opnieuw
wist te ontsnappen vertelde hij later graag aan zijn
kinderen. Haastig en hijgend aanbellen bij een boerin
om uit zicht te zijn van militairen in hun motorzijspan
mocht niet baten, ze liet die vluchters niet binnen.
Daarop besloten zij hun fietsen achter de boerderij
naast het „huissie" in de slootkant te smijten en met
z'n tweeën, hij en zijn maat, zich op te sluiten in het
hokje boven de sloot. Door een klein gat in de vorm
van een hartje hielden ze het pad in de gaten. De
boerderij stond in een rijtje andere huizen en boeren
hoeven, het geluid van een motor zwol aan... hun
harten bonkten in hun keel. Maar het geluid zwakte
ook weer af, de gehelmde Duitsers passeerden de
boerderij. Het heeft nog lang geduurd voor ze uit de
plee durfden komen. Voordeel was dat ze het bijna in
hun broek deden en de redding zich op 50 centimeter
afstand bevond in de vorm van een gat in een plank
dat gapend uitzicht bood op bevuild water onder hen.
De bevrijding kwam; de blijdschap en opluchting
waren groot. Jarenlang met spanning leven was zwaar
geweest, maar achteraf zei Jan ook wel dat hij nog
jong was en zich niet onder alle omstandigheden
bewust was van de risico's die hij gelopen had. In de
jaren zestig en zeventig werd op televisie pas echt
duidelijk hoe mis het had kunnen gaan. Maar toen
was Jan allang getrouwd met dat leuke meisje uit
Waarland.
Het werken bij haar vader en moeder leverde Riek
minieme geldelijke vergoeding op, maar haar ouders
hielden haar voor: als je trouwt, krijg je al het geld
dat je nog tegoed hebt van ons. In 1947, op 22
augustus was het zover, ze kreeg een wekker als
huwelijkscadeau. Commentaar: ,,Den ken je op tijd
te werk.." Gek genoeg bleef ze er werken: gevoel
van verantwoordelijkheid voor haar nog jongere broers
en zussen, dat zal het geweest zijn. Wie zo weinig
waardering krijgt, incasseert harde levenslessen.
Jan wilde graag in de handel verder, nam een groen-
tewijk in een dorp over van iemand die ermee stopte.
Doordeweeks verbleef hij in een kosthuis, de kar, het
paard en de klandizie kon hij overnemen. 's Morgens
vroeg naar de veiling en dan met het paard langs de
huizen venten. Het ging uitstekend. Dat hij een vergun
ning nodig had wist hij wel, maar hij ging ervanuit dat
het niet zo'n vaart zou lopen. Ook zijn vrouw kwam
een paar keer die kant op, maar kon helemaal niet
aarden. Jan was echter in zijn element en besloot toch
maar een vergunning aan te vragen. Toen begon het
gedonder. Hij moest per direct stoppen en kreeg geen
toestemming. Gedesillusioneerd en als bestolen van
zijn droom verkocht hij alles. Omdat er wel inkomsten
moesten zijn besloot hij in de haven van Zaandam te
werken. Laden en lossen van boten. Veel goederen
werden in zakken gedaan. Grote zakken die vanuit
1
vocesuRG
lEL.MJOOlïSlW
Jan's grootste passie.