banketbakker en hij vond het leuk om langs te komen
en mij de kneepjes van het vak te leren". Kortom, Afra
prees hem de hemel in. Ze hadden wel degelijk een
zeer goede verstandhouding en dat kwam allen ten
goede.
Overblijven
Een aparte nevenactiviteit was de verkoop van losse
zoetigheden. Er was een huishoudschool in 't Veld.
Vele malen klingelde het belletje, omdat de leerlingen
hun zakgeld om wilden zetten in schuimblokken,
trekdroppen, zoute lappen, Milky Way's en andere
zaken die het gebit niet ten goede kwamen. De bak
kerij en de winkel lagen schuin tegenover de Martinus-
school. Als het onverwacht hard regende tijdens de
middagpauze, dan was het geen doen om af te reizen
naar Zijdewind of de Kampen. In plaats daarvan ging
men naar bakker Portegijs. Met een groot mes sneed
Afra de sneden van het brood om ze vervolgens te
beleggen met jodenkoeken. Van de eigengemaakte
jodenkoeken waren er trommels vol. Catrien stond
dan achter de toonbank om alles op te schrijven. Want
ook deze aankopen moesten op het „briefje", zoals
dat iedere week werd opgesteld. Ook Afra snapte niet,
waarom er zo lang is vastgehouden aan die briefjes.
Natuurlijk had men in die tijd minder geld omhanden.
„Maar als ik terugdenk aan de tijd die de administratie
kostte! Dan kwam men in de winkel voor een dubbeltje
gist, omdat men zelf iets wilde bakken. Dan moest ik
dat afwegen, inpakken, opschrijven en aan het eind
Nico en Catrien op de bakfiets