worden. Cees belde tante Nel en die zei dat ze het
wel kon wisselen en zo ging Annie met een briefje van
duizend op de fiets naar Zijdewind. Cees Slijkerman
dreef ook handel in kleinveehandel, kocht en verkocht
kieviteieren en mollenhuiden. Je kon het zo gek niet
bedenken, maar hij handelde erin, zelfs in schapenwol.
Ben, Rikus en Gert Stam hadden petten vol kievitseie
ren in te leveren. Eieren werden onder de pet bewaard
en vervoerd. Na een diepe buiging werden ze vakkun
dig via de pet op het hoofd ingeleverd bij Slijkerman.
Eenmaal raakte het eerste gevonden kievitsei een keer
stuk, toen Annie het naar Alkmaar bracht.Thuis had
ze niets gezegd en Annie betaalde uit eigen zak de
vinder uit. Cees Sijkerman vertelde eens dat hij met de
hele familie Scholten naar Breda croste, nadat hij zijn
eerste bus voor f 1.800 had gekocht. De hele familie
Scholten ging op bezoek bij een paar tante zusters in
Breda. Onderweg moest hij drie, vier keer een pont
over en op de terugweg heeft hij zich door Rotterdam
laten loodsen, want daar kwam hij zelf niet uit.
De schade-afdeling, circa 1962
Schade veroorzaakt door touringcars van Slijkerman
werd altijd door de ondernemer zelf geregeld. Een
vaste uitspraak van hem luidde: „Schade door mij
niet gezien, wordt ook niet door mij betaald." Zo
herinnerde Wout zich een schadegeval van iemand
uit Zwolle. Deze man belde naar de ondernemer en
vertelde dat een touringcar schade had veroorzaakt
aan zijn luxe wagen. De man uit Zwolle had de schade
al laten taxeren en dat was f 140-. De busondernemer
zei tegen de man uit Zwolle: „Ik kom vrijdag om naar
de schade te kijken." Vrijdag was altijd de vaste dag
voor Cees om voor de komende week vergunningen
voor de touringcars in Amsterdam op te halen. Je was
al een stuk in de goede richting om door te rijden naar
Zwolle. Hij kwam voor de middag in Zwolle aan. De
eigenaar van de luxe wagen stond op een kerkplein
op hem te wachten. De man was huisschilder, dus
was verf voor de auto geen probleem. Toen Cees de
schade had bekeken en naar voren bracht dat de
schilder het zelf wel kon bijkwasten, kwam er een
bedrag van vijf gulden uit de hoge hoed van Cees. De
schilder verschoot van kleur door dat lage bedrag.
Toen men niet tot elkaar kwam, vroeg Cees of er nog
politie was om de zaak te arbitreren. De overvalwagen
van de politie kwam naar de plek met twee agenten
van de verkeersdienst. Toen de agenten de schade
hadden bekeken, zei een van de agenten dat de luxe
wagen zijn beste tijd had gehad en een technische
keuring noodzakelijk was. Dat was flink schrikken
voor de huisschilder. Busondernemer Cees en de
huisschilder moesten plaatsnemen in de grote bus van
de politie om samen met de politie tot een akkoord
te komen. Een van de agenten vroeg aan de schilder:
„Wat heeft de busondernemer voor de schade over?"
De schilder zei: „Deze man wil maar f 5 geven." De
politie vond dat bedrag ook niet veel, maar als de
ondernemer f 10- zou betalen, dan was het goed
betaald en hoefde de luxe wagen niet mee voor een
technische keuring. De huisschilder had daar geen
trek in en pakte de tien gulden van Cees aan. Een
van de agenten wilde toch nog even meer weten van
de busondernemer uit Noord-Holland en stuurde de
schilder de bus uit. Toen Cees alleen met de politie
in de overvalwagen zat, vroeg een van de agenten:
„Waarom komt iemand uit 't Veld naar Zwolle om de
schade te regelen?" De ondernemer was snel klaar
met het antwoord. Cees zei: „Ik ben vanmorgen eerst
bij de Rijksverkeersinspectie in Amsterdam geweest
voor de nodige vergunningen. Daarna reed ik door
naar Zwolle voor de schade. De huisschilder vroeg f
140- gulden en kreeg f 10 in zijn handen. De verdien
sten in Zwolle waren dus f 130. Nu ga ik uit Zwolle
naar Emmeloord en laadt de bus vol met arbeiders
voor Amsterdam en Haarlem. Deze rit geeft f 150, dus
heb ik bij elkaar f 280 verdiend. Als je alle schade voor
de verzekering gaat regelen, kan je geen prijs voor de
premies bedingen. Je moet ook je steentje bijdragen,
vandaar dat ik zelf de schades regel." De agenten
vonden het een prachtig verhaal van busondernemer
Cees Slijkerman uit de kop van Noord-Holland.
Schade in Laren, rond 1963
De busondernemer was ook nog handelaar in vee
hooi, stro, voederbieten en zelfs in postduiven van
Bertus Klos! Zo was er ook nog een schadegeval van
iemand uit Laren. En nog wel een schade aan een
Jaquar. Dus u begrijpt, dat kon wel eens een dure grap
zijn. De eigenaar van de Jaquar belde dan ook met
de busondernemer voor het regelen van de schade.
3