gekomen. Uit die bus kwam opeens een vrolijk hoofd
vol dansende krulletjes te voorschijn, die fraai gesi
tueerd bleken om een slanke jongedame, wier licht
voetigheid ondanks dat uniform en de handschoenen
bijna ondeugend contrasteerden met de loodzware
ernst van de brede en gezette touringcar". Het hoofd
zei terstond een interview toe. We lieten ons door de
Noordwijks smalle straatjes in een heel grote bus van
45 zitplaatsen rijden met aan het stuur mejuffrouw
Annie Slijkerman uit Oude Niedorp. Gevraagd naar
haar voorletters gaf zij meteen Annie op en verder
vertelde ze waarom ze touringcarchauffeuse was
geworden. Tussen een zuiver plukje tussengas en een
kloeke schakelbeweging door vertelde Annie een van
de twee dochters van de heer Cees Slijkerman uit
Oude Niedorp te zijn, die met zijn vele touringcars heel
West Friesland aan gelegenheidsvervoer hielp. „We
groeiden op tussen de bussen en al op mijn veertiende
wilde ik met bussen rijden. Op haar achttiende reed
ze in een personenwagen rond en op haar twintigste
kreeg ze eindelijk het stuur van een bus in handen. Dat
waren wel lege bussen, want je moest eenentwintig
zijn om mensen te mogen vervoeren". „De eerste keer
dat ik met een volle bus reed, ik vergeet het nooit,
ging ik naar een kerkdienst. Mijn vader zei tegen al
die oudjes die meereden dat hij eraan twijfelde of we
wel goed zouden aankomen en zei dat ze alvast maar
moesten gaan bidden". „De krullen lachten mee en de
twee in suède gehulde voetjes bespeelden onderwijl
kwiek de ferme pedalen van het wegbeest. In die
periode reed ze alleen schoolkinderen, kerkgangers
en voetbalclubs en allerlei verenigingen die aan het
potverteren waren. Nog niet internationaal, want vader
Cees zei dat ze eerst een paar jaar ervaring moest
opdoen. Ze was trouwens niet helemaal fulltime, want
sinds het overlijden van moeder voerden de gezusters
Slijkerman het huishouden aan de Provincialeweg
nummer 18. Zij hadden de zorg voor twee broers en
voor vader, maar als het maar even kon, zat Annie op
de bus. Het waren veelal familiebedrijven die touring
carondernemingen en bij de Slijkermannen was het al
net zo. De zusjes stonden voor dag en dauw op om
de wagens te wassen, de benzinetanks te vullen, het
oliepeil te controleren en meer van dit mannenwerk".
„Kunt u de wagen ook repareren", wilden wij weten.
„Nee, dat niet, maar ik hoor nauwkeurig aan de motor
of er iets mis is en geef dat door aan mijn broer Wout,
die monteur is en dus beter raad weet met mechani
sche mankementen." Voor het overige kon Annie voor
ons gevoel alles met een bus .Zelfs de stugge versnel
lingen van de gloednieuwe bus, waarmee ze naar het
Noordwijkse concours kwam, wist ze kwiek de baas.
Annie Slijkerman was in die tijd een der allereerste
buschauffeuses in Nederland.
Annie Slijkerman
Nel Slijkerman
wordt vervolgd