ha voor zichzelf. Dat was voor die tijd heel wat. In
1934 werd Willem voorzitter van de vakgroep voor
veehouders en in 1946 algemeen voorzitter. Rond
1900 werd de voormalige kaasfabriek van de n.v.
zuivelfabriek, genaamd „Niet Gedacht" in 't Veld
gebouwd. In 1938 was Willem Keesom voorzitter.
In Lutjewinkel werd de C.Z. melkfabriek gebouwd.
In 1917 had bijna elk dorp zijn eigen kaasfabriek,
hetzij coöperatief, hetzij particulier geëxploiteerd.
In de loop der tijden stapelden de problemen zich
steeds meer op. Men was niet meer bij machte om de
boeren een goede prijs voor de melk te betalen. Deze
kleine ondernemingen verdwenen allemaal, toen de
veehouders zich aansloten bij de C.Z. te Lutjewinkel.
De fabriek in 't Veld sloot in 1940 zijn deuren. Willem
Keesom was van 1958 tot 1965 vice-voorzitter van de
melkfabriek C.Z. Lutjewinkel.
De oorlogsjaren bij de familie Keesom
1940-1945
De Tweede Wereldoorlog ging bijna ongemerkt aan de
kinderen in De Kampen voorbij. Dit betrof vooral de
kinderen die nog op de lagere school zaten. In oktober
1940 werden er op Den Helder zware bombarde
menten uitgevoerd. Er werd veel beschadigd. Een
groot aantal inwoners werd geëvacueerd en zochten
onderdak in de omringende dorpen. Via de katholieke
kerk in 't Veld werden families opgeroepen om woon
ruimte beschikbaar te stellen. Ook Willem Keesom gaf
hieraan gehoor. De familie Ran uit Den Helder werd
in de koolschuur ondergebracht. Deze was in zijn
geheel verbouwd. Er werd een voor- en achterkamer,
een slaapkamer en een bijkeuken gemaakt. Dit werd
verzorgd door een instantie voor evacués. Ook
meldden zich al snel enkele oudere neven, zoals Bert
Verlaan, die bij gebrek aan eten bij de familie Keesom
werd binnengehaald. Arie Stavenuiter, die al in Duits
land was geweest en aan de oproep van de Duitsers
probeerde te ontkomen, dook onder bij de familie
Marie's, Kieften en Martjes waren de namen waar
het om ging. Al vanaf 1936 behoorden alle dieren
tot het stamboekvee. Kieft 7 behoorde tot de top
wat productie betrof. Deze koe gaf toen al meer dan
50.000 liter melk en deed mee aan allerlei tentoonstel
lingen. Catrien 30 werd 18 jaar oud. Deze topper gaf
tot 1961 totaal 103.159 liter melk. Catrien 31 was de
absolute uitblinker. Zij gaf tot 1963 totaal 113.989 liter
melk. In 1944 kocht Willem Keesom van Klaas Reyne
uit Barsingerhorn een prima stier „Leegwaters Frans"
genaamd om ermee door te fokken.
In 1969 beëindigde Willem Keesom zijn bedrijf.
Zijn zoon Ton nam het bedrijf in zijn geheel over.
Vader Willem heeft nog wel een aantal mooie jaren
gehad op het bedrijf, aldus Ton.
Willem Keesom en Jansje Ruiter betrokken in 1925
een oude boerderij aan de Zwarteweg te Nieuwe
Niedorp. Deze weg heet nu de Kamperweg in Niedorp.
In die tijd had Willem zich ook aangemeld als lid van
de L.T.B. Zijn hele verdere leven bleef hij hiervan een
trouw lid. In de boerderij werden de volgende kinderen
geboren: Trien in 1926, Annie in 1927, Bets in 1928,
Henk in 1929, Nel in 1930, Arie in 1932 en Jan in 1933.
In 1934 betrok de familie een grotere stolpboerderij in
het buurtschap „De Kampen". Hier werden de vol
gende kinderen geboren: in 1934 Dries, in 1936 Wim,
in 1937 Joop, in 1939 Lien, in 1940 Sjaak en in 1942
Ton. In 1934 werd Willem Keesom ook molenmeester
van de Kostverlorenpolder. Van 1944 tot 1969 was hij
hiervan voorzitter.
In 1935 verbouwde Willem al tulpen. Deze werden
voor een groot deel op contractbasis geteeld. Al het
werk werd met de hand verricht. Voor het telen van
tulpen werd hij enthousiast gemaakt door zwager Jan
Stavenuiter uit Onderdijk. Arie weet nog precies aan te
geven welke soorten dat in die tijd waren: roze Kop
plant, Briljant Star en de witte Du Max-tulp. De tulpen
werden geleverd aan Theo Schipper in Spanbroek.
Willem had zo'n 1,5 ha tulpen op contractbasis en
1947, cursus handmelken op het land van Willem Keesom.
v.l.n.r. docent Van der Graft, Piet Poland, Piet Dekker (Joepie),
Arie Keesom, Simon Tesselaar, Gert Veldman en
Henk Keesom Wz.
Willem Keesom en Jansje Ruiter zijn hier begonnen