plunje over de loopplank het schip in. Verschillende
generaals en zelfs ook prins Bernhard kwamen aan
boord om afscheid te nemen. Op een gegeven moment
werd de loopplank weggehaald en werden de trossen
losgegooid. De reis was begonnen, terwijl een kapel
op de kade het Wilhelmus speelde.Vergezeld door veel
bootjes voer de Kota Inten de haven uit en zette koers
naar Hoek van Holland. Dit schip werd in 1927 door
de werf Feijenoord in Rotterdam gebouwd in opdracht
van de Rotterdamse Lloyd als vrachtboot voor de
route naar Indië. In september 1943 werd de boot in
New York omgebouwd tot troepentransportschip met
een capaciteit voor 1753 manschappen. Er was bij de
inrichting weinig rekening gehouden met het gerief
van de mannen. Tijdens een groot deel van de reis
zaten of lagen de mannen op de houten dekluiken.
Er kwam hierin enige verbetering toen steeds meer
aardappelkistjes leeg geschild waren. Zij deden dienst
als dekstoel. De verzorging van de maaltijden was
echter prima. Elke dag aten de soldaten 1500 kg
aardappels, 350 kg vlees en 400 kg groenten in blik.
Midden in de nacht passeerden ze de witte krijtrotsen
van Zuid-Engeland. De golf van Biskaje was zoals zo
vaak zeer onstuimig met het gevolg dat velen over de
reling hingen. Op 31 mei waren ze bij Kaap Finisterre,
dat dicht bij de bekende plaats Santiago de Compos-
tela ligt. Het woord Finisterre komt trouwens van de
Latijnse woorden: finis terrae: eind van de wereld!
Elke morgen werd door de aalmoezenier een mis opge
dragen, die meestal ook door Gerard werd bijgewoond.
Hij was volgens de familie zeer gelovig. Na het ontbijt
dat groepsgewijs werd gebruikt, moesten de ruimen en
de slaapvertrekken opgeruimd worden. Ieder vertrek
werd elke dag grondig geïnspecteerd op netheid en
orde. De middag werd meestal gebruikt voor een tukje.
Na de avondmaaltijd werd door de aalmoezenier en de
veldprediker een dagsluiting gehouden. Daarna was
er meestal nog een cabaretvoorstelling, een muziek
avondje of een film.
Met een gemiddelde snelheid van bijna 21 km per uur
voer de Kota Inten door de wateren van de Middelland
se Zee. Op zondag 8 juni werd Port Said bereikt. Men
zou er enkele uren blijven wachten om het Suezkanaal
in te kunnen varen. Al spoedig was de boot omringd
door vele roeibootjes met schreeuwende handelaren.
Bonte doeken, druk bewerkte tassen en alle mogelijke
soorten sigaretten werden te koop aangeboden. Tegen
het vallen van de avond werd het Suezkanaal ingeva
ren. Er was weinig te zien, want aan beide kanten was
er alleen maar zand. De hitte werd steeds erger en was
ondragelijk geworden, toen ze op de Rode Zee voeren.
In zwembroek of onderbroek lagen de soldaten op
het dek. Zij hadden alleen maar belangstelling voor de
limonade en voor het spaarzame flesje bier, dat op de
heenreis een enkele maal werd verstrekt.
Op 13 juni kwam de Kota Inten in de haven van Aden
om brandstof en water in te nemen. Een deel van de
troepen mochten een kijkje in de stad nemen. Dege
nen, die niet van boord mochten, waren al spoedig
in beslag genomen door kooplieden uit Aden. Vooral
de handel in sigaretten was van belang. Anderen
sprongen overboord om wat te zwemmen. Na Aden
volgde een vervelend traject naar Sabang. De deining
van de Indische Oceaan werd nog versterkt door de
9
Het troepentransportschip Kota Inten.
Bevoorrading van de Kota Inten in Port Said