overplaatsing was. Ze was niet streng genoeg, gewoon te aardig voor de kinderen en dat was geen basis voor een degelijke opvoeding. Na een jaar werd zij vervangen door zuster Columba, een bitse ka! Bij haar heb ik heel wat keren in de hoek of op de gang gestaan. Op de oude scholen had je nog geen wc's met waterspoeling. Ik kan me herinneren dat er een emmer water klaar stond voor het geval er een grote boodschap was gedaan. Dan moest je eventuele sporen met dat water wegspoelen. Je zat op een houten bril boven een soort trechter. Dat herinner ik me nog van de klas in het patronaatsgebouw. Ja, en toen verhuisden we naar die mooie nieuwe school en moest je twee vingers opsteken als je naar de wc wilde. Zo gebeurde het met mij, negen jaar oud, in de eerste week op de Mariaschool dat ik mijn plasje kwijt wilde. Ik zag een drukknop in de muur achter de toiletpot. Wat zou dat toch zijn? Effies proberen. Ik drukte op de knop en daar kwam me toch een strot water uit! Ik vloog de wc uit, rende naar mijn lokaal en schreeuwde: „De school loopt onder water!" Zuster Angella nam me bij de hand en vroeg: „Waar dan?" Er was natuurlijk geen water meer te zien. Ze legde het mij uit en ik geloof niet dat ik me ooit nog zo klein gevoeld heb als toen! Tijdens de reünie liep ik door de gangen en werd gewoon naar die wc toegetrokken. Er was inmiddels een nieuw systeem toegepast, maar de tegel met het gaatje waar de drukknop had gezeten, was er nog. Zo zie je hoe een kleinigheid zoveel indruk op je kan maken dat je het voorval nooit meer vergeet. Het peil van het onderwijs ging met sprongen omhoog. Volgens de onderwijsin spectie was er een duidelijk verschil met de jongens school. De Mariaschool kreeg na enkele jaren het predikaat: de beste school van de kop van Noord Holland. We hebben bij de nonnetjes heel veel geleerd op het gebied van handwer ken, waar nog menigeen van ons jarenlang profijt van heeft gehad. Wat wij als meisjes hebben geleerd op het gebied van handwer ken, dat houd je nu niet meer voor mogelijk: een jurkje naaien, prachtig borduren, breien, mazen, haken en lampenkapjes maken van perkament. Mijn kleinkinderen komen nog regelmatig vragen, als er aan de gekochte kleding iets veranderd moet worden, want oma draait daar haar hand niet voor om. Omdat ik op mijn twaalfde jaar zeven klassen had doorlopen en niet vanwege ons grote gezin voor door leren in aanmerking kwam, moest ik er nog een jaar aan vastplakken: de achtste klas. Samen met Jo Pater, Agie Dekker en Luus Berkhout zaten we in de twee voorste banken. Ik weet ook nog dat Agie Dekker later trouwde met Piet Slijkerman. Dat jaar is ons heel wat bijgebracht, hoewel we in hetzelfde lokaal zaten als de zesde en zevende klas. Zuster Assisia had dus de taak om voor drie klassen te zorgen, knap hoor. Als ik erop terugkijk, is dat jaar eigenlijk een soort voorbereidende ULO geweest. Zoals ik al eerder zei, kreeg ik als een van de oudsten uit een groot gezin niet de De grootmoeder van Guus van der Stoop Een onbekende, Guus van der Stoop, onbekend, Luus Berkhout, Agie Langedijk, Truus Leegwater en Vic Mezelaar 7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2009 | | pagina 7