Het grondig vooronderzoek, dat in opdracht van de gemeente Niedorp door Grontmij Nederland BV is gedaan, gebeurde om er zeker van te zijn dat er geen archeologische waarden verstoord zouden kunnen gaan worden tijdens de uitbreidingsplannen van 't Veld-Noord. Het onderzoek leverde geen aanwijzingen op, waaruit opgemaakt kon worden dat er een vroegere bebouwing is geweest. Wel houdt men de mogelijkheid open dat er in het hele gebied resten uit het neolithicum, de bronstijd, de late Middeleeuwen en de nieuwe tijd aangetroffen kunnen worden. Men gaat er vanuit dat hier ongestoord gebouwd kan gaan worden. Mocht er tijdens de werkzaamheden toch nog op oudheidkundig materiaal gestuit worden, dan kan men alsnog een beslissing nemen om door te gaan met het werk of het werk stil te leggen en het R.O.B. in te lichten. De praktijk wijst uit dat er in de meeste gevallen voor optie één wordt gekozen, omdat oponthoud geld kost en daar hebben we binnen ons economisch systeem een hekel aan. Archeologie is immers een ondergeschoven kindje hier in dit land. Jammer, maar helaas. Eén zwaluw maakt nog geen zomer en een paar vuistbijlen nog geen archeologisch museum, maar ik vind het wel leuk dat ik van Wodan en Donar op zo'n mooi en interessant stukje land mag wonen. Als ik om me heen naar het landschap kijk, hier in deze omgeving, zie ik menig stuk land dat naar mijn idee in aanmerking komt voor een nader onderzoek naar de vroegere bebouwing en de historische waarde daarvan. Een van die locaties is de heuvel waarop boer Kees Dekker woont, hoek Cleerbesemlaan en Valbrugweg. Het land achter zijn domicilie staat op de nominatie om bebouwd te worden met woningen voor alle lagen van de bevolking. Het naslaan van de cultuurhistorische waardenkaart geeft een onbeschermd gebied aan, waar dus naar lieve lust gebouwd en gegraven mag worden al naargelang het de aannemers schikt. Dat neemt niet weg dat het hier om een verhoging in het land gaat, waarvan we kunnen aannemen dat het om een van oorsprong oudere bebouwing van 't Veld gaat. Een gesprek met de boer op zijn heuvel levert dan ook een bevestiging op van deze veronderstelling. „Ja, ze zijn al eens aan het graven geweest voor de aanleg van de kabel en van het riool. Dat leverde de nodige scherven en botten op, vooral veel botten van dieren. Maar ja, er zal hier dan in het verleden dan nog wel eens een koetje geslacht zijn. Denk je ook niet? Tenslotte is het een oud spultje, het kan wel 400 jaar oud zijn", aldus Dekker. Persoonlijk denk ik dat het hier om een nog oudere bebouwing gaat, namelijk uit de tijd dat men werkelijk problemen had om de voeten droog te houden, dus nog voor de molenbemaling. Ik denk aan de tijd rond 1500 of zelfs nog vroeger. De molen aan de Slootgaardweg, de laatste van de twee molens in volle glorie hersteld. Zijn broertje stond er links van. In de stolp rechts tussen de bomen bij de spoorlijn woont het gezin van Mats en Carla Bakker. Sam de Boer achter zijn tafel met zijn cultuurhistorisch erfgoed „Ik leen ze nog wel eens uit aan mijn nichtje. Die zit in het on derwijs en neemt ze dan mee naar school om er een les aan te wijden. De kinderen vinden het prachtig dat ze zo'n bijltje van dik 4.000jaar oud mogen vasthouden, want dat mag in het museum niet!"

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2009 | | pagina 26