allerlei baantjes als taxichauffeur, krantenbezorger en
loonadministrateur bij een aannemingsbedrijfje, begon
hij in 1941, inmiddels getrouwd weer te solliciteren
naar een onderwijzersbaan. Dat lukte en op 1 juni 1941
vertrekt hij van Delft met vrouw en twee kinderen naar
't Veld, waar ze eerst enkele maanden in een woning
in Zijdewind zaten, vervolgens verhuisden naar Het
Gesticht te 't Veld en weer later betrokken ze de woning
aan de Rijdersstraat.
Ze hadden het best naar hun zin hier. Koos zong bij het
zangkoor van de kerk, kwam in het bestuur van VZV
en werd er zelfs penningmeester. Na de oorlog ging hij
zich intensief bemoeien met de jeugdbeweging en had
een officiële aanstelling als groepsleider van de verken
ners, de katholieke jeugdbeweging die onder de Nati
onale Padvindersraad hoorde. Hij ging in de vakanties
met de jongens op kamp en had daar dan de algehele
leiding en daar diende echt wel veel georganiseerd en
geregeld te worden. Er waren heel wat leidinggevenden
en met zijn allen kon je er dan iets moois en zinvols
van maken. In 1942 had hij zijn hoofdakte gehaald en
vervolgens in 1947 in Alkmaar op de Rijkslandbouw
school de bevoegdheid om cursussen in het land- en
tuinbouwonderwijs te geven.
Zo gaf hij in Winkel voor de Hollandse Maatschappij
voor Landbouw en in 't Veld voor de LTB landbouwon
derwijs in de vorm van cursussen. Uit een rapport van
het cursusjaar 1952/1953 werd duidelijk dat hij aan
twaalf leerlingen cursussen had gegeven. Negen cur
sisten volgden de landbouwcursus en drie de
tuinbouwcursus. Van die leerlingen hadden acht van
deze jongens thuis een landbouwbedrijf, dat wil zeggen
een boerderij met vee en verder nog wat grove
landbouw en drie hadden een tuinbouwbedrijf. Dat wa
ren tuinders zoals je die hoofdzakelijk aan de
Zwarteweg in 't Veld aantreft. In 1953 slaagde hij voor
een godsdienstakte B en toen in 1950 hoofdonderwijzer
meester van Hest overleed, solliciteerde hij naar
de functie van hoofdonderwijzer, maar werd het niet.
Meester Wester werd als kandidaat van buiten be
noemd. In 1953 vertrok het gezin De Vries uit 't Veld en
Koos de Vries werd onderwijzer in Angerlo (bij Does
burg in de Achterhoek). Dat duurde maar kort, want
in Ouderkerk aan de Amstel kon hij in 1955 hoofd der
school worden en dat wilde Koos nu eenmaal graag.
Dat was hij maar drie jaar, want in 1959 keerde hij weer
naar Noord-Holland terug waar hij in Egmond-Binnen
leraar werd aan de lagere landbouwschool (L.L.S).
Daar hadden ze het weer naar hun zin en in 1972 ging
hij met vervroegd pensioen. Op vijfenzeventigjarige
leeftijd ontving hij een koninklijke onderscheiding voor
zijn vele maatschappelijke functies en in 1992 verkaste
het echtpaar naar de Prins Hendrikstichting. In 1996
overleed hij. Zijn vrouw bleef nog vele jaren alleen ach
ter. Zij overleed in 2007.
Wat voor soort onderwijzer was Koos de Vries? Streng,
maar eerlijk. Als je niet meteen naar hem luisterde, kon
je een draai om je oren krijgen, een schop onder de
kont of duizend strafregels. Een bijzondere herinnering
heeft Frans van der Eng nog aan Meester de Vries.
Hij had op een rapport een drie voor aardrijkskunde.
Meester Kooszei tegen hem: „Dat zal je vader niet
geweldig vinden". Enfin, Frans had zijn rapport laten
zien en vader Hein was er wel niet over te spreken,
maar maakte er verder geen woorden aan vuil. Toen
Frans weer op school kwam, vroeg meester de Vries
naar de reactie van zijn vader. „Nou", zei Frans, „mijn
vader vond het niet zo heel erg, want hij zei, dat je altijd
nog bij het zoeken naar een plaats of dorp op de ANWB
borden kan kijken en als dat niet gaat, kan je altijd
nog mensen in de buurt vragen, waar je moet wezen".
Meester de Vries kon hier eigenlijk niet veel op zeggen.
Koos de Vries had diverse van zijn eigen kinderen in de
klas. Volgens Jos, die ook bij zijn vader in de klas had
gezeten, was dat geen pretje want wij, Miel, Marcel en
ik, moesten het voorbeeld geven.
Geheel links de woning van de
familie De Vries met daarnaast
het zusterhuis.
Aan de palen is te zien dat
toentertijd er nog een boven
gronds electriciteitsnet was.