speciale opdrachten weer vinden. Ik hoorde van Dick Wijnker, die nu al meer dan 25 jaar mijn zwager is, dat hij dat toentertijd heel eng en spannend vond. Om de boel toch netjes en overzichtelijk te houden, werden er aan het einde van de week prijzen uitgereikt. Degene die bed en tas dagelijks keurig opruimde, kon punten verdienen. Dit werd dagelijks gecontroleerd. Iedereen had ook een dag corvee: tafels dekken en afwassen. Dit ging vaak gepaard met veel lol. Als we aan de lange eettafels op het diner zaten te wachten, werd er vaak veel gezongen met elkaar. De borden dansten op tafel als er werd gebruld: „We hebben honger, honger, honger. We hebben honger, honger, honger. We hebben dorst. Waar blijft het eten, eten, eten. Waar blijft het eten, eten, eten. Waar blijft het eten, eten, eten en de worst!" Ik denk dat iedere kampganger die dit leest, dit zo weer meebrult. 's Avonds en bij slecht weer werden er spellen gedaan die van huis waren meegebracht. De laatste dag stond in het teken van het kampvuur. Bergen hout werden uit het bos gesleept en opgestapeld. Als 's avonds dan de ouders op bezoek kwamen, deden we een wedstrijd tegen de ouders, over alle dingen die we die week hadden gedaan. De kooksters, moe van al het koken van die grote hoeveelheden, maakten dan pannen vol chocolademelk. Onder begeleiding van een gitaar zon gen we dan bij het kampvuur. In 1969 was dit voor de laatste keer bij de familie Glorie in Egmond. Het dorpshuis in 't Veld was gebouwd en daar hebben we nog een jaartje in gezeten. Door het grote aanbod van nieuwe sporten hebben de Rakkers het niet over leefd. Men kon nu ook tafeltennissen, judoën, volley ballen en gymmen. Nu terugkijkend denk ik toch dat heel veel kinderen er plezier aan hebben beleefd. Dan eindig ik nu waar wij altijd een bijeenkomst mee begon nen: met de wet van de Rakkers. Een Rakker is een goed kameraad, bereid om anderen te helpen. Trouw aan zijn gegeven woord. Opgewekt en blij. Ria Wit-Bakker. En zo heeft het jongensgilde jarenlang geleefd in onze dorpen en prachtige, on vergetelijke herinneringen nagelaten. Callantsoog. Augustus 1966. V.l.n.r. Nel Goudsblom, Ria Stroet, Alie de Boer, Annie Groot, Joke Blom en Truus Keesom. 1968. Het zingen van een zelfgemaakt kamplied. V.l.n.r.: Joke Blom, Marry van der Kroon, Ria Bakker, Ellie Moras, Ria Stroet, Lenie de Jong, Cock Groenland en Tony de Boer. Een groep rakkers. Wie ontdekt zichzelf? slot

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2008 | | pagina 17