r 'B T& yi« ^ÜL. Jm Een klopje of een geestelijk dochter was een, veelal ongehuwde. katholieke vrouw, die in de tijd van de schuilkerken (na de reformatie) langs de deuren ging om leden van de kerk uit te nodigen voor een mis op een geheime plaats in een schuilkerk. Veel priesters schakelden de hulp van deze vrouwen in bij de opbouw van hun staties of parochies. Klopjes waren dikwijls betrokken bij het geloofsonderricht aan katholieke kinderen en ook verleenden zij hulp en begeleiding aan zieken en stervenden. Af Klopjes brachten daarnaast veel geld in voor de kerk. Zij schonken vaak kostbare voorwerpen of maakten kerkelijke gewaden voor de statie of parochie. genomen. De schoorsteenmuren werden zo geruïneerd dat nauwelijks de ene steen op de andere is gebleven. Omstreeks twee uur in de middag was alles met de grond gelijk gemaakt. De versieringen, die daar waren gevonden, samen met de schilderijen, de beelden, het altaarkleed en de preekstoel werden aan boord gebracht om dat naar Hoorn te brengen. Daarna vertrokken de meeste soldaten. Vier heren, vier of zeven soldaten en schout Herman Hartman van der Woude zijn naar het huis van Mr. Bavo, pastoor Cleerbesem, gelopen. Daar werd gezegd dat hij niet thuis was. Zij hebben daar alles bekeken: een klein kapelletje, de schilderijen, de beelden, de versieringen en de tinnen kelk. Al deze zaken werden beschreven en ook de personen die daar woonden: de knecht van Mr. Bavens (Bavo?) en twee maagden. De ene maagd werd uitgezet en er werd gezegd dat de andere samen met Bavo mocht blijven. Ook andere huizen werden bekeken. In totaal wer den 30 klopjes uit vier huizen gezet. In nog een ander huis zaten er zeven. Een werd er uitgezet, de anderen mochten vanwege hun ouderdom en hun ziektes blijven. Omstreeks vier uur zijn de heren te voet naar Nieuwe Niedorp teruggekeerd. De volgende dag is schout Herman van der Woude met zijn dienaar en met vijf of zes dienaren uit Alkmaar naar het huis van priester Bavo gegaan. Zij hebben uit het kapelletje een schilderij, twee grote beelden en een tinnen kelk gehaald. Deze zaken waren de vorige dag al beschreven. De beelden werden naar een Hoornse boot gedragen. Er werd geen inboedel beschadigd. Men nam alleen twee planken uit het huis om het schilderij te vervoeren. Claes Aelberts verscheen volgens opdracht op 15 oktober voor de heren en verzocht opnieuw om het hout te mogen gebruiken ten voordele van de armen. Hij kreeg weer als antwoord dat het besluit over 14 dagen zou worden genomen. Hij werd vriendelijk te woord gestaan maar er werd geweldig op de bisschop geschol den en ook op de grote toeloop van duizenden mensen. Claes Aelberts ontkende dat er zoveel mensen waren. De kerk was immers niet langer dan 56 voet (ongeveer 17 meter) en niet breder dan 44 voet (ongeveer 13 me ter). De galerij was niet breder dan tien voet (drie meter) en 44 voet lang, maar daar moest men nog de lengte van het altaar, van de voetbank, van het hek en van de biechtkamer aftrekken. De heren zeiden dat er veel volk buiten de kerk was geweest. Het was verrassend dat de gesloopte kerk niet het enige paapse bedehuis in Zijdewind was. In de woning van pastoor Bavo Costerus Cleerbesem vonden de heren uit Hoorn dus nog een kerkje. Dit tweede exem plaar in een gehucht met maar een handjevol huizen zal waarschijnlijk al langer hebben bestaan. Dat betekent dat de grote kerk bij of aan het huis van Claes Aelberts pas na de vrede van Münster is gebouwd en niet alleen voor de Zijdewinders was be doeld. Even opmerkelijk was de vondst van vijf huizen met in totaal wel 37 klopjes. Tegenwoordig zouden we dit een klooster noemen. Het is bekend dat Zijdewind in die jaren groter was dan tegenwoordig. Het liep van Venhuizen tot de Blockhuyzen en het dorp was dichter bebouwd. Vijf afgevaardigden van de Hollandse synode (kerkvergadering) verschijnen op 3 decem ber 1649 in de vergade ring van de EdelGrootMogenden (de heren van de Staten van Holland en West-Friesland, die op het binnenhof vergaderen) in Den Haag. Zij hebben veel klachten over een rechterlijke ambtenaar in Den Bosch. Tijdens de debatten vroeg men zich af of het verstandig zou zijn om in de provincie Holland alle kerken en kapellen van de paus- gezinden met de grond gelijk te maken en de gehele paapse geeste lijkheid af te zetten. T jfltfil® vL 77 M Kp .7 n vai'-u b.1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2008 | | pagina 7