Xg biï «Ken
!prp, t0t het "Voolhahu,
Jan Wijn moest
zijn vader eens
zoeken. Hij keek
eerst in de kroeg.
Daarna zag
Jan de televisie
sneeuwen bij
Wietze en jawel,
daar zaten ze: allebei in slaap gevallen. Wietze
werd ziek en moest naar het ziekenhuis. Van daaruit is
hij bij zijn oudste zuster in Friesland terechtgekomen. Zij
heeft hem goed verzorgd. Hij wilde terug naar Noord
Holland. Wietze had nog een beetje geld geërfd en wilde
een huisje kopen in de Moerbeek. Hij heeft vader Ren
tenaar een brief geschreven of die wilde bemiddelen.
Dat was ongeveer in 1967. Hij heeft nummer 17 met wat
grond eromheen gekocht van Cees Way. Wietze hield
erg van beesten: paarden, kippen, konijnen en nog veel
meer. Zijn twee paarden liet hij los op een weitje van de
vader van Piet Komen.
De vader van Piet en Wietze gingen samen
alle weken naar de markt van Purmerend. „Nou", zei de
vader van Piet tegen een handelaar, zodat Wietze het
kon horen: „Ik heb nog twee paarden in de wei. Je moet
ze maar halen." De volgende dag had Wietze ze gauw
weggehaald.
Wietze had zijn papiergeld verstopt onder de vloer van
z'n kamer. Toen hij het nodig had, hadden de muizen
er een nest van gemaakt. Drie jaar later in 1971 heeft
fflet 30 juni
m&chtiging
veze machtiging fe
van de verv
bu*s, ca,.,
een bijzondi
'è^hebiS^
Het huisje links kocht
Wietze van Cees Way.
Voor de buks, een 9 mm.
flobert, had Wietze een
door het hoofd van politie
der gemeente Niedorp
ondertekende vergun
ning.