Luchtopname van de boerderij
achter de Hendrikshoeve in de
Moerbekerpolder.
Wietze huurde de stolp van de
familie Wit.
Op de foto hieronder showt
Wietze zijn paard. Op de
achtergrond is de doorrijstal
van café De Roodbonte Koe
zichtbaar. Ook op deze plek
heeft hij gewoond.
In zijn diensttijd heeft Wietze gediend bij de cavalerie.
over het spoor Zaandam in. Een keer zaten de Duitsers
op Wietze te wachten en vroegen hem: „Wat doe je met
die koe midden in de nacht?" Hij vertelde dat de koe
naar de bul moest. „Moet dat zo laat?" vroegen zij. „Ja,"
antwoordde Wietze „de baas had geen tijd". Ze konden
hem niets maken.
In 1943 kwam Wietze bij zijn volgende baas, de familie
Rentenaar in Dirkshorn. Hij kwam daar intern. In 1944
is Rentenaar verhuisd naar de Provincialeweg in
Nieuwe Niedorp en Wietze ging mee. Hij kon goed met
de vrouw des huizes opschieten. Van alles deed
Wietze: mollen vangen, landwerk en oppassen op de
kinderen van Rentenaar. Tot ongeveer 1953 is hij daar
gebleven, toen is Wietze naar de Moerbeek gekomen.
Wietze huurde de boerderij in de Westermoerbeek
achter de Hendrikshoeve. De boerderij werd eerst
verhuurd aan de weduwe Delver, daarna aan de familie
Bakker, aan Siemen Nieuwboer en toen Wietze en
daarna nog aan Mulder en Nic Bakker. Wietze huurde
het bedrijf van de familie C. Wit. Hij ging te werk naar
Siemen Buys.
In 1963 is hij verhuisd naar de oude doorrijstal van het
café De Roodbonte Koe. Hij pakte alles aan. Bij
iedereen ging hij te werk, zo ook bij het heibedrijf van
de familie De Graaf. Zijn slaapkamer bestond uit
opgestapelde strobalen. Het geweer stond naast hem
om ratten en muizen uit de weg te ruimen.
Wietze was een van de eersten die televisie had.