Westerkampen 1927 Links de molen van de Westerkamperpolder. Deze molen werd in 1927 gesloopt toen de Westerkamper- de Oosterkamper- en de Leijerpolder opgingen in de W.O.L.-polder. De personen zijn van links naar rechts: F.C. Jong (secretaris/penningmeester), Jan Wit (voorzitter), Piet Steur, Piet Wit en Klaas Vlaarkamp (molenaar) ringvaart en dat was een voordeel als de producten thuisgehaald moesten worden. Ook Gert Bruin was hierbij betrokken. Met het oog op de wintermaanden moest er donders goed uitgekeken worden wat men kocht. Geïsoleerde schuren en bergruimtes bestonden toen niet, zodat sommige producten gemakkelijk zouden kunnen bevriezen. Rietmatten en een petrole- umbrandertje waren de enige middelen om de boel uit de vorst te houden. Maar het spreekwoord: „Beter het schuim van de handel dan het zweet van de arbeid" was hier wel op z'n plaats. Als de vlet van Gert puur opgeladen was, zodat hij niet onder de valbrug kon, ging een van de jongens even mee om te helpen de brug te openen. Dit was zelfbediening want er was geen brugwachter. Deze valbrug was eigenlijk het omgekeerde van een wipbrug. Om het dek omhoog te lichten, hingen de gewichten of de verzwaring onder de brug en bij een wipbrug er boven. Pieter en Ma hadden twee zonen: Jan en Pieter, en vier dochters: Dirkje, Anne, Kaatje en Agie. Zoals u wel opgemerkt zult hebben, ging Dirkje met Gert Bruin. Anne is met een leerlooier gehuwd en is naar Amsterdam gegaan. Alle vier dames zijn netjes gehuwd en net als de vogels uitgevlogen, de wijde wereld in. Hoe die verkeringen tot stand zijn gekomen, vertelt de Op de rechterfoto staat de molen van de Oosterkamperpolder met de volgende personen: Jan de Jong (dijkgraaf), F.C. Jong (se cretaris), Jacob Wit (voorzitter), Dirk Burger, Michiel Smit, Willem Leegwater (molenaar) (Foto's en gegevens uit de verzameling van F. v.d.Eng) geschiedenis niet. Dat is voor hen een weet en voor ons niet van belang. Dat van Gert Bruin had je wel kunnen raden want hij kwam vaak langs voor de handel en het werd dus aan de wandel met zijn Dirkie. Bij Piet was het bouwersbloed niet in zijn aderen gespoten en ook was hij geen handelsman. Wel was hij een man die met zijn hoofd werkte want hij kon in zijn jeugdjaren met veel fantasie al de gekste dingen maken. Had hij toen de kans gekregen om te leren, dan was hij misschien wel een groot technicus geworden. Studeren was hier voor de gewone man taboe of je moest heel goed kunnen leren, dan werd je naar het seminarie verwezen om verder te gaan in de zielzorg. Pieter is later gehuwd met onderwijzeres Annie Storm. Zij heeft jaren in Nieuwe Niedorp voor de klas gestaan, zo is mij verteld. Nu in het jaar 2006 is er een uitvinding van Piet gevonden in de vorm van een gedeeltelijk houten fiets met een wel zeer bijzondere dubbele aandrijving. Niedorpers hebben hem indertijd vaak zien rijden op dit vervoermiddel. Dit ding is het af gelopen jaar nog in de Schager Courant beschreven en hangt nu in het motorenmuseum van Niedorp. Als je dit ding ziet, dan geloof je wel dat deze man heel wat meer in zijn mars had.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2007 | | pagina 21