vreugde te verhogen. Na het lof opende hij boven een schuifraam van de pastorie en hing half uit het raam. Het krioelde van de jongelui want die wisten wat er ging gebeuren. De pastoor gooide centen en stuivers naar beneden. Vooral de jongens stortten zich op dat geld en de pastoor zat één hoog te lachen om het gestoei naar geld. De pastoor hing wel vaker uit het raam. Zo heeft hij eens weer uit het raam hangend tegen een vrijend stelletje gezegd: „Wat jullie doen, weet ik niet maar jullie treffen goed weer!' Hij was nog maar kort in de parochie van 't Veld werk zaam. Het zal dus in 1928 of in 1929 gebeurd zijn. En kele inwoners van 't Veld en Zijdewind wilden toen een voetbalclub oprichten. De pastoor vond dat wel goed maar ze mochten pas met de wedstrijd beginnen na het lof van drie uur. Per slot van rekening was de pastoor toch de baas. Dat late tijdstip zag men toen niet zitten. Pas in 1930 werd de voetbalclub Rood Wit, voorloper van VZV, opgericht. Hij droomde verder over de pinksterfeesten. Het lof was dan al vervroegd naar twee uur, zodat de feestelijkhe den om drie konden beginnen. Al jaren organiseerde men een voetbalwedstrijd van Rood Wit tegen een club uit de omgeving. Dat trok dan hopelijk veel bezoe kers. De pastoor deed al vele jaren de aftrap. Maar, het gebeurde eens dat er zeer weinig mensen naar het lof waren gekomen. De pastoor zon op wraak. Iedereen stond op het voetbalveld klaar voor een spannende wedstrijd en men wachtte op de pastoor voor de aftrap. Uit wraak was hij echter niet komen opdagen. Al sla pend kon je een glimlach om zijn mond zien. Hij dacht ook nog aan de eerste jaren van zijn pastoraat. Gewoonlijk had de pastoor na het lof van drie uur nog edelwacht. Kinderen tot een leeftijd van 13 jaar kwa men naar de kerk om te luisteren naar enkele gods dienstige verhalen van de pastoor. Voor de meisjes was er regelmatig een Maria-congregatie. Omdat hij in de namiddag nog enkele priesterstuden ten naar Hoorn wilde brengen, liep hij na de edelwacht naar de kerkenstal. Zijn auto was nooit op slot, dat hoefde in die tijd nog niet. Toen hij al vrij dicht gena derd was, zag hij een zekere Nel B. en ene Jan P. van de Kolonie uit de auto vluchten. Zij hadden de auto gebruikt om een potje te vrijen. Schande! Nadat hij terug was gekomen van zijn rit naar Hoorn pakte hij een opengeslagen boek van zijn kamer omdat hij beloofd had dat meester dat boek vandaag zou mogen lezen. Hij had het boek nog niet helemaal uit en stopte daarom een briefje van f 25 in het boek als bladwijzer. Daarna bracht hij zijn sigaar rokend het boek weg. 's Avonds belde hij met pater Wubbels uit Rotterdam om die mee te delen dat een aantal moeilijk opvoedba re en ondervoede kinderen uit Rotterdam en omgeving enige tijd mochten verblijven in de oude kaasfabriek. Daarna nam hij nog een slaapmutsje en was binnen de kortste keren van deze wereld weg. Maandag De dag begon vervelend. Misdienaar Arie had Sursum Corda niet goed gelezen en kwam dus te laat. Gedu rende de mis heeft de pastoor niets gezegd maar erna werd Arie als misdienaar ontslagen. Om negen uur kwamen de kerkwerksters. Ook Jopie had zich opgegeven om de kerk schoon te maken. Nie mand wilde graag vanwege de vele hoeken en gaten de preekstoel afstoffen. De meiden hadden afgespro ken om het bij toerbeurt te doen. Zo was deze morgen Jopie aan de beurt om de preekstoel onder handen te nemen. Ze was een beetje melig geworden van het rotwerk. Boven op de preekstoel vond zij het boekje met trouwparen erin. Uit balorigheid riep ze van boven naar de meiden beneden: „Beminde parochianen, er zijn voornemens een katholiek huwelijk aan te gaan Wilhelmus B. en Maria B. (de verstokte vrijgezellen van Zijdewind en 't Veld). Indien u enig beletsel tegen dit huwelijk kent, bent u verplicht dit ten spoedigste aan de pastorie kenbaar te maken." Alle kerkwerksters gierden van het lachen. Toen Jopie naar de deur van de sacris tie keek, zag zij de pastoor achter de ruitjes van De pastoor met zijn meiden in de jaren 50: Bets van der Fluit (links), Gré Smit (rechts), Jopie Brink (midden)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2006 | | pagina 9