De belangrijkste dag van de week
Nou ja, de meesten waren
lief. Hij dacht aan die middag
waarbij heel veel kinderen
tijdens de aubade stonden te
zwaaien met vlaggetjes. Hij
had toen gezien dat er een
aantal stiekem naar de tuin
waren gegaan om er appels
te pikken. Na afloop van de
aubade snelde hij door de
pastorie naar achteren en
wist een paar diefjes te
pakken. Wat zullen die oren
zeer gedaan hebben. Hij
schrok wakker van het ge
luid van de claxon. De auto glom. Toen de pastoor naar
de auto liep, zag hij dat Jantje er glimlachend naast
stond. Het joch was trots op zijn werk en wachtte op
zijn beloning: een ritje met de blinkende bolide. Omdat
de pastoor deze middag naar het klooster in Nieuwe
Niedorp moest, vroeg hij of Jan mee wilde rijden. De
jongen vond het heerlijk om in de auto te zitten, zelfs
als er niet werd gereden. De pastoor nam de biecht af
terwijl Jan in de auto bleef zitten wachten.
Gedurende de rest van de dag gebeurde er niet veel.
Het was alleen vervelend dat 's avonds de stroom
uitviel. Smid Thijs was 's avonds naar de pastorie
geroepen om het te repareren. Nadat met veel kunst
en vliegwerk het hem lukte weer licht in de duisternis
te brengen, was de smid weer naar huis gegaan. Toen
al laat op de avond de pastoor weer in donker kwam
te zitten, bedacht hij dat hij de smid wel te pakken zou
nemen.
De pastoor zou op deze zondag de hoogmis doen.
Bijna iedereen was op tijd. Ook de bus van Slijkerman
die parochianen uit Lutjewinkel, Moerbeek en Zijde
wind ophaalde, was al gearriveerd. Er ontbrak nog een
misdienaar. Hij stuurde pastoorsmeid Neeltje naar een
jongen die vlak bij de kerk woonde. Deze knaap had
haar al zien aankomen en was onder de tafel gekropen
om zich te verstoppen. Vader en moeder hadden dat
al gauw door en stuurde hem toch naar de sacristie
om de mis te dienen. Al vijf minuten te laat begon de
pastoor de mis. Tijdens de preek kondigde hij een extra
collecte aan omdat gisteravond het licht was uitgeval
len en de reparatie van de plaatselijke smid niet had
geholpen. Alles was weer stuk gegaan. Natuurlijk had
de pastoor de smid op zijn vaste plaats zien zitten.
Na deze aankondiging zag hij dat deze goede, trouwe
kerkganger met een rood hoofd van schaamte en
ingehouden woede voorover gebogen zat te luisteren.
Omdat er gecollecteerd zou worden voor de eigen kerk
zei de pastoor dat hij de preek kort wilde houden. Dat
kon wel f 1000 kunnen schelen! In de achterste
armenbanken zaten een stel jongens die met elkaar
zaten te praten. Ook dat had de pastoor in de gaten.
Op een gegeven moment tijdens de preek gaf hij met
zijn enorm grote hand een harde klap op de preek
stoel. De pastoor sloeg twee vliegen in een klap: de
jongelui schrokken hevig en de boeren, die al heel
vroeg waren opgestaan om te melken, waren wakker
geschrokken.
Vader Piet zat in de zijbeuken te luisteren naar de
woorden van de pastoor. Hij zat achter een pilaar en
dat was voor sommigen een ideale plaats om een
uiltje te knappen. En dat deed Jan R. die naast vader
Piet zat. Piet stootte hem aan en zei: „Jan, je moet
wakker worden want de pastoor preekt zo mooi!" Jan
werd half wakker, had eerst niet in de gaten dat hij in
de kerk zat en begon zodanig hard te vloeken dat vele
parochianen zich naar Jan omdraaiden.
De pastoor beëindigde zijn preek met een sneer. Hij
had namelijk een jong, in zijn ogen te jong, stelletje
zien scharrelen in een portiek. Dat vertelde hij aan het
eind van zijn preek met naam en toenaam en sprak er
schande van.
Tijdens deze plechtige hoogmis was er nog een ander
voorval. De oude Jan Muis had dit jaar geen kerken-
land meer kunnen pachten. Waarom dat zo geregeld
was, is niet bekend. Misschien waren anderen nu aan
de beurt om dat land te huren. De oude Muis was
daarover slecht te spreken. Tijdens de aangekondigde
collecte pakte hij een cent uit zijn portemonnee en
hield die tussen duim en wijsvinger een heel eind bo
ven de collectezak. Daarna liet hij de cent demonstra
tief vallen. Omdat Jan nogal voor in de kerk zat, had
de pastoor dat gezien en zei heel luid: „Zeer bedankt,
Jan!"
Voor en tijdens het eten nam de pastoor een paar
borreltjes waardoor hij wegdommelde in zijn stoel.
Hij droomde over de pinksterfeesten die hij in 1930
samen met een aantal parochianen was begonnen. Hij
zag inderdaad liever dat de jongeren tijdens de pink
sterdagen in 't Veld bleven dan naar de kermis in het
heidense Nieuwe Niedorp of naar de meidenmarkt op
het Schoorlse klimduin. Hij deed zijn best om de feest-
8