De Indiëgangers uit 't Veld en Zijdewind
Wellicht kent u ze, maar misschien ook niet, Jan Jaspers uit Zijdewind, Piet Poland uit 't Veld, Kees Ruiter
uit 't Veld, nu wonend te Wageningen, Jan Wit Niekzoon uit de Kampen en mannen, die al zijn overleden als
Piet Bruin 't Veld/Zijdewind en Eef Hoebe uit 't Veld. Eén dorpsgenoot uit Zijdewind heeft het met zijn leven
moeten bekopen. Gerard Buren sneuvelde op Java. De gedenkplaat hangt naast de hoofdingang van onze
Martinuskerk. Het volgende verhaal hebben
Jan Jaspers en Piet Poland ons medegedeeld.
Al jaren was Indië een Nederlandse kolonie, maar werd
in de tweede wereldoorlog door de Jappen in bezit ge
nomen. Het inlandse verzet, zowel tegen de Hollanders
als tegen de Jappen, wilde onder leiding van Soekarno
Indië onafhankelijk maken en Nederland legde zich daar
uiteraard niet bij neer na al die eeuwen beheer over
die grote eilandengroep. Daardoor raakte Nederland
in een langdurige en bloedige strijd gewikkeld. Door
troepenzendingen van vrijwilligers, beroepsmilitairen
en dienstplichtigen moest daar orde op zaken gesteld
worden om het Nederlandse gezag herstellen. Ook het
Koninklijk Nederlands Indisch Leger (K.N.I.L.), waar vele
Indonesiërs in gelegerd waren, vocht aan de zijde van
Nederland. De eerste dienstplichtigen kwamen in 1946
in Indonesië aan. In de periode maart 1946 tot maart
1947 groeide het Nederlandse leger uit tot 100.000
manschappen. Het Nederlandse leger was wel beter be
wapend dan de opstandelingen maar de aanvallen van
de Indonesische strijdgroepen waren fel en gevaarlijk.
Uiteindelijk kwam Nederland onder grote politieke druk
te staan en er werd diplomatiek onderhandeld om een
politieke oplossing voor het conflict te vinden. De VN en
de Verenigde Staten gingen zich er ook mee bemoeien
en onder deze druk werd het offensief op 5 januari 1949
gestaakt. Toch bleef het overal nog onrustig en op vele
plaatsen werd doorgevochten. Er vielen na 1949 nog
vele slachtoffers, zowel onder de militairen alsook onder
de burgerbevolking. Op 10 mei 1949 liet Nederland
onder grote internationale druk de republikeinse leiders
vrij en werd de basis gelegd voor een onafhankelijk
Indonesië. Dat was voor ons land als oude koloniale be
zetter wel even slikken. Ondanks de inzet van 200.000
militairen moest Nederland toch het veld ruimen. Voor
alle jongens die werden opgeroepen was het beslist
niet leuk om als negentien of twintigjarige onvrijwillig
naar een ver en tropisch land te worden uitgezonden
om daar te gaan vechten. Het was daar lang niet zonder
gevaar en menige Indiëganger zal zijn verhaal niet meer
kunnen of willen doen. Maar Jan Jaspers uit Zijdewind
weet zich nog wel veel te herinneren en wil zijn verhaal
wel kwijt. Toen in 1946 alle jongens die in 1925 waren
geboren, werden opgeroe
pen als dienstplichtige, waren er uit onze dorpen twin
tig jongens die naar Indonesië werden uitgezonden en
dat ging niet vrijwillig. Jan Wit Niekzoon uit de Kampen
en Jan Jaspers uit Zijdewind vertrokken eind novem
ber 1946 met de 'Sibajak', een troepentransportschip,
met aan boord 1500 militairen vanuit Rotterdam naar
Indonesië. In de golf van Biskaje voor Frankrijk raakte
het schip in zwaar weer, maar dat was nog maar een
voorproefje van wat hen te gebeuren stond in de Mid
dellandse Zee. Een zeer zware storm met regen en
hagelbuiten veroorzaakte dat er vier grote sloepen
los sloegen en een vals alarm (man over boord) werd
geslagen. De stuurman draaide het schip bij en kwam
dwars op de golven te liggen. Het schip helde over en
diegenen die aan het eten waren moesten zich aan
de tafels vastklampen om niet weg te schuiven. Van
alles brak af en velen kwamen klem te zitten. Honderd
militairen raakten gewond, één militair kwam om en vier
jongens waren zwaar gewond. Veel paniek aan boord
en het commando besloot om naar Malta te varen om
in de haven La Valetta aan te meren. De vier zwaar ge
wonde militairen gingen daar naar een hospitaal en de
overleden militair die uit Obdam kwam, werd op Malta
begraven. Al met al een slechte start van zo'n lange
zeereis. De reis ging verder door het Suezkanaal en dat
was voor ons jongens uit de Noord-Hollandse dorpen
een hele belevenis met al die bootjes en die vele handel
die daar werd gedreven. Verder ging het door de Rode
Zee en vervolgens voeren we de Indische Oceaan op.
Toe volgden tien dagen alleen maar lucht en water. Het
was inmiddels kerst geworden en dat werd aan boord
gevierd met het kijken naar oorlogsfilms. Alle man
schappen waren daar ook niet
De soldaat rechts is Jan Jaspers bij een legerjeep.