Politie Stoop, medeoprichter van de
damclub in 't Veld, telde tot tien voor
hij een uitspraak deed en dat sierde
hem.
Sicherheitsdienst,
hetgeen hem na de
oorlog een andere
woonplaats en baan
bezorgde. Hij werd
namelijk ambtenaar
bij de visserij in Me-
demblik.
Ingrijpende ver
anderingen in de
organisatie van het
politiewezen waren
noodzakelijk na
de donkere bezet
tingsjaren 1940
1945.
De ideologie van
de bezetter bracht
menig, vaak politiek
onbewuste politieagent in gewetensnood. Immers, een
geschikte agent is te allen tijde plichtsgetrouw. Het was
aan de wetsdienaar zelf de keuze te maken, ten gunste
van de bezetter of getrouw blijven aan de reeds naar
Engeland gevluchte regering en koningshuis. Een ding
stond vast: gezindheid voor Oranje kostte je beslist je
baan! Heulen met de bezetter
was voor velen van het korps
dan ook de enige optie. Het
aantal ontslagen wegens
ontrouw liep pas in 1943 op
tot drie- a vijfhonderd per
maand. Het korps bestond
uit twintigduizend man onder
leiding van Höhere SS-Po-
lizeiführer Hansz Ruter. Dat
het de verbalisant na de
oorlog moeilijk gemaakt werd
door hetgeen hij tijdens deze
vijfjaar de burger in woord en
geschrift verboden had, laat
zich raden. Het was justitie
in de naoorlogse periode er
dan ook alles aan gelegen al
het belastende materiaal in
schrift, zoals processen-ver
baal van arrestaties betref
fende politieke tegenstanders
en andere verguisde landge
noten, per direct te vernie
tigen. Iets wat voor „slechts"
negentig procent is volbracht.
Tevens werd er om aan de
zuive
ring van het gehele politieapparaat te ontkomen, door
de naoorlogse regering besloten om „eenieder die als
staatspolitie (een politiemacht die door de Duitsers
in het leven werd geroepen) dienst had gedaan" te
herstationeren. Dat betekende dat iedere agent met een
wat onzuiver verleden in een vreemde omgeving aan de
andere kant van Nederland zijn werk kon voortzetten.
Weliswaar kreeg die wel een berisping of aangepaste
straf, maar hij kwam wel wederom in dienst van de sa
menleving, maar bovenal in dienst van de overheid. Het
grote voordeel van deze maatregel was dat de agent
van politie voor de omgeving aldaar van onbesproken
gedrag was. Daar kwam nog bij dat het vaderland niet
geholpen zou zijn met een dreigend machtsvacuüm.
Kort samengevat: oom agent mocht blijven!
Tijdens de wederopbouw van Nederland, zo vlak na de
oorlog, werd er toch wat sceptischer tegen de politie
aangekeken, en terecht, want het vooroorlogse imago
als „ombudsman en klokopwinder voor het gewone
volk" had een behoorlijke ^euk opgelopen. Binnen het
politiewezen vond een herscholing plaats. Er werd ge
reorganiseerd en voor het platteland werd in 1945 een
rijkspolitiedienst opgericht, dat aangevuld werd met o.a.
oud-militaire dienders. De opleidingsschool
Politie Buis met zijn
gezellige collega Cor
Winter in overleg met
de Rythme Boys bij
Jobo: „Niet te luid hè
jongens?"
Politie Buis op zijn
uit de militaire dump
afkomstige Ariël
350cc tijdens zijn
periode voor 1958
in Waarland.