de achterste schraag hoger was dan de voorste. Men verwijderde de afwijkende aardappelen: de groene, de misvormde of de zieke. De goedgekeurde aardappe len schoof men in een jutezak die op een bascule stond. Bij het juiste gewicht van 50 kg. werden de zakken in een box twee hoog opgestapeld. Vervolgens kwam de NAK-keurmeester voor een laatste controle. Pas daarna voorzag men iedere zak van een kaart met daarop de naam van het ras en de klasse. Ook tijdens het dichtnaaien bevestigde men aan de buitenkant een kaart en aan het eind van de draad bracht men met een tang een plombe als verzegeling aan. Vervolgens kreeg de vrachtrijder een seintje dat de dichtgenaaide en gecertificeerde zakken konden worden afgehaald. Uien Het uienzaad werd na aankoop naar Piet van der Fluit gebracht om het tegen bodemschimmels te ontsmet ten. Bij Van der Fluit werden overigens alle gewas beschermingsmiddelen gekocht. Het land maakte men zaaiklaar door het geploegde land met een door een paard getrokken eg fijn te maken. Het zaad zaaide men regel voor regel met behulp van een Thilot-zaai- machine die men zelf moest voortduwen. Tegen onkruid moest voor de opkomst van de uien worden gespoten. Na opkomst zouden ook de uien dood gaan. Soms viel de werking tegen en dat betekende dan heel veel uren al kruipende het onkruid tussen de uien- plantjes wegplukken. Bij dat onkruidplukken legde men het onkruid van meerdere regels in een paadje en bij nat weer nam men dat mee om hergroei te voorkomen. Met een smalle schoffel werd het onkruid tussen de regels weggehaald. Het oogsten van de uien viel altijd samen met de Zijdewinder kermis. Vijf rijen uien werden losgetrokken en op een rij geplaatst om te drogen. Na enkele dagen deed men de uien in houten bakken. De volle bakken stapelde men vervolgens tien hoog op en haalde die met paard en wagen op. De uien sloeg men meestal losgestort op in „De Hut" aan De Weel. Het klaarmaken voor de veiling ging als volgt. Men raapte op knieën gezeten de uien stuk voor stuk met de hand op, trok het oude afgestorven loof er vanaf en plaatste die dan in veilingkisten. Gedurende de laatste jaren dat mijn vader tuinder was, gebruikte men in „De Hut" een afstaart- machine. Men plaatste de uien met een vork vanuit de box op de machine. De staarten werden door tegen-gesteld draaiende rollen van de uien getrokken en de afgestaarte uien werden dan meteen in de veilingkisten opge vangen. Als alle uien in veilingkisten waren geplaatst, dan sorteerde men de uien met dezelfde HuBo-sorteermachine waarmee ook de aard appelen werden uitgezocht. De gesorteerde uien ving men weer op in veilingkisten en werden vervolgens op een hor uitgezocht. De meeste uitval bestond vooral uit zogenaamde kale uien. Dat waren uien waarvan de bruine huiden gedeeltelijk of helemaal waren afgeraakt. De uien veilde men in de veiling De Noordermarktbond te Noord-Scharwoude. Rode bieten Rode bieten, ook wel kroten genoemd, zaaide men op het vlakke, geëgde veld met de zaaimachine waarmee ook de uien werden gezaaid. Aangezien er uit één zaadje enkele plantjes groeiden, moest men de bieten met de hand uitdunnen. Ook in dit gewas verwijderde men het onkruid tussen de regels met de schoffel en in de regels plukte men het al kruipend weg. Dit ge beurde gelijktijdig met het uitdunnen van de bietjes. Bij hoge prijzen in de zomer werd er doorgeplukt. De grootste bieten oogstte men dan al vroeg en de bieten die bleven staan, konden nog wat beter uitgroeien, het blijver-wijker-systeem. Indien de prijzen aan het eind van het groeiseizoen goed waren, dan werden de bieten in veilingkisten geoogst. Men trok de volgroeide bieten met de hand uit de grond, draaide het lof eraf en legde vervolgens de biet in de veilingkist. Meestal werden alle bieten zo voor de voet weg geoogst en tijdelijk in een box in de schuur opgeslagen. Snel daarna schepte men de bieten met een vork op de hor om ze uit te zoeken en te sorteren. Het sorteren gebeurde dan op het oog met een set maatjes in de buurt zodat je af en toe kon controleren of je nog steeds de juiste maatsortering had. Aan het eind van de hor deed men de bieten met dezelfde maat in een veilingkist, die op de bascule stond om gelijk gewogen te worden. Nadat de bieten waren uitgezocht, op maat gesorteerd en afgewogen waren, kreeg vrachtrijder Cor Leegwater een seintje. Die bracht ze dan naar de veiling. "y 'Vv"'' j"V"' Met deze vrachtwagen, geladen met groenten, heeft Leegwater menig ritje naar de veiling gemaakt.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2003 | | pagina 9