Q.
Rikus, een neef van Arie Ran, was 8
jaar toen hij in de Kampen als
vluchteling verbleef. Hij was gewond
geraakt bij het Helderse bombarde
ment in 1940. Zijn rechtervoet had hij
verloren en in 't Veld noemden ze
Rikus „het jochie met dat pootje"
want hij liep wat mank. Rikus ging na
de oorlog het onderwijs in en werd
hoofd van de Dr. Ariënsschool in Den
Helder. Hij ging altijd met Jaap Wit
mee melk ophalen voor de zuivel
fabriek van Lutjewinkel. Dat ging met
paard en wagen en dat paard wist bij
welke boerderijen hij moest wachten.
Rikus leerde zo alle boeren van 't
Veld en omgeving kennen en wist op
een gegeven moment ook alle
nummers van de melkbussen.
Hij weet zich de melkverdeling in Rikus Ran' Martha
1944 bij de fabriek nog goed te herinneren. Door
schaarste konden de mensen geen melk meer kopen.
Dat konden ze nog wel zelf ophalen bij de fabriek. Bij
het afgiftepunt stond een lange rij wachtenden want ook
inwoners uit Winkel en Nieuwe Niedorp moesten daar
hun melk halen. Met verandering van wat kleding kon je
dan enkele keren het afgiftepunt passeren en zo met
voldoende melk terug naar huis gaan. Tijdens één van
deze melkafgiftedagen vond er boven Lutjewinkel een
luchtgevecht plaats waarbij een Engelse bommenwer
per naar beneden kwam. Duitse militairen die in een
bunker bij Lutjewinkel huisden, rekenden de Engelse
bemanning snel in. Een Engelse militair wist aanvanke
lijk te ontkomen en vond zijn toevlucht bij Willem van
der Stoop in de Kampen. Deze Willem van der Stoop
was klein van stuk, liep mank en verplaatste zich per
hondenkar. Hij kon echter niet anders dan de Engels
man uitleveren.
Ook de beschieting van de munitietrein bij Schagen,
begin 1945, weten Arie en Rikus zich nog te herinne
ren. In diezelfde tijd was het huis van dokter Goedhart
in Dirkshorn beschoten en verbrand. Als represaille
heeft de ondergrondse toen een spoorbrug achter
Zijdewind gedeeltelijk opgeblazen met als gevolg dat
een locomotief bleef hangen op de brug. Onder de kop
„De knal van Zijdewind" verscheen in 1995 nog een foto
ervan in het NHD. Een ander voorval staat hem ook nog
helder voor de geest. Bij Keesom hadden ze twee
katten: een zwarte en een witte. Die witte had de
gewoonte om achter Arie aan te gaan als die naar 't
Veld naar de kerk ging. Meestal had Arie het bijtijds in
de gaten en stuurde de kat terug maar een keer was de
witte hem toch te slim af en was hem tot in de kerk
gevolgd. Kapelaan Van Schie moest het beestje van het
altaar verwijderen en Arie kon niets anders doen dan de
kat naar de Kampen terugbrengen.
Rikus Ran vertelt verder dan nog van een Amsterdams
kinderkoor dat diverse keren in de parochiekerk van
't Veld heeft gezongen. Dit waren kinderen uit de
hoofdstad die voor een bepaalde tijd ondergebracht
waren bij boeren in Zijdewind en 't Veld om aan te
sterken omdat in 1944 zeker in de steden een grote
hongersnood was. En in dat kinderkoor zong Willie
Alberti, die toen nog gewoon Karei Verbruggen heette.
Nog een andere bekende Nederlander, Joop Odenthal
uit Haarlem, logeerde hier in ons dorp tijdens de oorlog
ook gedurende lange tijd bij de gebroeders Veldman,
de boerderij achter de huidige Maria Hoeve op de
Rijdersstraat 132. Joop Odenthal speelde in de hoog
ste voetbalafdeling bij EDO. Hij is enkele keren interna
tional geweest. Andere vluchtelingen, zoals Jo Veldt uit
Castricum en ook Alexander Verberne uit Den Helder
zaten bij Piet Groen. Dirk Meijer uit Anna Paulowna
zat bij Arie Leijen aan het kerkpad. De familie Ramler
uit Den Helder woonde in het pand op de hoek Rijders
straat/Oranjelaan waar nu Jaap Poland woont. De
familie Zits vond onderdak in de boerderij van Piet
Takken aan de Rijdersstraat nr 35. Op de plek van
deze boerderij staat nu het woonhuis van William
Ursem. Rikus Ran die nog regelmatig in 't Veld komt,
stelde vast dat in 1990 de schuur bij Keesom, waarin
zij tijdens de oorlog woonden, is afgebroken.
Een boeiend relaas van mensen die door oorlogs
omstandig
heden
elders
veilig
wilden
leven.
Dat kon
toen in
onze
dorpen.
Achterste rij: Simon
jr., Corrie Groen en
Groen, Mien Groen, Ina Ran op arm van vader Henk Ran, Gert Groen
Annie van Hilst. Voorste rij: Wim Groen, opa Groen (Gert Groen sr.)
Ran, oma Groen (Neeitje Groen-de Wit)
De knal van
Zijdewind