Opa Rikus de Boer Op de hoek van de Rijdersstraat en de Provincialeweg richting Verlaat staat een bijzonder huis. Het was het huis van opa Rikus de Boer. Opa Hendrik werd geboren op 16 mei 1884 als zoon van Jan de Boer en Bregje Weel. Vader Jan, geboren in 1828, trouwde in 1872. Hij was toen ruim 43 jaar oud. Opa's moeder was 27 jaar toen zij trouwde. Er kwamen in totaal zeven of acht kinderen. Jan, het zevende kind, werd geboren in 1888. Vader Jan was toen 59 jaar. Over een mogelijk achtste kind heb ik weinig in de archieven kunnen vinden. Het gezin bestond zeker uit de volgende kinderen: Neeltje (geboren in 1876), Gerrit (1878), Jacobus (1880), Cornelis (1881), Hendrik (1884), Anna (1886) en Johannes (1888). Van hen heb ik in ieder geval de geboortedata Qpa en oma De Boer genietend van de zon gevonden. Van een eventueel achtste kind weet ik alleen de naam: Brigitta. Kort na het overlijden van zijn moeder trouwde Rikus met Bregje Klaver en begon in 't Veld een eigen schoenmakerij in een gedeelte van het huis van Jan Veldman (thans Rijdersstraat 21). Zijn hele hebben en houden verhuisde hij op een handkar. De buren zeiden toen: „Wat is het deftig bij Rikus de Boer!" Hij heeft op een gegeven moment het huis aan De Weel gekocht. Men noemde dat gedeelte van De Weel „De Hazen- tuin". Het huis zag er toen toch wel wat anders uit dan nu. Sta je op de Provincialeweg dan zie je nu links van het huis een prachtige, beschutte tuin met vijvers. Rechts een of twee grote schuren met daarvoor een tuinkasje. Achter de schuren, helemaal rechts, is nog een klein slootje. In de tijd dat opa daar woonde, was er links van het huis een groentetuin met enkele fruitbomen. Rechts was er een zeer laag schuurtje en daarachter een stukje gras met zeer veel narcissen. Het slootje, de Molensloot, was naar mijn idee toen veel breder en eindigde bij de provinciale weg. Deze kronkelende weg van Verlaat naar Schagen ging in die tijd dwars door Zijdewind. Links van de voordeur was de woonkamer en daarachter een slaapkamer. Rechts had opa zijn werkplaats. Wat ik me nog goed herinner, is het luik in de schoorsteen op de zolder. De lekker ste hammen kwamen achter het luik vandaan. Ook de omgeving van het huis zag er toen wat anders uit. Op de andere hoek van de Rijdersweg en de provinciale weg stond café „De Hoop" van C. Jong. De bouw van dit café in 1917 heeft opa meegemaakt. Na herbergier en kassier C. Jong zijn J. Pepping en J. Burger nog eigenaar geweest. De herberg moest vanwege verbreding van de weg in 1948 gesloopt worden. Nu ligt er de voetgangerstunnel. Tussen De Weel en Zijdewind stonden vlak langs de Opa was dus het vijfde kind in dat gezin. Zijn vader overleed op zijn verjaardag toen hij 15 jaar werd. Hij was 71 jaar geworden. Moeder Bregje moest daarna alleen verder met haar kinderen in de leeftijd van 10 tot 23 jaar. Zij heeft het ondanks de verschrikkelijke armoede toch nog 7 jaar weten vol te houden. Toen zij in 1906 overleed, was opa 22 jaar. Waarschijnlijk zijn er na het overlijden van moeder grote spanningen in het gezin geweest. Misschien is dat wel de reden geweest dat broer Cornelis (Kees) letterlijk zijn biezen pakte. Op 28 juni 1909 scheepte hij zich in om het vervoer van paarden naar de Verenigde Staten te begeleiden. Daar trouwde hij met een Oostenrijkse vrouw en kreeg een kind: Virginia. Pas na de tweede wereldoorlog zocht hij weer contact met zijn familie in Nederland. In de vijftiger jaren is hij een paar keer in Nederland geweest en de laatste keer nam hij voor mij een koperen werphengel mee. Deze unieke uitschuifbare hengel werd echter in de zestiger jaren uit de schuur van mijn schoonmoe der gestolen. en van „Vadertje Drees" (1948) De „verdwenen" broer Kees overgekomen uit Amerika(1955)

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

't Is mooi weest - 't Veld, Zijdewind | 2001 | | pagina 16