40
C
1749.
14
C
C
8
2019
1752.
keetman’ maar bedacht
Z weerts
haalde een streep door ‘huijsvrouw’ en maakte er
‘weduwe’ van. Daar was wel reden voor want ze
1752
Mr/i Y^a/i
z i
h
toen,
niet getr
uwd
Pieter
met de
der
deze
echter
n
z
n
n
Hij
seni
werd als
z
n
n
ing van de doop
december
pt te
p
p
uwd
hetgeen
uit
getr
met
n
verklaring
die
p
n
n
september
p
H
H
co m pareerden
an
van
wel eerstelijk
tijd
keetm an
van den requirant als dan telkens heeft
midsgaders dat
hij
verscheiden
rijtu igen
requirant heeft gehuurt,
daer
dat de gemelde pieter
met hem pieter
te
maaltijden
geweest,
zij
getuigen
wetenschap
alle
het
hebben
gezien,
te
n
inform atieblad
aflegde
Pieter K eetman
gemaekt diversche verteringen,
Pieter K eetman,
Pieter K eetman
Pieter K eetman,
Pieter K eetman.
van
Cornelia
Pieter K eetman
tot
Nieuw
zo te
Pieter
mitsgaders voer en stalling voor zijn paarden heeft gehad.
Laatstelijk
Jan
Jare
Getu igen.
van de voorn
En
tegens den requirant, zeide gij
Gevende
van
M aalen paarden
Miseroij, als
Jan
Heuk te
blijkt
Jan va
nr. 2
Huk, gedoo
Bovendien
Nieuwe
Nied
bevestigen.
Aldus Gedaan binnen
(SAA,
Amsterdam, ter presentie van
notarieel, arch.nr. 5075, inv.nr. 10045)
So mer Saisoen van
zijnde tot Nieu
gaan eten.
En
Evert Miseroij, en I
voet als
Doopboek van de gereformeerde gemeente met de inschrij
verklaard zij twede getuige dat zij in t
gemelde Pieter Keetman ter dier tijd wonagtig
Keetman
e
met de voorn
moet het alles maar op rekening zetten
H isto risch Niedorp,
bijgewoont, en verders als in den
No 136
Verklaring door Cornelia
Op Heden den 8e September
H olland geadmitteert te
H euk huisvrouw van
gelijk zij eerste en derde getuigen nu te zamen verklaren ten huise
Maaltijden, Kostbaren tractementen als andersints,
n otaris Philip
euk c.s. ter r^quisitie van
A msterdam residerende,
Jan van Nierop, An naatje
Stad, getuigen van ge noegzamen
dat zij zedert den
den requirant is
zij van den
den
w Nierop, en dat zij twede getuige in dien
tijd twee en drie malen
redenen van wetenschap alle het zelve te hebben gezien, gehoort
Tekst, zijnde over zulx bereid het vorenstaande met solemnele Eede te
den requirant haar tegenwoordigen
is wonagtig
met rijtuig is gekomen, gelijk zij derde getuiger mede verklaerd wel te weten, en dat hij
dat het ook wel gebeurt is dat hij requirant, hem
met rijtuig na Alkmaar heeft gebragt, en laa tstelijk
zij eerste getuigen
geweest bij wijlen Pieter Keetman ten dien tijd wonagtig zijnde tot
Jare 1746 tot den Jare 1749 als dienstmeid heeft gewoont ten huize van den requirant welke
Herberg hield, en dat zij eerste getuige diversche reisen in die
Man
1748 als naister is geweest bij de
dogters, alle wonagtig binnen
Jan van Nierop mede alhier wonagtig voor de opregte waarheid getuigt en verklaart,
Jare 1747 tot 1749 als dienstmeid
Nierop, en zij derde getuige dat
de
verklaren zij getuigen ijder in het bijzonder gehoort te hebben, dat de gem
mede voer en stallingen voor zijn eigen paarden gehad,
Keetman met gezelschap daer hij mede gekomen
Keetman eens een Zode baars van den requirant heeft mede genomen om elders te
e
in presentie van de nabesz
Heuk en Barbara
Ouderdom en hebben ter requisitie
als toen heeft gezien en bijgewoont dat hij
voet als met rijtuig ten huise
Keetman aldaar telken s vertering en
tot den
als toen wonagtig was te Opmeer alwaar hij
Pieter Keetman ten huise
Amsterdam
van Nierop
mij Philip Z weerts Notaris P ublicq, bij den
Getuigen
Ned en beide ongerhuwde
van