M eester-ti mmerlieden en - molenmakers
-34-
1787-05-21:
toen voor 350 gulden de herberg 'Prins Maurits' van Pieter Groot. Aat Wit schrijft in
zijn boek overigens 'Schippers Welvaren', maar dat had te maken met de Franse tijd
12 september 1828 de herberg van zijn vader voor 1.400. Een andere zoon, Simon
door Jaap van Beek
Inleiding
Cornelis, zoon van Jacob van der Stok en van Neeltje Kweldam, ook wel Queldam,
werd geboren te Nieuwe Niedorp op 13 januari 1786. O ver hem vond ik een
interessant bericht in de Historie en Gedenkschriften van de Maatschappij tot redding
van drenkelingen
Te Nieuwe Niedorp was een kind van Jacob van der Stokgenaamd Corneliséén en
een vierendeel jaars oudmet een kinderwagentjedaar het met den
leiband aan vastgebonden wasin 't water geraakt. Er verliep wel een
vierendeel uurs, eer hetzelve kon gekreegen worden; en toen toonde het
geen blyk van leven. Men bragt het ten huize van Jurriaan Diepen, aan
wiens huis zich de Texelsche Mr. Chirurgyn Hermanus van Aken
bevondt, die hetzelve door de gewoone voorgeschreevene redmiddelen,
binnen twee uuren, weder volkomen bybragt.
Hermanus van Aken ontving de uitgeloofde premie van zes ducaaten.
(Historie en gedenkschriften van de Maatschappij tot redding van drenkelingen, opgericht
binnen Amsterdam MDCCLXVII, u itg ifte 1780)
Genoemde Jurriaan Diepen woonde in 1787 aan de Hoogzijde, schuin tegenover de
wipbrug over de Voorsloot naar de Westerweg, naast de meesterchirurgijn S ipke
Tjeerds. Schipper Jacob van der Stok woonde aan de overkant van de Voorsloot, aan
de Laagzijde, in het huis waar eerder Simon Oudeman had gewoond, grootvader van
Jacob van moederskant. De drenkeling Cornelis van der Stok speelt in het hierna
volgende verhaal geen rol meer. H ij is op 41 -jarige leeftijd als werkman te Nieuwe
Niedorp overleden op 15 augustus 1827.
Op 22 maart 1801 werd Jacob van der Stok behalve schipper ook herbergier. Hij kocht
waarin men toen leefde en de naam van de Oranjes niet gebruikt mocht worden. Jacob
van der Stok kocht na het overlijden van Jacob Kaij in het armenhuis, op 25 april 1812
van diens weduwe M aartje Kuiper ook een woonhuisje aan de Hoogzijde getekend met
nummer 21 voor 63 F ranc. Het moet aan de Oostzijde van de herberg hebben gestaan.
De herberg had toen nummer 22.
Ook zoon Jacob van schipper/herbergier Jacob van der Stok, Jacob van der Stok junior
dus, had een dubbel beroep. Behalve kastelein was hij ook timmerman. Hij kocht op
van der Stok was als schipper opvolger geworden van zijn vader.
Schipper/herbergier Jacob van der Stok bezat volgens het in 1832 ingevoerde kadaster
omstreeks die tijd behalve het huis aan de Laagzijde ook nog een stal en erf, staande
en gelegen naast een woning van de gemeente Nieuwe Niedorp die aan de westzijde
isto risch N iedorp, informatie
blad 2019 nr. 1