Kunst en Wetenschap.
-10-
Grootbeden.
doet. Dat kan óók Hebt Ge nooit van Atie
Rezelman gehoord Nu maar, dit is er één,
een 22 karaats gewaarborgde Grootheid.
en schreef hartroerende brieven aan H. M
vindt u niet? Nou dan, Arie was niet boos,
hij is nóóit boos, daar staat hij bóven Arie
is helderziend en »machtig<
r«
de KoninginSlechts eenmaal kreeg hij
antwoord, och arm I en dat was een mop
bed had hij zijn nieuwe we r e I d t h e o r i e n VACl schildersSnoodaardig van zulke lui,
noemt hij dat
in een familiekring worden opgenomen, 'want in zijn eenzaamheid kan hij niet tot
in zijn steenen loods op de vuilnisbelt in stank en rommel.'
wanhoop bij de politie 'met de mededeeling, dat hij den laatsten tijd niet meer kon
'Plaatsgenoten, kent U Arie?
Arie woonde onder meer in een grote schuur achter de villa van dr, Ci inge D oorenbos
in Bussum. Door de afbraak van dit pand raakte hij dakloos. In 1923 schreef De G ooi
en Eemlander: 'De gemeente heeft Arie Rezelman, de bekende figuur met lange haren
en baard, die zichzelf een ziener waant
een woonplaats ingeruimd in een loods
op de vuilnisbelt. Rezelman zit daar niet
geheel op zijn gemak, want steekt hij Ditmaal een grootheid, die niet aan kunst
afval, die slechts denkbaar zijn, Maar het Qf js het altemet lliet grOOt OUl Nederland
zijn neus buiten de deur, dan overvallen
hem de meest onwelriekende geuren van
ergste voor Rezelman is, dat buiten den oorlog te houden? Hij zégt't zélf
gemeentewerklui zijn bed met
toebehooren hebben verbrand. Op dit
Amersfoortsche Courant, 17 augustus 1920
ontdekt en uitgewerkt, op dat bed was hij
zich bewust geworden van het bezit van
het nieuwe zintuig, het nachtzintuig,
Volgens ditzelfde bericht zou Arie graag
ontplooiing zijner krachten komen. Als men hem dit toch eens wilde schenken, een
woning bij een familie en een warme deken! De stakker zit er zoo treurig en eenzaam
Blijkbaar bleef die wens onbeantwoord, want twee jaar later meldde Arie zich uit
aarden in zijn bivak op de aschbelt. Zijn slaapstede was door en door nat en bovendien
leed hij honger. De sukkel leed gebrek en de hut, waarin hij woont is geen
menschelijke verblijfplaats te noemen. De man was door zijn el lendigen toestand
ongesteld geworden. De politie voorzag hem van voedsel, wat hij smakelijk
verorberde en wees hem tevens een ledige cel tot voorloopige verblijfplaats aan.'
I lulpactie
Clinge D oorenbos zette met een lofdicht op Arie, dat op 31 oktober 1925 in de
Bussumsche Courant werd gepubliceerd, een hulpactie op touw.
Arie is een zonderling.
Die al jaren op zijn eentje
Met zijn bijl door Bussum ging.
Arie fokte reuzen-baarden
En zijn haren waren lang.
Jongens scholden hem zijn huid vol
En de meisjes waren bang.
Arie kon geweldig dazen
En hij zat stampvol met mystiek,
Zijn bizarre theorieën
Amuseerden het publiek.
i sto risch N iedorp, informatie
blad 2018 nr. 1