-51-
opa Brugman perenbomen zoals Conference, Beurre Hardy en President Loutreuil (een
bestuiver, veel te teer voor de handel, maar erg lekker). Omdat peren laat vruchtbaar
zijn, werden er tussen de jonge bomen zwarte bessen geplant om in de eerste jaren de
aanloopverliezen te beperken. Er was wel vraag naar zwarte bessen. Onze oosterburen
ontdekten dat zwartebessensap zeer gezond is. In de oogsttijd was het gezellig. Ik was
nog op school, maar moest uiteraard ook helpen de bessen te plukken.
Wij hadden soms wel dertig plukkers. Met de fiets verzamelen op de hoek
Dorpsstraat/Scheidersweg en dan zo snel mogelijk naar de tuin. Over de Col du Kanaal
proberen de Tour de Bes te winnen en je Fausto Coppi te wanen.
De exploitatie was geen onverdeeld succes, hoewel er ook wel goede jaren waren.
Mijn vader was het op een gegeven moment zat en het werd ook oom Piet te veel. Die
moest geregeld met de spuit uit Benningbroek komen. De tuin werd verkocht. Sloperij
Bechthold zit er nu. Ik vond het wel leuk werk en ik heb er goed snoeien geleerd en
enig verstand van fruit gekregen; daar heb ik later wel plezier van gehad.
Behalve zaadhandelaar was
Klaas Bart ook een man die
het verenigingsleven in
Winkel een warm hart
toedroeg. Zijn grote passie
was Winkels Harmonie, waar
hij ruim vijftig jaar lid van is
geweest. Tot zijn dood heeft
hij in het bestuur gezeten en
was een zeer trouw lid. Een
verjaarspartijtje bijvoorbeeld
was geen reden om niet naar
de Harmonie te gaan, die ging
voor. Als de Harmonie de
oliebollenactie hield, was
vader Klaas de man die met
zijn bestelwagen voor het transport van de oliebollen zorgde. Verenigingsbelang gaat
voor eigen belang, zei hij altijd. Daarnaast was mijn vader secretaris van de
oudercommissie, Maatschappelijk Hulpbetoon en de Coop. Raiffeisenbank. Het was
geen man die op de voorgrond trad, maar hij had een goed handschrift, was intelligent
en kon goed notuleren. Hij genoot het vertrouwen van velen, hij was een heel integer
mens. Vertrouwen was ook de basis waarop hij zijn bedrijf voerde. Hij had echt vaste
klanten die hij zo goed mogelijk van dienst was en die altijd bij hem terugkwamen.
Ons gezin heeft het goed gehad. Als er iets nodig was kon dat worden gekocht. Maar
als iets niet nodig was, kochten mijn vader en moeder het niet. Mijn moeder was een
degelijke vrouw. Tegenwoordig zouden we zeggen dat ze goed kon budgetteren. In
mijn kindertijd deed zij het huishouden en de opvoeding van Piet en mij. Maar als
vader weg was, op z'n West-Fries 'an de reet', oftewel 'de boer op', bijvoorbeeld naar
Schagen, of later in het jaar naar het land, moest zij op de winkel passen.
Zij klaagde bijna nooit, maar veel klanten kwamen er in die natijd niet. Toch moest zij
Dorpsstraat 35, Winkel in 1967
Historisch Niedorp, informatieblad 2014 nr. 2