Binneni&ndsch Nieuw*.
-35-
-Gemor over de verlofregeling; een verlofdag per 10 dagen dienst. Met verlof naar
huis gaan bleef veelal achterwege, een lange reistijd belemmerde het thuisbezoek.
Ongeacht of je jong of oud, kostwinner, getrouwd of vrijgezel, zelfstandige of arbeider
was.
-Slechte uitrusting; het uniform paste niet meer, was soms meer dan 10 jaar oud, of het
was als werkkleding versleten in de burgermaatschappij. Een stalen helm en een
deugdelijk gasmasker behoorden niet tot de persoonlijke uitrusting van de Nederlandse
militair.
-Bureaucratie, willekeur, onbekwaamheid en bekrompenheid moesten de soldaten zich
veelvuldig laten welgevallen.
Thuisfront van de militair
Vrouw en kind van een gemobiliseerde dienstplichtig militair kregen een vergoeding
die kon varieren van 25 cent tot een gulden per dag. De burgemeester stelde per
gemeente dit bedrag vast. Later in 1915 werd dit omgezet in een basisvergoeding voor
een vrouw met een kind van 90 cent per dag. Voor het tweede kind ontving zij 25 cent,
bij meerdere kinderen was het aan een maximum gebonden van een gulden vijftig.
Soms kreeg zij ook nog een bedragje van het Nationale Steun Comite. Het Nationale
Steun Comite had als belangrijkste doelstelling mensen die in nood kwamen als gevolg
van de mobilisatie of werkloosheid geldelijk te ondersteunen.
Het is moeilijk met enige zekerheid vast te stellen hoe groot de nood in Winkel is
geweest. Ter indicatie en gedachtebepaling: in de gemeente de Zijpe keerde dit Comite
in 1917 329,50 uit op een totaal van 4732 inwoners. Het weekloon van een
timmerman mag men stellen op plusminus 20-, per week. Een ding is zeker, waar
armoede, gebrek of schaarste heerste: 'Moeder de vrouw moest het vuile werk
opknappen'.
Armoede?
Hoe groot de omvang en hoe intens de
armoede in deze periode was in Winkel?
Ik durf er geen uitspraak over te doen.
Als u de volgende selectie uit citaten
leest begrijpt u de twijfel.
De SDAP afdeling Winkel (zie ook deel
1) hield in de zaal van cafe Het Fortuin
een protestmanifestatie. Daar sprak de
gastspreker J.J. Westerhoff uit Alkmaar
en hij stelde onder andere het volgende:
Vier van de vijf in Winkel wonende
gezinnen moesten rondkomen van een
inkomen van minder dan vierentwintig
gulden per week. En ook liet hij zijn gehoor weten 'dat door de gemeente Winkel
gespot werd met de belangen van de minderbedeelden'. Dit, de inhoud van deze laatste
zin, 'schoot in het verkeerde keelgat' van de gemeentesecretaris Abraham de Ridder
die als toehoorder en als plaatselijke correspondent van de Schager Courant in de zaal
zat. Hij daagde de spreker uit eens langs te gaan bij de plaatselijke huisarts. 'Die zal u
WlNKLL.
oiid werd in het lokaal van den beer
Jb. kroon te Winkel een proteetvorgadering gehou-
iicn, ungeacbrevcn door de aldeeling Winkel dor
j.n.A.l', cn de aldeeling Winkel van den Neder-
.andbchen Bond van arbeider a in bet Landbouw,
Tulcbouw- en Zuivelbedriji.
Jn deze verguuering trad op de heer J. Wester hot
van Ainmaur, tnet bet onderwerp: Dietributiepoli-
tick van bet gemeentebcatuur van Winkel.
lie zaal woe dicht bezel, toen do beer V. Timmer
man te ongeveer acht uur de bijeenkomat opende,
en na een korte inieiding bet woord gat aan den
beer Westerbcf.
Schager Courant, 31 januari 1918
Historisch Niedorp, informatieblad 2014 nr. 2