-47-
Rijnland (rondom Leiden), het land van Woerden, Delfland en Kennemerland om de
dijkwerkzaamheden te bekostigen.
Aan deze nieuwe inlaagdijk is echt met man en macht gewerkt en het resultaat is in de
volgende eeuwen ruim voldoende gebleken, afgezien dan van de nodige verhogingen
en het herstel van wat occasionele doorbraken, zoals bij Winkel. Als men over de
Winkelerdijk naar Kolhorn rijdt of langs Aartswoud naar Medemblik zou men daar af
en toe best wat gedachten aan kunnen wijden. En misschien is 2034 een aangewezen
jaar voor een passende herdenking, ook al ligt de huidige zeedijk, de Afsluitdijk
intussen een stuk verderop.
Men zou zich kunnen afvragen of Lambertschaag iets te maken heeft gehad met een
'kaag'. Dat is inderdaad het geval, want in 1319 was het bekend als Lambrechtscoich
en in 1396 Lambrechtkage. U ziet de overgang binnen de veertiende eeuw, van het
aloude 'koog' naar het misschien meer Hollandse 'kaag'. Omdat de dijk op zijn vaste
plaats lag en nooit een nog verdere inlaag heeft gekend, lag de kaag dus noordelijk van
de huidige dijk. Met andere woorden: er was indertijd nog altijd sprake van
noodzakelijk en kennelijk ook nog bruikbaar voorland.
De echte Zoutkaag
(De mensen uit het dorpje Gawijzend -dat misschien als Gouwsend, einde van de
Gouw kan worden geinterpreteerd- mochten van de graaf verhuizen naar Nieuw
Gawijzend, een gebiedje bij Valkkoog.)
Het ligt voor de hand dat de Zoutkaag van vroegere datum moet zijn dan de
Herenkoog. Waarschijnlijk voor het bestaan van een Rentersluze en het dijkje waarin
hij was aangelegd. Maar wel na een geduchte uitbreiding van de Zuiderzee, mogelijk
in 1170, gelijk met het ontstaan van onze grote zeearm de Sipe, oftewel de Zijpe. Dat
wordt althans verondersteld. Deze Allerheiligenvloed was zo groot, dat er volgens de
kronieken in de stadsgrachten van Utrecht kabeljauw en andere zeevis werd gevangen.
In feite ligt de Zoutkaag als gebied min of meer in dezelfde lijn als de zogeheten
Schrinkkaag bij Kolhorn en vervolgens de Kaaglanden die direct noordelijk van
Barsingerhorn te vinden zijn. Ze stammen wellicht alle uit dezelfde tijd toen de
dorpsstraat van Barsingerhorn nog als een echte zeedijk functioneerde. Maar het is een
verkeerde gedachte om die oude Zoutkaagweg dezelfde functie toe te wijzen als de
Heerenweg van Barsingerhorn. Het oorspronkelijke zomerdijkje moet gewoon aan de
westkant van de voormalige Zoutkaag hebben gelegen, ook al is daar nu helemaal niets
meer van terug te vinden. Het oude beloop is echter nog redelijk aanwijsbaar door alle
veldnamen die volgens beschrijvingen binnen de Zoutkaag werden gebruikt en de loop
van een begrenzend watertje. Zie het kaartje uit ons Infoblad nr. 13. Dat zegt eigenlijk
meer dan een stukje tekst.
Hoe het gebied tussen de Herenkoog en de Zoutkaag ooit werd genoemd is me,
jammer genoeg, nog niet bekend. Heel misschien heeft de Braakpolder (genoemd naar
een doorbraak), ten oosten van de Kromme Gouw, ook wel behoord tot de Zoutkaag.
Historisch Niedorp, informatieblad 2014 nr. 1