/t-
-50-
Molenmeester Louwris Clasen Kaat betaalde op 12 november 1710 /4:4:0 voor twee haringschuiten vol wier, die
aan de Schrinkkaagkaai bij Kolhorn werden geleverd
Waar was het wier nog meer belangrijk voor
In de visserij was het wier heel belangrijk voor de palingstand. Het werd gebruikt bij
het dichten van lekkages op schepen. Er werd soms wel papier van de wierbladeren
gemaakt. Voor bemesting op de akkers en als dakbedekking werd het ook gebruikt.
Om een goed dicht dak te krijgen, werden de vorsten belegd met wier en daarna, om
het spul niet te laten verwaaien, werd het wier overdekt met groene graszoden. Deze
manier van huisdekken werd op Wieringen en Kolhorn gedaan.
In Hoorn hield men vroeger een bijzondere bededag, waarbij tot God gebeden werd
om een goed wiergewas.
De gaten in dijken, die mollen, hermelijnen, ratten en muizen maakten, werden met
wier gestopt. Van gebleekt wier was heel goed papier te maken. Walvisvaarders, die
naar Groenland, Spitsbergen en Straat Davis voeren, namen wel vaten met wier mee,
om opgelopen lekkages te stoppen. Wier was goedkoop strooisel in de stallen en de
rotganzen waren in de winter gek op de wortelstokken van het wier.
Als mest, men noemde het dan 'zeedrift', werd het drijfwier ook wel gebruikt. Als het
tegen de stranden en dijken dreef, werd het bij elkaar geharkt samen met de
zogenaamde 'schapenstronten', een gewas met blauwe bloemen en andere ruigte. Men
zette er koeien of schapen op om hun mest met deze zeedrift te vermengen en men een
voortreffelijke mest kreeg voor op de landerijen.
Eind 19L en begin 20c eeuw ontstond op Wieringen en Texel een geheel nieuwe
wierindustrie. De wiervelden werden voortaan door de overheid verpacht en het
geviste en gemaaide wier of zeegras werd per baal verkocht naar de meubel- en
beddenindustrie voor opvulling. Ook werd het veel als isolatiemateriaal gebruikt.
Maar laat ik dit wierverhaal nu maar beeindigen want deze Wieringer wierindustrie
valt eigenlijk buiten mijn artikel over wierblindheid.
Bronnen:
Oud archief van de gemeente Barsingerhorn.
Maandelijkse uittreksels of Boekzaal der geleerde Waerelt, deel (1783).
J.F. Martinet, Verhandelingen uitgegeven door de Holl. Mij. der Wetenschappen, XX Deel, biz 54 e.v
De Convexe Kustboog, dr. Henk Schoorl, deel 2, bijlage 1, biz 442.
Winkel, najaar 2013
Historisch Niedorp, informatieblad 2013 nr. 2