De Waard- en Groetpolder, deel 1
De oudste bewoning
-30-
door Henk Komen
Rond de eeuwwisseling had de provincie Noord-Holland nog grote plannen met
het gebied rond het dorp Kolhorn. Om de economische ontwikkeling in de
toenmalige gemeente Niedorp te stimuleren werd gedaeht aan een (water)
recreatieve ontwikkeling in het gebied van de Waard- en Groetpolder. Samen met
de bewoners van Kolhorn en de Waard- en Groetpolder is een verkennend
document gemaakt met de Iange naam: "Rapportage randvoorwaarden en
suggesties bij het onderzoek naar de waterrecreatieve mogelijkheden in de regio
Kolhorn". Zoals we nu weten zijn deze plannen niet gerealiseerd en is dit alles
inmiddels geschiedenis geworden. Aangezien de Waard- en Groetpolder een
Belvedere-gebied is met belangwekkende archeologische vondsten, heeft het
gemeentebestuur indertijd opdracht gegeven een onderzoek te doen naar de
cultuurhistorische aspecten in dit gebied. In 2002 werden de resultaten hiervan
overhandigd aan de burgemeester mevrouw L. Jansen. Deze rapportage
'Cultuurhistorische verkenning Waard- en Groetpolder' verdween na het
afblazen van de hierboven genoemde recreatieve plannen in de ambtelijke
bureauladen en is daar nooit meer uitgekomen.
In deze rapportage worden de historische ontwikkelingen van de Waard- en
Groetpolder en het gebied rond Kolhorn beschreven, zoals de oudste
bewoningssporen, de middeleeuwse veenontginningen, de zeventiende eeuwse
afwateringsproblemen, het kavelpatroon en de molens in en rond deze polder. Niet
alleen wordt ingegaan op de archeologische en geografische aspecten, maar de
rapportage geeft ook een inventarisatie van wat in 2002 in de polder nog zichtbaar
aanwezig was van die historie. Ook de architectuur werd geinventariseerd. Aangezien
deze historische rapportage nooit voor een breed publiek toegankelijk is gemaakt,
wordt in een serie artikelen in Historisch Niedorp aandacht gegeven aan de (bewerkte)
inhoud van deze rapportage over de Waard- en Groetpolder.
De nieuwe polder
Nadat in de 17L eeuw de Wieringerwaard (1611) was drooggelegd en als laatste de
Schermer (1635), werden nieuwe landaanwinningen pas weer in de 19e eeuw
opgepakt. Allereerst werd in verband met de aanleg van het Noord-Hollands Kanaal de
Koegras drooggelegd (1824), gevolgd door de Waard- en Groetpolder in 1844 en in
1847 de Anna Paulownapolder. De polder Waard en Groet heeft een oppervlakte van
ongeveer 1526 hectare. In het centrum wordt de polder van west naar oost verdeeld
door het Kolhornerdiep in een noordelijk (de Waardpolder) en een zuidelijk deel (de
Groetpolder) van ongeveer gelijke grootte. De Waard- en Groetpolder is een
landaanwinning in de voormalige Zuiderzee die in de eerste plaats is drooggelegd als
geldbelegging en in de tweede plaats voor uitbreiding van landbouwgronden. Het
gebied is planmatig als vaarpolder ingericht, maar na droogmaking van tochtsloten een
rijpolder geworden. De leidende principes hierbij waren de doelmatige afvoer van
Historisch Niedorp, informatieblad 2013 nr. 2