LI
Pieter de Poep vond zijn einde op het schavot te Winkel
-26-
werpen. De aanwezige schepenen en burgemeesters waren zo geintimideerd dat ze het
raadhuis schielijk verlieten.
Toen Hemmer voor zijn misdragingen berecht werd mocht hij daar zelf niet bij
aanwezig zijn, doch niettegenstaande dit verbod en de bode, tevens dienaar van
justitie, hem tegen wilde houden, is hij toch op de raadhuiskamer gekomen met een
lange pijp in de mond en ging zitten. De schepenen hadden hem verschillende malen
gelast om te verdwijnen, maar Hemmer weigerde pertinent. Hemmer bedreigde de
bode opnieuw; hij schold en maakte de bode uit voor Lazarus, kind, rakker en als hij
Hemmer aan zou raken, dan zou hij hem van de trap en door de ramen op straat
gooien. De schepenen zagen wel in dat ze met een kwaadaardig en ongehoorzaam
mens te maken hadden en verlieten weer snel het raadhuis. De burgemeesters van
Oude Niedorp waren de herberg 'Graeff Maurits' binnengevlucht. Hemmer kreeg ze
daar in de gaten en heeft ze met schelden en dreigementen de herberg uitgejaagd en
gedreigd de heren in de sluis te gooien.
Kortom, president Langeboer veroordeelde Hemmer in naam van de Hoge Overheijt
en de Graaffelijkheijd van Holland en West Fries land' tot verbanning uit de lande
van Holland en West Frieslandvoor de tijd van 25 jaar.
Winkel, 2011
door Jan Smit
Het was een koude zonovergoten dag op die achtentwintigste februari in 1770, toen de
executie van Pieter Harmonsz, alias Pieter de Poep in de Steede WinckeV werd
voltrokken. Van heinde en verre waren de nieuwsgierigen en sensatiezoekers naar het
Stadhuis van Winkel gekomen om de executie bij te wonen. Op de Pijpbrugh' over de
Voorsloot stond het mudvol mensen, een prima plek om de gebeurtenissen op het
schavot voor het stadhuis goed te kunnen volgen. Ook de straat voor herberg 'De
Zwaan' stond helemaal vol publiek. De hospes van 'De Zwaan' had de ramen op de
bovencameropengeschoven om ook zijn klanten een goed uitzicht op het schavot te
geven. Speciaal voor de uitvoering van het vonnis was langs de (Bosch) straat tegen de
westmuur van het stadhuis, een houten schavot gebouwd, waarop de scherprechter met
zijn zwaard het lugubere werk moest uitvoeren.
Maar hoe was het tot deze executie gekomen
We zullen eerst de verklaringen van getuige Aaltje Jans, de zesenveertigjarige
huisvrouw van Jan Verwiel uit Wognum en van de negenenveertigjarige Jan van
Straten eens bekijken. Volgens Aaltje was het veertien dagen voor Schager-
paardenmarkt, dat een zeker persoon bij haar thuis kwam, die vertelde dat hij van Den
Helder kwam met vijf schapen bij zich, die hij aan haar man (die thans uijtlandig is) te
koop aanbood voor de som van dertig gulden. Na de man en de schapen eens goed
opgenomen te hebben, kregen Verwiel en zijn vrouw quade gedagteof die schapen
niet gestolen zouden zijn, hetwelk ze ook uitdrukkelijk aan Pieter de Poep hadden
gevraagd. Pieter de Poep verzekerde echter met zijn hand op zijn hart dat daar 'geen
swarigheid over wasVerwiel heeft daarop de schapen gekocht, maar wel op de
-
Historisch Niedorp, informatieblad 2013 nr. 1
1