Probleem tussen Dirk van Wolderen en Pieter Hofland -21- door Ab Klomp In "Rumoer rond Herberg de Eenhoorn te Nieuwe Niedorp" geschreven door Jan Smit in het informatieblad nummer 58 van mei 2012 wordt Dirk Jansz Wolderen opgevoerd, die een geschil met oud-schepen Pieter Hofland in een dronken bui wil oplossen. Wat het geschil was werd niet ter sprake gebracht, omdat dat in de gebruikte stukken niet werd benoemd. Jan Smit gebruikte de akte van 29 mei 1739 wat overigens al de tweede akte was over hetzelfde probleem. De eerste was van 26 mei waarin Pieter Hofland en zijn dienstmaagd Aaltje Boukes hun verhaal doen en dat is de dag na het incident. Dirk Wolderen laat het er niet bij zitten en laat drie akten opmaken op 23 juni 1739. In de eerste akte getuigen Pieter Vink en Simon Karsman, die ook in het verhaal van Jan Smit al genoemd zijn. De verklaring begint "Dat zij, deposanten (personen die een beedigde verklaring afleggen), op den 25e may deses jaars 1739 sijnde geweest Schoorldermarkt met Dirk van Wolderen. Sijn gekoomen in de herberge De Eenhoorn alhier wanneer 's avonds omtrent de klokke tien uuren, sonder in de praesise tijd behaald te willen zijn, de eerst getuyge (Pieter Vink) uyt de herberge eens na buyten gingh ende uyt het huys van Pieter Hofland, staande tegens over de voormelde herberge, een geroep hoorde gaan van moordmoord Pieter Vink gaat zo snel mogelijk over de brug naar het huis van Pieter Hofland. Op aanraden van de hospita van de herberg De Eenhoorn, Neeltje Cornells, gaat ook Sijmon Karsman naar buiten. Gezamenlijk gaan Pieter en Sijmon het huis van Pieter Hofland in, waar Dirk zich zou moeten bevinden, maar ze vinden Dirk niet. Ze gaan terug naar de herberg Alwaar sij de gemelde Dirk van Wolderen vonden sitten, wel en vroolijk gehumeurd, aan wie zij deposanten het gepasseerde ten huyse van Pieter Hofland seer omstandigh (wijl dat rencontre (treffen) aldaar haar deposanten verwonderlijk voorquam) verhaalden in praesentie van den hospita, desselfs broeder ende eenen Jacob, zijnde tot Hoorn woonagtig, kleyn van persoon en schijnende een Oost.Indisch vaarder te sijn. Dat wijders deselve Dirk van Wolderen na het aanhoren van het voorszeyde verhaal, haar, deposanten, benevens de bovengemelte drie persoonen versogte kennisse hierx'an te dragen, namentlijk dat hij door Pieter Hofland met zoodanig een faict (daad) betigt wierd. Eyndelijk verklaarden de getuygen dat sij, wanneer sij aan Pieter Hofland vraagden wat molesten (schaden) hem waren aangedaan, uyt de mond van hem seer distinct hebben hooren seggen, dat (onder andere bagatelles (kleinigheden)) zijn camisool was gescheurt Op dezelfde dag wordt er ten behoeve van Dirk van Wolderen een akte opgemaakt met de getuigenis van Jan Korten, schipper uit Nieuwe Niedorp. Die vertelt dat ongeveer een week ervoor (ongeveer 16 juni) hij in Hoorn was samen met Pieter Hofland en aan hem vroeg waarom hij Dirk van Wolderen bij de hoofd-officier Van Eijk had aangeklaagd. Pieter Hofland antwoordde daarop dat hij niet wist wat hij gedaan hat Historisch Niedorp, informatieblad 2013 nr. 1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 2013 | | pagina 21