Verstoorde bruiloft en een vuistslag in herberg de Witte Swaen
-39-
door Jan Smit
De verstoorde bruiloft
Hendrick Reijnst, hoofdofficier van de Niedorperkogge, had in het jaar 1677 een
vreemd zaakje te behandelen. De hoofdofficier was naar het oude, maar toch knusse
raadhuisje van Winkel gekomen, om als voorzitter leiding te geven aan de rechtzaak
tegen Cornelis Jansz Bijkerck, inwoner van Winkel. De hospes uit herberg 'De Witte
Swaen' tegenover het raadhuis had al een paar mokken dampende koffie naar de
overkant gebracht en daarna kon het verhoor van beklaagde Bijkerck beginnen.
Bijkerck was een tijdje terug uitgenodigd om ten huize van regerend burgemeester
dezer stede, Huijbert Pietersz Ancker, aanwezig te zijn bij zijn bruiloft. In
aanwezigheid van vrienden en buren van burgemeester Ancker, had Bijkerck zich niet
ontzien en zich tegenover de feestgangers zeer schaamteloos gedragen.
In plaats van dankbaarheid te betonen voor de uitnodiging, had hij gescholden en het
getrouwde stel bespottelijk gemaakt. In aanwezigheid van bruidegom Ancker en de
meeste gasten had Bijkerck zijn gevoegh(een bolusje) gedraaid op de haardplaat van
voornoemde burgemeester. Ja, en nadat hij zijn 'grote boodschap' op de haardplaat
had nedergevlijd, was hij met zijn blote kont op de schoot van Anckers huwbare
dochter gaan zitten en had zo van de burgemeesterswoning een hoerenkast gemaakt.
Bijkerck koos aan het eind van de rechtzaak eieren voor zijn geld en betoonde
oprechte spijt. Hij kwam er met een boete van drie maal 17 pond van af.
De vuistslag in 'De Witte Swaen'
Het volgende zaakje kreeg Alexander van Lantschot, de nieuwe hoofdofficier van de
Niedorperkogge, aan het begin van de 18e eeuw te behandelen. Hendrick Reijnst was
toen al een poosje afgeserveerd. Van Lantschot moest een rechtzaakje regelen tegen
schipper Dirck Jansz. Koorn, alias Dirck Bijll, burger der Stede Winckel. Deze Dirck
Bijll had het in zijn (dronken) kop gehaald om Claas Pietersz Olij, ook uit Winkel, (ze
waren toevallig samen gezellig aan het borrelen in herberg de Swaen), zomaar om
niets plotseling met zijn hand of vuist te slaan, wat natuurlijk in de 'Keure deser Stede'
verboden was en waar een straf op stond.
Hoofdofficier van Lantschot eiste van gedaagde Bijll een boete van twintig Heere
ponden, volgens de keur moest die nog vermeerderd worden met de proceskosten.
De schepenen van Winkel bepaalden uiteindelijk dat Bijll met tien Heere-ponden over
de brug moest komen.
Winkel, juni 2010
Historisch Niedorp, informatieblad 2012 nr. 2