600 DICTEES
-22-
Van ouden of jongen, arm of rijk,
In 't kleed van den turner zijn we allen gelijk:
Een in ons streven en een in gedacht,
Een is ons doelwit: "door oefening kracht!"
Ook een in de leuze en een in den groet,
Bij 't Vrank, en het Vrij en het Vroom en het Vroed!
Welgeteld komt twee keer het woord broeder voor, één keer het woord jongen en één
keer het woord turner. Zuster, meisje of turnster ontbreekt in dit schone vers. Zover
mij bekend is hierover nooit enig protest geweest.
Conclusie
Het heeft me een paar dagen gekost voordat het op
papier kwam. Zelfs tijdens een stadswandeling in
Amsterdam was ik op zoek naar de juiste
formulering. In gepeins stilstaand voor de
etalageruit van de bladmuziekhandel firma
Broekmans en Van Poppel, viel mijn oog op een
drietal boekjes dat daar lag. Eén van die boekjes was
'600 DICTEES', een standaardwerk, in gebruik op
Conservatoriums. Het is geschreven door Marie
Egmond, hoofdlerares Solfège (oefenen in zuiver
zingen zonder woorden) aan het muzieklyceum te
Amsterdam. Dat zorgde ervoor dat de lijn van mijn
verhaal compleet werd.
Maria Egmond werd geboren op 14 december 1889
als dochter van Arien Egmond en Immetje Muller.
Volgens het geboorteregister van de gemeente
Winkel had Immetje geen beroep.
Het volgende is maar een veronderstelling: als haar moeder tijdens haar leven dezelfde
ruimte had gekregen binnen het maatschappelijk bestel, dan had achter 'beroep: geen'
wel iets anders gestaan.
Het was een dieper gelegen protest dat leidde tot oprichting van de Vereniging voor
Vrouwenkiesrecht door de suffragettes van het eerste uur in Winkel. Als je een
getrouwde vrouw was en je behoorde tot de society van het dorp, dan werd je
veroordeeld tot thuiszitten. Je moest je tijd vullen met lezen, pianospelen, regentes zijn
van het Armenbestuur of spreien haken voor een of andere fancy fair. Dat ging
vervelen, zij voelden zich tot meer in staat. Vrouwen van middenstanders en kleine
boeren moesten hard meewerken om het hoofd boven water te houden.
Vrouwenkiesrecht dat is leuk en aardig maar daar koop je geen brood voor. Zij zijn
opgegroeid met de gedachte mee te werken zodra je een stoffer en dweil kon hanteren.
Het was gewoon en vanzelfsprekend dat jij je portie leverde. Als mijn man, mijn
kinderen en ik een redelijk bestaan hebben, wat wil ik dan nog meer?
Vrouwenkiesrecht had voor deze groep vrouwen iets dubbelzinnigs. Op zich wel een
prachtige gedachte, maar was dit niet een speeltje voor de bevoorrechten? De
grondhouding van de arbeidersvrouw in Winkel was dan ook beschouwend. Maar in
door
MARIE EGMOND
Historisch Niedorp, informatieblad 2012 nr. 2
Hoofdlerares Solfège
aan het MUZIEKLYCEUM te AMSTERDAM
392
Uitgave Broekmans Van Poppel, Amsterdam