-12- Lezingen Door zowel leden uit eigen kring als personen daar buiten werden er ook lezingen gehouden. Veelal met betrekking tot het onderwijs. In aanwezigheid van 21 leden gaven in 1899 de huisartsen W. Melchior uit Winkel, Dr. Beeker uit Barsingerhorn en J. Maats uit Nieuwe Niedorp hun visie op een mogelijk geneeskundig toezicht bij de scholen. Samenvattend kwam het drietal artsen tot de conclusie, dat toezicht op de gezondheid van schoolgaande kinderen zeker nuttig zou zijn, maar dat de plaatselijke arts er beter niet bij betrokken kon worden. Voorzitter J. Porte merkte hierbij op dat het aanstellen van schoolartsen meer in de belangstelling kwam te staan. De gezondheidscommissie uit Hoorn constateerde in 1909 na onderzoek van het drinkwater aan de school, dat het ongeschikt was voor gebruik door de leerlingen. Dit kon worden opgelost door de goten en regenwaterbakken van de school goed schoon te maken. Tijdens de herfst en winter van 1920 werd er door de schooljeugd geklaagd over koude voeten tijdens de les, dit omdat het lopen op klompen in de leslokalen niet kon worden toegestaan. Om klachten over koude voeten te voorkomen besloot het gemeentebestuur schoolpantojfels beschikbaar te stellen voor gebruik in de school. Schoenmaker C. Beers leverde voor de school in Winkel 100 paar voor de prijs van fl,90 per paar. In 1926 verzochten de hoofdonderwijzers van alle drie de scholen in Winkel om het lesvak verkeersonderwijs te mogen toevoegen. Om dit mogelijk te maken werd er voor elke school een serie van zes grote platen met boekwerkjes over de 'regels van de weg aangeschaft. De 'Internationale' Daar maakte de hervormde kerk zich zorgen over, toen de hervormde synode liet weten ernstig verontrust te zijn omdat 'de maatschappelijke orde ernstig in gevaar was om verstoord te worden door de woelingen in het volksleven.' In het begin van de 19e eeuw was er nog sprake van een statische samenleving waarin het Nederlandse volk was verdeeld in enkele groeperingen bestaande uit: lc De notabelen of welgestelden. 2e Als tegenpool een grote groep van onbemiddelden die bestond uit arbeiders en armlastigen. 3e Een middengroep, waaronder de middenstand en zelfstandige ambachtslieden gerekend konden worden. De algemene opvatting in die jaren was nog dat deze standenhiërarchie door God gewild werd. De notabelen en kerkelijke leiders bepaalden wat goed of slecht was voor de grote massa van onbemiddelden. Deze behoorden onderdanig en nederig te zijn, zij hadden slechts te zwijgen. Langzaam maar zeker begon de grote groep van onbemiddelden zich toch te roeren. In 1869 richtten zij in Nederland een afdeling van de Socialistische Internationale Arbeiders Associatie op, genaamd het 'Nederlandse werklieden verbond' met afdelingen in Amsterdam, Den Haag en Utrecht. Vermoedelijk maakte de hervormde synode zich zorgen over deze ontwikkelingen met mogelijke gevolgen voor kerk en werkgevers. Uit genoemde brief blijkt overigens dat de synode van mening was dat goed en regelmatig onderwijs aan de jeugd hun ontwikkeling op een Historisch Niedorp, informatieblad 2012 nr. 1

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Informatieblad stichting Historisch Niedorp | 2012 | | pagina 12